De ikbedoelers
Kent u ikbedoelers in uw omgeving? Mensen die om de twintig seconden ik bedoel zeggen? En vindt u het ook zo ellendig om naar zulk gehakkel te moeten luisteren? ‘De volgende week zondag blijven we thuis. Ik bedoel: dan krijgen we geen bezoek.’
Maar als u dàt bedoelt, waarom zegt u dan niet direct: ‘Aanstaande zondag krijgen we geen bezoek’? Dat is veel prettiger om naar te luisteren.
Wijs er uw goede vriend maar eens op, dat hij een ik bedoeler is. Betrap hem maar eens, ga maar eens turven als hij spreekt. U bewijst hem er een dienst mee, en... er is zelfs een kleine kans dat hij er een wederdienst van kan maken. Misschien houdt u er zelf andere lijmwoordjes op na: bij wijze van spreken, eerlijk gezegd, weet je, snap je, zeg ik maar zo, hoores, moejes luistere, voejewel, niewaar. Helemaal zonder kan ons gesprek nu ook weer niet zijn. Juist deze lijm bindt onze meesterlijke gedachten aan elkaar. Wie van onze lezers heeft eens de tijd (en de zin) om een flinke lijst lijmwoorden uit de omgangstaal op te stellen?