Jaarverslag 1952
Het hier volgende jaarverslag bestrijkt een periode van December 1951 tot begin Januari 1953. De secretaris hoopt hiermede de moeilijke tijd sedert het heengaan van de heer Smit te kunnen afsluiten. Het bestuur heeft in de nu afgelopen jaren vele zorgen gehad, waarvan in ons orgaan reeds meer dan eens is gesproken.
Mocht in het vorige verslag nog de hoop worden uitgesproken, dat Mej. Dr. van Lessen zou herstellen, reeds in Januari moesten wij, helaas, haar overlijden mededelen. Wij missen haar hartelijke en warme belangstelling zeer. Ook het redactionele terrein was nog geenszins vrij van oneffenheden. Mej. Van Essen heeft in 1951 haar aandeel in het werk opgegeven. Verschillende pogingen om een nieuwe kracht aan ons maandblad te verbinden bleven zonder resultaat. Tenslotte gelukte het in den heer Veering iemand te vinden met veel toewijding voor de taal en beschikkende over tijd om de samenstelling van ons blad op zich te nemen. Het bestuur gelooft, dat hij het orgaan in een aantrekkelijke toon weet te houden, zodat er gelukkig geen uittocht van lezers geschiedt is, maar juist het aantal abonné's langzaam groeit.
De uitgave van het orgaan blijkt bij de Nederlandsche Uitgeversmaatschappij in goede handen te zijn. De beslommeringen van een zeer veelsoortige lezersadministratie gingen de krachten van de bestuursleden meer en meer te boven. Wij hebben echter ervaren, dat met deze verbeteringen en consolidering geldelijke offers gepaard gaan, die de tegenwoordige bronnen van inkomsten overtreffen. Weliswaar hebben de aanwezige middelen het mogelijk gemaakt de thans ingevoerde werkwijze in gang te zetten, doch voor het bestendigen daarvan zullen meer inkomsten nodig zijn dan die ons tot nu toe jaarlijks toevloeien.
Met een vertegenwoordiger van de journalistenverenigingen voerde het bestuur een bespreking over een algemene manifestatie tot verbetering van het taalgebruik. Deze bespreking bracht het bestuur de overtuiging bij, dat hieraan een bepaalde propaganda in pers en radio vooraf diende te gaan. Die propaganda ware te bereiken door eerst in nader overleg met pers en omroep te treden. Het bestuur stelt zich voor aanknopingspunten te zoeken voor overleg en samenwerking.
Het zal dus vooral nodig zijn in het nieuwe verenigingsjaar onze krachten aan het verstevigen van onze geldelijke basis te wijden. Plannen hieromtrent worden voorbereid.
Blijken er voor de naaste toekomst nog belangrijke zaken te behandelen, het afgelopen jaar heeft de inwendige organisatie aanzienlijk versterkt. Daarmede zijn een welverzorgde inhoud en geregelde verschijning van het orgaan voorlopig verzekerd.
's-Gravenhage, Januari 1953.
Ir. J.P. Smits.
Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd