Hossie
De Noordhollanders zijn er uitermate verbaasd over dat wij het pakkende woord ‘hos’ of ‘hossie’ niet kenden. Velen hebben ons hierover geschreven, wij danken hen voor hun uitvoerige inlichtingen. We vinden het woord waard, uit het dialect naar het ABN vervoerd te worden. We hebben het in de praktijk van ons eigen huiselijk leven gebracht inplaats van de vormelijke vestibule. Wie weet, geven we nog eens onze jas in de Koninklijke Schouwburg af aan de hos.
Van de brieven nemen we de volgende over:
(J.B.) Of ik het woord hosje ken? En of. Al moet ik bekennen dat ik het eigenlijk alleen ken uit West-Friesland. Het klompenhossie ontbrak zelden in oudere woningen. Maar in de nieuwere zal men het vergeefs zoeken. Mijn moeder bezit in Oosterleek - raadpleeg daarvoor de kaart, aan de dijk tussen Hoorn en Enkhuizen en wie ooit in de buurt heeft gezeild kent de Lekerhoek en het Lekervuur - nog een huis met een prachtig hosje. Tussen het betegelde voorhuis en de woonkamer zijn planken schotten. Daarin heeft men de ruimte gevonden voor twee bedsteden en, tussen de twee toegangsdeuren naar kamer en voorhuis, is het bewuste hossie. Dit huis dateert uit het laatste deel van de 18de eeuw. Omtrent de geografische verspreiding van het woord is mij niets bekend. Hier in een bureaulade ligt het Lyts Frysk Wirdboek. Maar geen overeenkomstig woord is er in te ontdekken. Desniettemin: ik zweer bij het Hosje en een collega, geboren te Nibbixwoud en lang woonachtig in de schone stede Medemblik, blijft daarbij niet achter.