Van het bestuur
Het werk van ons Genootschap heeft zich gedurende de laatste jaren steeds meer uitgebreid. Het zo uitstekend geslaagde Taalcongres van 1955 heeft bewezen dat ons streven weerklank vindt in vele lagen van de Nederlandse bevolking. De samenwerking met België is in de laatste jaren hechter geworden. Nu men allerwegen steeds meer houvast verlangt om onze taal juist en vaardig te kunnen gebruiken, zal ons werk nog een groter omvang moeten krijgen. Bovendien zullen wij ons krachtiger moeten verzetten tegen een overwoekering van het Nederlands door vreemde talen.
Veel plannen konden niet uitgewerkt worden omdat het ons aan tijd en middelen ontbrak. Daarin willen wij dit jaar verandering brengen. In onze moderne maatschappij is het niet meer mogelijk dat het vele en ingewikkelde werk dat verbonden is aan een Genootschap als het onze, gedaan moet worden in de paar spaarzame uren die overschieten op een druk bezette werkkring. Wij willen daarom overgaan tot het aanstellen van een vaste secretaris die het bureau van Onze Taal zal leiden. Daar op de begroting van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen een voorstel tot subsidie aan O.T. is geplaatst, kunnen wij deze maatregel ook financieel verantwoorden. Op de laatste pagina van dit nummer vindt U een oproep van het bestuur. Indien U zelf niet voor dit werk in aanmerking wilt of kunt komen, hebt U wellicht in Uw omgeving mensen wier aandacht U op onze oproep kunt vestigen.
Ir. J.T. Duyvis, voorzitter Onze Taal.