Rutger Kiezebrink
Spelen met taal
Nestor snoert torens
Wat is er zo opmerkelijk aan stresssituatie Wat is het langste palindroom met afwisselend klinkers en medeklinkers? Zijn er meer woorden als arbeidsonrust, lateihout en tafeldiscours? Om dat soort vragen draait het in de tweemaandelijkse rubriek ‘Spelen met taal’.
Het spelen met ‘valse trappen van vergelijking’ (zoals kot - kotter - kotst; zie de septemberaflevering van deze rubriek) heeft veel lezers beziggehouden. In totaal zijn er meer dan honderd voorbeelden bedacht. Meer dan de helft volgt hetzelfde patroon: werkwoordstam - persoonsaanduiding op -er bij datzelfde werkwoord - derde persoon enkelvoud van dat werkwoord, zoals frees - frezer - freest en splits - splitser - splitst.
Andere - en daarom wat mij betreft interessantere - gevallen zijn bijvoorbeeld boot - boter - bootst (een vorm van nabootsen), gas - gasser (Bargoens: ‘varken’, ‘vent’) - gast, Kaat (naam) - kater - kaatst, ket (‘paard’) - ketter - ketst en roe - roeier - roest. Een bijzondere vondst is oog - oger - oogst; weliswaar staat oger niet in Van Dale of het Woordenboek der Nederlandsche Taal, maar sinds de Shrek-films weten veel mensen wat een oger is (al bestaat het begrip al veel langer; zie de Wikipedia).
Een paar lezers lieten weten dat het idee al eerder was beschreven. Zo ging Jules Welling, naar een idee van Rob van den Berg, in Onze Taal al eens in op rijtjes als pi - pier - pist en be - beer - best, ‘overtreffers’ genoemd. Battus noemt in Opperlandse taal- & letterkunde (1981) zinnen als ‘Zij verloor haar eer eerder; eerst wilde ze niet’ en ‘Al was ze moe, moeder moest doorgaan.’ En Pieter Nieuwint liet weten dat Drs. P in zijn Tuindersliedboek (1983) schreef: ‘Een der ongeduldigst verbeide evenementen van het oogstseizoen is de komkommerkomst, die ook onder taalkundigen sterk de aandacht trekt.’ Komkommerkomst: alle drie de onderdelen van een valse trap in één woord!
Maar er zijn ook tientallen nieuwe vondsten ingestuurd. Ze staan allemaal op www.onzetaal.nl/spelen/trapvormen.php (daar staan ook de criteria).
Dan het nieuwe onderwerp: anagramzinnen. Ik ben benieuwd wat voor zinnen er mogelijk zijn waarin alle woorden anagrammen van elkaar zijn. In Battus' Opperlans! (2002) staan op pagina ‘dk’ een paar anagramzinnen van drie woorden, zoals ‘Leed edel deel?’ en ‘Servet vreest veters’, maar er zijn veel langere zinnen mogelijk. Bijvoorbeeld:
- | Nestor snoert torens; tenors torsen rotsen. |
- | Negride Gerdien griende gierend: ‘Nederig dreigen? Gedrein!’ |
- | Agens Agnes genas ganse sagen. (Het woord agens kan een kerkelijke functie aanduiden.) |
- | Velerhande haverdelen halveerden verhalende everhandel. |
Inhoudelijk is het onzin, en niet alle woorden staan in de woordenboeken, maar grammaticaal klopt het - al wordt het al snel een soort telegramstijl.
Het kan vast langer, mooier en beter. Eigennamen gebruiken lijkt me geen probleem, zolang ze niet al te onbekend zijn. Een aantal rijtjes met meervoudige anagrammen zijn te vinden in Opperlans! (op pagina ‘am’) en op de website van Aad van de Wetering: http://home.planet.nl/~avdw3b/anamulti.html.
Ik hou me aanbevolen op spelen@onzetaal.nl. Op www.onzetaal.nl/spelen/anagramzinnen.php zal ik van tijd tot tijd nieuwe inzendingen vermelden.