Taalkring Kamerleden
Bestuur Genootschap Onze Taal
De laatste jaren is het bestuur van het genootschap een aantal Tweede-Kamerleden opgevallen die er blijk van geven dat ze onze taal een bijzonder warm hart toedragen. Dat is onder meer tot uiting gekomen in het debat over de vraag of de positie van het Nederlands grondwettelijk moet worden geregeld en over de marginalisering van het Nederlands in een eenwordend Europa, maar ook in discussies over de invloed van het Engels of over de Nederlandse onverschilligheid tegenover de eigen taal in het algemeen. Deze toenemende belangstelling is verheugend voor het genootschap, omdat het onderwerpen betreft die bij veel van onze leden bezorgdheid oproepen.
Het bestuur van het genootschap heeft zich gewend tot Kamerleden die een bijzondere belangstelling voor het Nederlands aan de dag leggen. Zij zijn benaderd op grond van hun persoonlijk getoonde belangstelling; in lang niet alle gevallen zijn zij ook woordvoerder voor hun partij op dit gebied. Het genootschap wilde graag een informele kring van Kamerleden vormen waartoe het zich kan wenden om bijvoorbeeld aandacht te vragen voor onwenselijke ontwikkelingen met betrekking tot de Nederlandse taal, of om aan hen informatie te verstrekken waarvan het genootschap het belangrijk vindt dat de Kamerleden erover beschikken.
Van de vijftien aangeschreven Kamerleden zijn er elf toegetreden tot de Onze Taal-kring van taalbehartigers. In alfabetische volgorde zijn dat:
mevr. drs. J. Belinfante (PvdA) |
mr. ing. W.G.J.M. van de Camp (CDA) |
C. Cornielje (VVD) |
mr. B.O. Dittrich (D66) |
mevr. M.J.A. van der Hoeven (CDA) |
H.G.J. Kamp (VVD) |
E. van Middelkoop (ChristenUnie) |
mevr. J. van Nieuwenhoven (PvdA) |
mr. A.J. te Veldhuis (VVD) |
drs. M.J.M. Verhagen (CDA) |
mevr. M.C.W. Visser-van Doorn (CDA) |