Vraag en antwoord
Taaladviesdienst
Een belangrijk(e) stempel drukken
? Is belangrijk of belangrijke juist in de zin ‘De conciërge heeft een belangrijk(e) stempel op ons bedrijf gedrukt’?
! Beide vormen zijn mogelijk. Of een bijvoeglijk naamwoord, zoals belangrijk, een buigings-e krijgt, hangt onder meer af van het geslacht van het zelfstandig naamwoord dat erachter staat. Een bijvoeglijk naamwoord wordt na het lidwoord een (of een ander onbepaald woord) verbogen als het bij een de-woord hoort (een leuke vrouw, een rare man), maar blijft onverbogen als het voor een het-woord staat (een groot huis).
Het probleem is nu dat stempel zowel een de-woord (in dit geval mannelijk) als een het-woord (onzijdig) kan zijn, afhankelijk van de betekenis, en dat de naslagwerken het er niet over eens zijn wannéér het mannelijk dan wel onzijdig is. Het Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT, deel XV, 1940) noemt stempel altijd een de-woord, maar de hedendaagse woordenboeken maken onderscheid op basis van de betekenis. Als we alleen uitgaan van de gebruikelijke betekenissen ‘werktuig om afdrukken mee te maken’ en ‘afdruk van zo'n werktuig, merkteken’ en andere betekenissen van stempel niet meerekenen, komen we tot de volgende inventarisatie. Volgens Van Dale (1999), Verschueren (1996) en het Groene Boekje is stempel in de ‘afdruk’-betekenis zowel een de-als een het-woord, maar alleen een de-woord als het om het werktuig gaat. Kramers (1996) en De grote Prisma Nederlands (1997) noemen het in beide betekenissen zowel een de- als een het-woord, en Koenen (1999) noemt het juist altijd een het-woord.
Een bijkomend probleem is dat niet duidelijk is welke betekenis bedoeld is in de uitdrukking zijn stempel op iets drukken. Het kan gaan om het stempelwerktuig dat iemand ergens op drukt, maar ook om de afdruk die zo'n werktuig achterlaat. De naslagwerken verschillen ook hierover van mening. Het WNT, Koenen en Prisma nemen de uitdrukking op bij stempel in de betekenis ‘afdruk’ of ‘merk, kenmerk’, maar Kramers, Van Dale en Verschueren bij de betekenis ‘werktuig’. Het Idioomwoordenboek (1999) van Van Dale schrijft: ‘De stempel is hier een afdruk die ertoe dient om iets te waarmerken’; andere spreekwoordenboeken sluiten zich hier min of meer bij aan.
In oude citaten die het WNT bij de uitdrukking zijn stempel op iets drukken noemt, krijgen de woorden die voor stempel staan (lidwoorden, bijvoeglijke naamwoorden, etc.) steeds een mannelijke naamvalsuitgang. Hieruit kan worden opgemaakt dat dit stempel vroeger als de-woord werd opgevat. Tegenwoordig komt het echter ook vaak als het-woord voor, en volgens ons zijn een belangrijke stempel en een belangrijk stempel dan ook allebei correct. Op internet komt de constructie ‘een + bijvoeglijk naamwoord + stempel’ het meest voor met de onverbogen vorm (zonder e) van het bijvoeglijk naamwoord.