Onze Taal. Jaargang 41
(1972)– [tijdschrift] Onze Taal– Auteursrechtelijk beschermdEngelse schuttingwoordenIn oktober van dit jaar is het eerste deel van het Supplement op de Oxford English Dictionary verschenen. De O E D is wat opzet betreft vergelijkbaar met ons Woordenboek der Ned. Taal (eerste deel verschenen in 1882), met dien verstande dat de O E D, in 1884 begonnen, met de verschijning van het twaalfde deel in 1928 klaar was, terwijl ons W N T met zijn negentiende deel nu tot aan ‘verbitteren’ is gekomen. Daartegenover staat dat het W N T reeds in 1956 een eerste deel supplement heeft uitgegeven: de A van aacht tot en met azuursteen. Op welke lexicografische (woordenboekkundige) punten de O E D beter of slechter is dan het W N T, moeten de deskundigen uitmaken.
Voor Engeland was de verschijning van het eerste deel Supplement in menig opzicht een grote gebeurtenis. Onder andere omdat de ongeveer 17.000 woorden van het Supplement de letters A tot en met G beslaan. Dat betekent - zoals ieder die wel eens wat meer dan oppervlakkig met de Engelse taal te maken heeft gehad, zal begrijpen - dat de twee beroemdste Engelse schuttingwoorden wel of niet zijn opgenomen. Ze zijn het. Gelijk de Times het plechtig uitdrukte: ‘... met gezag aanvaard in het gastvrije gemenebest van de Engelse taal’.
In 1957 waren de Engelse woordenboekmakers begonnen met hun supplement. Tot dan toe bestonden de twee woorden (‘which may still be unprintable in The Times without inverted commas to justify it’, Times 12 oktober 1972) niet in enig Engels algemeen woordenboek, hetzij groot of klein. Na jaren wikken en wegen zijn ze dan toch nu toegelaten. Het tweede zelfs met vierenzestig citaten, de oudste uit 1503 de jongste uit 1971. Een van de redacteuren van het woordenboek, R.W. Birchfield, schrijft in een artikel (Four-letter words and the O E D, T L S 13 oktober 1972) de geschiedenis van de toelating. Het proces rondom het boek van D.H. Lawrence, Lady Chatterley's Lover, blijkt de aarzeling van de woordenmannen langzaam veranderd te hebben in vastbeslotenheid.
Birchfield meent in zijn artikel dat de moedige Engelse daad ook wel eens gevolgen zou kunnen hebben voor de desbetreffende woorden in de woordenboeken van de andere Germaanse talen (Duits, Zweeds, Nederlands enz.): die woorden zullen daar ‘dezelfde behandeling’ krijgen als in Engeland. Engeland heeft dapper het spits afgebeten, de weifelaars zullen nu snel volgen. Wat het Nederlands betreft, moeten wij hem teleurstellen. De eerste druk van Van Dale (1872) was al zo eerlijk en het W N T in 1916 toen de letter aan de beurt was gekomen. Ga naar eind1) |
|