Traditionele fouten
We mogen aannemen, dat iedereen onderscheid kan maken tussen ‘te’ en ‘ten’, ‘Ten’ is de samensmelting van ‘te’ en ‘den’. We zeggen iedereen, maar weten, dat het ‘ten allen tijde’ en ‘ten mijnen huize’ niet van de lucht is. Maar goed, als we opgelet hebben tijdens de Nederlandse les, zullen we ons niet licht laten strikken. Nu klaagt een ambtenaar, die ongetwijfeld ‘te’ en ‘ten’ kan onderscheiden, dat zijn tekst voor officiële stukken herhaaldelijk wordt veranderd. Hij schrijft ‘te dezen domicilie kiezend’ en de onverbeterlijke verbeteraar maakt er ‘ten deze’ van. Een lesje in ‘te’ en ‘ten’ helpt niet. Wie heeft gelijk? Natuurlijk onze klagende ambtenaar. Met de hand op de spraakkunst kan hij zweren, dat het ‘te dezen’ moet zijn. Maar.. (hier komt dat maar van O.T.!) het langdurige gebruik kan een uitdrukking even goed wettigen als de spraakkunst. Ook de historie van de taal geeft hier de doorslag. We kunnen zonder een zweem van onrust beweren, dat ‘ten deze domicilie kiezend’ sinds lang vakterm geworden is. Het W.N.T. bevestigt dit. U trekt U mokkend terug in Uw tent? Dan nog een kleine verklaring: men voelt in ‘ten’ niet meer een lidwoord. ‘Ten gerieve van’ is ‘tot voordeel van’, ‘ten anker’ is ‘voor anker’, ‘ten name van’ is ‘op naam van’. Zelfs woordenboeken geven ‘ten enen male’, dat toch zeker ‘te enen male’ moet zijn. Wij houden ons hart vast, dat de zwakkelingen ook ‘ten allen tijde’ een vakterm zullen noemen. Daarom willen wij ons lijstje vaktermen met traditionele fouten voorlopig beslist niet langer maken dan ‘ten deze’.