Rutger Kiezebrink
Spelen met taal
Dierentuin? Die rent u in!
Wat is er zo opmerkelijk aan stresssituatie? Wat is het langste palindroom met afwisselend klinkers en medeklinkers? zijn er meer woorden als arbeidsonrust, lateihout en tafeldiscours? Om dat soort vragen draait het in de tweemaandelijkse rubriek ‘spelen met taal’.
In november was de vraag: wat voor zinnen zijn er te bedenken waarin alle woorden anagrammen van elkaar zijn, zoals ‘Agens Agnes genas ganse sagen’? Het bleek een lastige opgave, want er kwamen maar enkele reacties binnen. Daarmee kan het volgende lijstje worden samengesteld:
- | Atlas slaat Alta's staal. (Alta is een plaats in Noorwegen.) |
- | Pater rapte apert. |
- | Gevolgen vogelgen gevlogen. |
- | Ester, etser Trees reset eerst eters. |
- | Geerten, tengere regente negeert rete-eng gereten negeret. (Gereten betekent ‘gescheurd’; negeret is verouderde volkstaal voor ‘pruimtabak’.) |
- | Monster: mentors morsten monters; stormen enormst: tornmes rotmens normset stromen. |
Die laatste zin vereist wel wat toelichting. Die gaf de bedenker, Rob van den Berg uit Nijmegen, dan ook (cursiveringen van mij - RK): ‘Lees dit als een krantenkop. In Monster (Zuid-Holland) waren er heidagen met meerdere groepen, de mentors verspilden (morsten) gisteren iets van hun opgewektheid (monters), maar vandaag zijn zij het best (enormst) in de brainstorm (stormen); resultaat: het mes (tornmes) van dat mens (rotmens) wordt deel van wat nodig is (normset) voor de rivieren (stromen). Althans zoiets; het is natuurlijk onzin, maar dat is toegestaan.’
Sjors Visser uit Bolsward bedacht een variant op de oproep: zijn anagrammen bestaan soms uit twee woorden, zoals in ‘Tevreden trendvee vretende Deventer vent reed veterend té verend te Denver.’ (Deventer is hier als bijvoeglijk naamwoord gebruikt.) Dit biedt meer mogelijkheden, bijvoorbeeld: ‘Verlaten telraven, vertel na (relevant vertalen!): 'n verlate levanter valt neer; valt 'r een renteval?’ (Levanter is een oostelijke wind, telraven is een onzinwoord. Andere anagrammen zijn nalevert, valenter en verental.)
Schroom niet om nog meer zinnen in te sturen; er moeten nog andere zijn.
Een nieuw onderwerp, voorgesteld door Douwe Brongers: zinnen waarin de spaties ook op andere plaatsen kunnen staan (eventueel met aanpassing van leestekens), wat dan een andere zin oplevert. Bijvoorbeeld: ‘Heb jij ook alweer zin?’ / ‘Heb jij ook al weerzin?’ Of: ‘Zou het wild( )me( )nu beter smaken?’ Of: ‘Zie je waar( )de( )volle flesjes staan?’
Battus noemt dit fenomeen ‘dubbelzinnen’, op pagina ‘dz’ van Opperlans! (2002). Daar staan ook voorbeelden als ‘Jongleren moet je jong leren, moetje’, waarin de verdubbeling in één zin is verwerkt.
Andere vondsten zijn welkom op spelen@onzetaal.nl. Op www.onzetaal.nl/spelen/dubbelzinnen.php zullen ze van tijd tot tijd worden gepubliceerd.