|
1. Wat viel u in 2001 op als het gaat om taal in de ruimste zin van het woord? |
2. Wat vindt u de belangrijkste taalgebeurtenis van dit jaar? |
3. Wat is het beste boek (of artikel, of bericht of iets dergelijks) over taal dat u dit jaar las of gebruikte? |
Bart Chabot, dichter |
1. Het tv-scherm gaat er steeds meer uitzien als een website; zie bijvoorbeeld de lichtkrant onder in het beeld bij CNN, met nieuws waar soms de spelfouten nog in zitten. |
2. 11 september. |
3. Martin Bril en CaMu in de Volkskrant. |
Arjen Duinker, dichter |
1. Deze vraag zelf. |
2. De toenemende aandacht voor het woord cystocarpe. |
3. Ruimten rondom van Georges Perec. |
Marinel Gerritsen, hoogleraar Interculturele Bedrijfscommunicatie vanuit Sociolinguïstisch Perspectief |
1. Over communicatie maakt men steeds vaker totaal ongefundeerde opmerkingen. Bert Beij van Lever Fabergé onlangs in NRC Handelsblad: ‘Zeeppoeder communiceert te veel agressiviteit. Zakjes [met zeeppoeder - MG] communiceren zorgzaamheid.’ |
2. Dat Máxima zo goed Nederlands spreekt. |
3. Wim Blokzijl en Roos Naeff, ‘Het publiek kijkt zijn ogen kapot. Een onderzoek naar publiekswaarderingen voor PowerPoint’, in Tekst[blad], juli 2001. (Zie ook het artikel op blz. 346 - red.) |
Ruud Hendrickx, taaladviseur VRT |
1. Nederlandstaligen verstaan en begrijpen elkaar steeds minder goed. Nederlanders ondertitelen Vlamingen, Vlamingen ondertitelen Nederlanders én andere Vlamingen. |
2. Het opstarten van ‘Taaladvies on line’, de taaladviesbank van de Nederlandse Taalunie. |
3. De grote Van Dale op cd-rom. De Spellingwijzer Onze Taal behaalt een mooie tweede plaats. |
Twan Huys, NOS-correspondent in de Verenigde Staten |
1. Stotterend en half dyslectisch strompelde presidentskandidaat George W. Bush vorig jaar naar de eindstreep. Sinds 11 september spreekt hij de natie foutloos en zelfverzekerd toe. |
2. De toespraak van president Bush voor het congres op 20 september. |
3. Dagelijks onmisbaar voor de Amerika-correspondent: het groot woordenboek Nederlands-Engels van Van Dale. |
Ad Melkert, voorzitter Tweede-Kamerfractie PvdA |
1. In de Tweede Kamer heb ik veel met afkortingen te maken. Het afgelopen jaar heb ik - door de hoge vlucht die sms heeft genomen - heel andere afkortingen geleerd, bijvoorbeeld hoest voor ‘hoe is het?’ |
2. Het feit dat ik inmiddels gewend ben aan het door mijn dochters gebruikte begrip vet. |
3. Alle columns van Remco Campert over drs. Mallebrootje. Zijn taalgebruik hoor ik bij veel van mijn collega-Kamerleden terug. |
Jacomine Nortier, taalkundige |
1. Hoe mensen in staat zijn om accenten te vermengen. Neem VVD-Tweede-Kamerlid Cherribi, die een Arabisch aandoende stemhebbende z heeft, maar ook een onvervalste Gooise r. |
2. De strijd voor de erkenning van het Berbers in Algerije. |
3. Bilingualism in the Barrio, door Joshua Fishman e.a. (Bloomington, Indiana University). Over allerlei aspecten van meertaligheid onder de Porto Ricaanse gemeenschap in New York. |
Els Ruijsendaal, voorzitter Algemeen Nederlands Verbond |
1. De merkwaardige snelheid waarmee taalbeleid, vooral met betrekking tot het onderwijs, nieuwe vorm krijgt, en dat terwijl het woord taalbeleid niet eens voorkomt in Van Dale. |
2. Het Nederlands van Máxima. |
3. Paul Scheffer, ‘De kunst van het kosmopolitisme’ (NRC Handelsblad, 27 januari 2001), met opmerkingen over de taal die de lezer tot nadenken en reageren dwingen. |
Jan W. de Vries, emeritus hoogleraar Nederlandse taalkunde |
1. Taal blijft wat het altijd was: het geheel van het systeem, van de taalschat en van de systematisch gebouwde en gebruikte taalbouwsels die universeel, coöperatief, instrumenteel tekengedrag mogelijk maken (Reichling). |
2. De bezorging door Jan Noordegraaf en Marijke van der Wal van de facsimile-editie van Aenleiding tot de kennisse van het verhevene deel der Nederduitsche sprake door Lambert ten Kate uit 1723. |
3. Jelle de Vries, Onze Nederlandse spreektaal. |