Lettergrepen hebben functie bij spellen
Anders dan in vele andere talen, hebben lettergrepen in onze taal een functie bij het spellen.
De klinkers in ‘haak’ en ‘oog’ worden probleemloos naar de klank gespeld, maar dat kan men van de a en de o in ‘haken en ogen’ al niet meer zeggen. Dan komen dus on ze spellingregels aan de orde.
Het is te betreuren, dat men daarbij lettergrepen een rol heeft laten spelen. Daardoor is het nodig, om van ieder woord de lettergrepen te leren, om open en gesloten lettergrepen te kunnen onderscheiden. En dat in een tijd, dat vele zetmachines alle lettergrepen aan hun elektronische laars lappen en woorden op de meest vreemde wijze afbreken aan het einde van een regel.
Lettergrepen moet men leren door het ritme in de woorden te herkennen. Vooral de visueel woordblinde kinderen, die niet kunnen spellen vanuit een goed woordbeeldgeheugen, moeten hierin extra geoefend worden bij het leren schrijven van onze taal. Men veronderstelt, dat hun goede vermogen tot logisch denken dan zoveel mogelijk wordt ingeschakeld. Maar ieder kind verwacht na: leer-ling, ook leer-aar, leer-aar-es.
Waar blijft de logica, als het dan moet worden: leer-ling, le-raar, le-ra-res. Moet die r opschuiven, om voor voldoende open lettergrepen te zorgen om de taalregel te laten kloppen?
Iets dergelijks ziet men met de t in haat-te en ge-ha-te en de d in wreed-aard naast wre-de enz. enz.
Het is duidelijk, dat men eerst de spelling moet kennen, om daaruit de lettergrepen af te leiden en niet andersom! Als kinderen de lettergrepen horen van woorden als b.v. pakken en hebben, dan vinden ze zoek-ken ook veel beter klinken en de kans is groot,
Spelfouten door verkeerd bepaalde lettergrepen.
dat ze ook zoekken gaan schrijven evenals boerrin, heelle, soeppel, bedenkken, sierraad, enz. enz. Ook hier speelt woordbeeldkennis toch weer de hoofdrol, want anders wordt de taalregel een nieuwe foutenbron.
En wat is logischer, ver-e-nig-ing of ver-een-ig-ing?
Men moet beseffen, dat alle taalregels met hun uitzonderingen zouden kunnen vervallen, als we zouden spellen volgens het principe: één klank ééen schrijfwijze, zoals b.v. bij stenografie wordt toegepast.
Zelfs woordblinde kinderen zouden dan binnen een jaar vrijwel foutloos kunnen leren schrijven en voor niemand zou de spelling nog een bron van faalangst kunnen zijn. Bovendien zouden
Spelfouten als gevolg van het lettergrepen moeten leren. Dictee van een 10-jarige jongen, die al in de vijfde klas zit.
we onze 21.000 blinde landgenoten dan pas goed kunnen help en met de elektronische voorlees-apparatuur, die letters direct omzet in klanken. Utopie?
B.P. Visser
arts
Noorden