Hom of kuit
Een verbod zo duidelijk mogelijk formuleren
Frank Jansen
Er zijn taalkwesties waarover heel verschillend kan worden gedacht. Taalkundige Frank Jansen behandelt maandelijks zo'n kwestie. Hij steekt daarbij zijn eigen mening niet onder stoelen of banken, en eindigt telkens met een stelling, waarop u kunt reageren.
Toen ik de huwelijksuitnodiging van Constance en Karel las, moest ik besmuikt lachen om de zinsnede ‘Constance en Karel zijn dol op kinderen en willen het ze niet aandoen al te lang stil te moeten zijn in de kerk. Ik verzoek u vriendelijk hiermee rekening te houden...’ Deze wel erg indirecte formulering lijkt op de manier waarop een Franse minister zijn aarzeling formuleerde ten opzichte van de eenwording van Duitsland: ‘Wij houden zo veel van Duitsland dat wij er liever twee van hebben.’ Toch is de bedoeling duidelijk: kinderen zijn niet welkom.
Dergelijke indirecte formuleringen lijken wel steeds meer op te duiken. In de dierentuin staat in plaats van ‘Niet voederen’ nu: ‘Wij volgen een speciaal dieet.’ Men volgt daarmee een advies van taalbeheersers op: ‘Formuleer niet negatief maar positief.’ Winkeliers die tot en met 15 september met vakantie zijn, wordt aangeraden te schrijven: ‘Vanaf 16 september staan wij weer helemaal voor u klaar.’
Het advies is goed bedoeld, maar sommige consequenties stuiten mij tegen de borst. Als ik iets niet mag, wil ik dat graag tamelijk direct vernemen, bijvoorbeeld door middel van een formulering die met Kunt u of Wilt u begint.
Wat ik op de hintachtige verboden tegen heb, is niet dat ze onduidelijk zijn. Dat zijn ze niet, zo bleek uit de ondubbelzinnigheid van het eerste voorbeeld, waar de opsteller voor alle zekerheid nog ‘Ik verzoek u vriendelijk’ en die drie puntjes aan had toegevoegd. Ik heb ook niets tegen de wijdlopigheid van deze formuleringen. Zeker niet in uitnodigingen, die best ruim geformuleerd mogen worden.
Mijn kritiek heeft met iets anders te maken. De opstellers komen er niet rond voor uit dat ze iets negatiefs vooronderstellen over kinderen: die hebben allemaal zó weinig belangstelling voor bruiloften dat ze gaan klieren. Dat is niet alleen een tikje beledigend voor het welopgevoede kind, maar ook onbeleefd. Ik vind het in dit soort gevallen correct als de uitnodiger duidelijk maakt dat hij zelf dat negatieve uitgangspunt heeft - bijvoorbeeld zó: ‘Ik kan het natuurlijk helemaal mis hebben, maar waarschijnlijk vinden jullie kinderen het vreselijk om zo lang stil te moeten zitten.’
Daarom luidt de stelling deze keer:
Een verbod moet zo direct mogelijk geformuleerd worden.
Bent u het eens of oneens met deze stelling? Breng voor 20 oktober uw stem uit op onze website: www.onzetaal.nl. U kunt ook per post reageren; stuur een briefkaart met ‘Een verbod moet zo direct mogelijk geformuleerd worden’ of ‘Een verbod hoeft niet zo direct mogelijk geformuleerd te worden’ naar de redactie van Onze Taal, Raamweg 1a, 2596 HL Den Haag. In de volgende aflevering de uitslag van de stemming.