Boeken
Dr. B. van den Berg: Beknopte Nederlandse Spraakkunst. 2e druk. Uitg. Van Goor Zonen, Den Haag 1957 (f 2,95).
Wie voor zijn levenlang gezworen heeft bij onderwerp-gezegde-lijdend voorwerp, moet dit boek niet lezen: Wie bereid is kennis te maken met de (voorlopige) resultaten van de moderne structurele taalstudie, vindt in deze spraakkunst veel verrassend nieuwe dingen die hem een heel ander inzicht in de bouw van een taal geven dan hij tot dusver met zijn renaissancespraakkunst gewend was. De schrijver gaat uit van de zin en pas dan van de vormleer (de woordsoorten). In het tweede gedeelte bevindt men zich dan ook meestal op wat meer vertrouwd terrein. Een land dat men voor de Xste keer heeft bereisd, biedt niet zoveel nieuws meer. Daarom vinden we het eerste deel, waarin meedogenloos onze oudgedienden, als het meewerkend, het lijdend voorwerp en naamwoordelijk gezegde, de laan uit worden gestuurd, het boeiendst. Dat neemt echter niet weg dat we deze en andere afgeschafte termen voor ons werk van praktische taalhulp niet kunnen missen.