De tien mooiste woorden
We geven het op. We zijn niet in staat een keuze te doen uit de vele tientallen woorden die ons zijn voorgesteld. Het spelletje is ook onzinnig. We kunnen zeggen: dit vind ik de tien mooiste boeken die ik tot nu toe ken, omdat ik daarin gevonden heb... en dan volgt de omschrijving waarom ik die mooi vind. Men bevindt zich bij dit ‘mooiste’ op zo'n duizelingwekkende hoogte van strikt eigen inzicht, smaak en gevoel dat elke gedachtenwisseling vruchteloos is. Waarom vindt men een woord mooi? Misschien de klank: Veronika, acht verschillende klanken, afwisselend medeklinker-klinker. Misschien de herinnering die het oproept: roos, heerlijke bloem, wat was ik verschrikkelijk verliefd toen ze die roos tussen haar haren had, ken je die prachtige regel: come into my garden, I want my roses to see you? Misschien de strikte betekenis van het woordenboek: vrijheid, daar kan een mens toch niet van buiten. Misschien de vorming: wijsbegeerte, precies wat het zegt: begeerte om wijs te zijn. Misschien nog veel meer redenen. We vergeten erbij dat een woord heel eigenlijk betekent wat we zelf willen. Waarom is ‘zandbak’ niet het mooiste woord? Precies wat ik wil: een bak met zand. Onvergetelijke herinnering aan de prachtige tuin van mijn ouders. Als ik ‘zandbak’ zeg, denk ik aan mijn kleine Michieltje die nu bij ons achter in de tuin speelt, ach wat een schattig joch. De klank kan ik me niet beter wensen. Het rijmt ook nog: twee mooie doffe klinkers omgeven door vijf verschillende medeklinkers. ‘Zand’ begint zo vloeiend zzz en eindigt zo hard met die d: net als zand. ‘Bak’, kun je iets plompers voorstellen?
U ziet, we geraken in een doolhof waar we langs dichterlijke, wijsgerige, kwasi-wijsgerige, taalkundige, kwasi-taalkundige en zeer persoonlijke paadjes naar het mooiste zoeken. We doen maar een greep uit de voorraad. Onze hartelijke dank aan allen die ons getracht hebben uit de doolhof (mooi woord!) te halen.
wielewaal, nachtegaal, parelmoer, diamant, pijjekker, pleisterplaats, kinkhoorn, gezagvoerder, koopvaardij, maatschappij, makelaar, zwijntjesjager, polder, stadhouder, uiterwaard, vroedschap, waterstaat, wijsbegeerte, dubbeltje, gulden, overtuiging, inspanning, uitspanning, dukdalf, botervloot, geldschieter, geneesheer, dijkgraaf, voorspoed, tegenspoed, meevallertje, tegenvallertje, honk, slaperdijk, platteland, boomgaard, volledig, zielig, lamlendig, verbouwereerd, weergaloos, onbaatzuchtig, vroed, plechtig, deftig, opgeruimd, monter, saai, onstuimig, bedaard, aarzelen, roddelen, winkelen, slenteren, drentelen, snuffelen, erbarmen, veronachtzamen, vijzelen, gekscheren, meesmuilen, laken.