Voorstander
Natuurlijk heb ik heimelijk bewondering voor Van Nieuwkerk en zijn collega's, niet zozeer om hun hoge spreektempo, maar om het feit dat ze er zo weinig lettergrepen bij hoeven in te slikken. Toch zou een rustigere presentatie beter zijn. Het betoog is dan beter te volgen, ook voor kijkers die al bij een gewoon tempo alle zeilen moeten bijzetten. Denk aan slechthorenden, mensen met weinig kennis van het onderwerp of met niet zo'n snel begrip. Wat hebben die misdaan dat ze door de publieke omroep zo effectief buitengesloten worden?
Matthijs van Nieuwkerk: schoolvoorbeeld van een snel sprekende presentator.
Foto: Daniel J. Ashes
Maar ook kijkers die alles snappen, hebben baat bij een lagere snelheid. Een bedachtzame spreker komt betrokkener en geïnteresseerder over. De sfeer wordt ontspannener. En ten slotte lopen we bij een gematigder tempo niet langer het risico dat de gasten in het programma het mitrailleurstempo als norm beschouwen en het proberen te imiteren - waarbij dikwijls blijkt dat hun taalvermogen tekortschiet.
Waarom zoeken presentatoren toch hun toevlucht tot snelheid? Wie denkt dat optimale communicatie neerkomt op het uiten van zo veel mogelijk woorden per seconde, lijdt aan hetzelfde waanidee als de schrijver die geen kantlijn gebruikt en een piepklein lettertje kiest. Beiden zien communiceren vanuit het gezichtspunt van de zender, en zenden als sproeien. Maar het gaat natuurlijk om de ontvanger; die moet precies zo veel krijgen als hij aankan. Wie dat inziet, snapt ook dat af en toe een aarzeling en een stilte zinnig kunnen zijn.