Taalquiz congres
Taaladviesdienst Genootschap Onze Taal
Bij de stand van de Taaladviesdienst konden de congresbezoekers als vanouds deelnemen aan een taalquiz, die bestond uit tien meerkeuzevragen. Onder de deelnemers die de quiz foutloos invulden, zouden tien exemplaren van de Onze Taal Taalkalender 2004 verloot worden. Een loting bleek echter niet nodig, aangezien er van de 255 inzendingen precies tien foutloos waren. Deze waren afkomstig van:
Ina Bakker, Abcoude |
Frank Bekink, Oegstgeest |
Bob Boersema, Ermelo |
Rob en Petra Kaas, Amstelveen |
P. Nijhoff Asser, Amsterdam |
Tanja Notten, Wijk bij Duurstede |
A. Pillen, Kortrijk (België) |
Marian Ponsen, Rotterdam |
Willeke Ponsen, Rotterdam |
Henk Popken, Rotterdam |
Zij hebben in december de Onze Taal Taalkalender 2004 ontvangen.
Hieronder drukken we de quiz in zijn geheel af; de antwoorden op de tien vragen vindt u onder aan deze pagina. Overigens gingen de congresbezoekers vooral de fout in bij vraag 7 en 8: van de 255 deelnemers gaven er 123 een verkeerd antwoord bij vraag 7, en 175 bij vraag 8.
De Woorddansers: Jeroen Naaktgeboren (I.) en Arie Hordijk.
Foto's: Bart Versteeg
Jacobine Geel presenteerde het congres.
Sanne Wallis de Vries trad op.
1. | Welke zin bevat geen enkele spelfout?
a. | Één van de teneergeslagen logé's haastte zich naar het verafgelegen café'tje, waar de chef-kok volgens de geruchtencarousel verrukelijke cappuccino zou schenken. |
b. | Eén van de terneergeslagen logés haaste zich naar het veraf gelegen cafétje, waar de chefkok volgens de geruchtencarousel verrukkelijke cappucino zou schenken. |
c. | Een van de terneergeslagen logees haastte zich naar het verafgelegen cafeetje, waar de chef-kok volgens de geruchtencarrousel verrukkelijke cappuccino zou schenken. |
|
2. | De uitdrukking nooit ofte nimmer is een
a. | pleonasme |
b. | tautologie |
c. | contaminatie |
|
3. | In welke taal ligt de oorsprong van het woord koffie?
a. | Italiaans |
b. | Arabisch |
c. | Portugees |
|
4. | Hoe luidt het voltooid deelwoord van het werkwoord lobbyen?
a. | gelobbyd |
b. | gelobbyt |
c. | gelobbied |
|
5. | In welke zin is het hoofdletter-gebruik correct?
a. | In de gouden eeuw was het sinterklaasfeest populairder dan tijdens de Verlichting. |
b. | De Nobelprijswinnaar had op een daltonschool al jong geleerd wat cfk's waren. |
c. | Door de freudiaanse verspreking in zijn SMS'je verried hij zijn Middeleeuwse mentaliteit. |
|
6. | Waar komt tupper in tupperware vandaan?
a. | Van de naam van de Amerikaanse ingenieur Tupper, de uitvinder van een bepaald soort plastic. |
b. | Van het Engelse werkwoord to tupper, ‘opbergen’. |
c. | Van het Amerikaanse slangwoord tupper, ‘voedsel’. |
|
7. | Welke schrijfwijze is juist?
a. | er vanuit gaan |
b. | ervan uitgaan |
c. | ervanuit gaan |
|
8. | De formulering voor wat betreft wordt beschouwd als een
a. | germanisme |
b. | anglicisme |
c. | gallicisme |
|
9. | In welke samenstelling had een liggend streepje moeten staan?
a. | fotoalbum |
b. | politieagent |
c. | nettoinkomen |
|
10. | Wat is de naam van het teken &?
a. | ampersand |
b. | circumflex |
c. | incipit |
|
Antwoorden taalquiz congres
1c, 2b, 3b, 4a, 5b, 6a, 7b, 8c, 9c, 10a