De ‘zou’-stijl
Naar aanleiding van het stukje in het januarinummer over het gebruiken van ‘zou’, wil ik nog graag iets opmerken. Hierbij schrijf ik niet ‘zou ik graag iets willen opmerken’, omdat zulk een ‘zou’ mijns inziens geen betekenis heeft en dus de stijl slechts verwatert.
In de eerste plaats merk ik op (in plaats van ‘zou ik willen opmerken’, omdat ik het al opmerk), dat ik geen aanmerking heb gemaakt op het ‘zou’ van Dr. D., maar slechts heb gevraagd: Waarom ‘ik zou bezwaar hebben’ en ‘ik zou me weer onmogelijk kunnen voorstellen’ en niet kort en duidelijk gezegd: ‘ik heb bezwaar’ en ‘ik kan me onmogelijk voorstellen.’
Het antwoord van Dr. D. luidt: ik wil de mogelijkheid van mijn ongelijk openlaten. Daarvoor zijn echter mijns inziens talrijke andere en betere stijlmogelijkheden, waarbij dan tevens het ‘ikkerige’ achterwege blijft. Een paar voorbeelden hiervan zijn: volgens mijn mening, mij dunkt, het komt mij voor. Dr. D. zegt ook, dat men in elke moderne spraakkunst zijn ‘zou’-gebruik verdedigd kan zien. Is dat wel zo? In die van De Vooys lees ik: ‘door het gehele verband, de zinsbouw... kan meestal met fijnere onderscheiding dan door enkele verbale vormen, de bedoeling van de schrijver verduidelijkt worden.’ In die van Naarding staat wel, dat afzonderlijke modale hulpwerkwoorden dienen om de modaliteit mee aan te geven, maar bij de daaropvolgende voorbeelden staat geen enkele met ‘zou’.
En al zijn er spraakkunsten, die sommige ‘zou’-gebruik verdedigen, dan betekent dat nog heus niet, dat het in alle gevallen een goed verzorgd taalgebruik is. Dit blijkt wel heel duidelijk uit de voorbeelden, die ik heb genoemd. Maar ook heb ik mijn stukje in het decembernummer al schakeringen genoemd, waarin ‘zou’ wel goed op zijn plaats is.
Als voorbeeld dat er een vaak misplaatst en soms overdadig gebruik van het woord ‘zou’ wordt gemaakt gaat hierbij nog een aanhaling van twee zinnen uit het artikel van een dagbladcorrespondent, dat dit jaar in een groot dagblad vermeld stond. Deze zinnen luiden als volgt:
‘Tot dusver is nog niet gebleken, dat de overheid na een verdienstelijk begin voldoende p.b.o.-gezind zou zijn. Het zou nuttig zijn, indien eens een systematisch onderzoek naar alle mogelijkheden tot uitbreiding van het zelfbestuur zou worden ingesteld en wanneer dan, eveneens systematisch, uitvoering zou worden gegeven aan alle mogelijkheden, die hier nog liggen.’
In deze twee zinnen is viermaal ‘zou’ gebruikt, terwijl het mijns inziens driemaal niet gebruikt had mogen worden. Kon het de vierde maal misschien ook nog beter weggelaten zijn? Ook acht ik de voegwoorden ‘indien’ en ‘wanneer’ niet juist, omdat die hier niet dienen ter inleiding van voorwaardelijke zinnen. Verder vind ik aan het slot het ‘hier nog liggen’ niet fraai. Naar het mij voorkomt hadden deze twee zinnen beter als volgt kunnen luiden:
‘Tot dusver is nog niet gebleken, dat de overheid na een verdienstelijk begin, voldoende p.o.b.-gezind is. Het zou nuttig zijn, dat er eens een systematisch onderzoek naar alle mogelijkheden tot uitbreiding van het zelfbestuur wordt ingesteld en dat er dan, eveneens systematisch aan de bestaande mogelijkheden uitvoering wordt gegeven?’
K.C.