U vraagt en wij....
Neen, ‘jeugdig’ afkeuren en alleen ‘jong’ goed vinden lijkt ons oneerlijk. Het zijn synoniemen, al vertoont het gebruik schakeringen. □ ‘Teromol Pos’ stond er op een enveloppe uit Indonesië. Wij noemen onze trommel een box. Aardig voorbeeld van invloed van Nederlands op een andere taal. □ Waarom Heineken's bier en niet Heinekens? Men schrijft 's bij voornamen, die op een heldere klinker uitgaan: ‘Theo's fiets’ en meestal ook bij familienamen, dus: Heineken's, de Gruyter's enz. Het geschiedt dan om de naam beter te doen uitkomen. In enkele zeer bekende familienamen schrijft men de s vanouds aan het woord vast: Vondels gedichten, de Ruyters overwinning. Aan U uit te maken, wie nu vanouds een zeer bekende familienaam heeft.. □ ‘In aansluiting aan’ beter dan ‘in aansluiting op’. Bij ‘aansluiten’ komen ‘aan’, ‘op’ en ‘bij’ voor, maar in het bekende begin van een brief is ‘aan’ wel het best. □ Een Oostenrijkse, die ons blad leest, vond ‘kiekentips’ van een weekblad wat vreemd. Zij keek verheugd op, toen bewust blad later met ‘fotowenken’ voor de dag kwam. □ ‘'s-Hage’ verfoeilijk. Schrijft U ook ‘'s-Zande’, ‘'s-Berg’, ‘'s-Bosch’? □ Als er twee mannen zijn, van wie de echtgenoten zusters zijn, mogen deze mannen elkaar dan ‘zwager’ noemen? Ja, het woord heeft een algemene betekenis, nl. ‘aanverwant door huwelijk’. In oude tijden sloeg het woord ook op ‘schoonzoon’, ‘schoonzuster’ en andere ‘schoon’-heden. □ Het meervoud van ‘depot’. Liever ‘depots’ dan ‘depot's’. De Franse uitgang -ot stelt wel een lange klank voor, maar de laatste letter is een t. Het teken ' (zoals in
‘auto's’) behoeft hier niet te dienen om een voorstelling van een korte klank te vermijden. □ ‘Het’ deeg of ‘de’ deeg? In Zuid-Nederland komt het tweede wel voor. ‘Het’ is evenwel meer algemeen Nederlands. □ ‘Nageven’ in de betekenis van ‘achter iemand zoeken’ is goed, maar misschien wat ongebruikelijk. Men zegt eerder ‘dat zou ik achter hem niet zoeken’ of ‘daartoe acht ik hem niet in staat’ dan ‘dat geef ik hem niet na’. □ ‘Verstijfd van schrik’. Het werkwoord ‘verstijven’ is zwak. In sommige dialecten hoort men ook wel ‘versteven’. □ Een of ander vreemd woord moet men vertalen ‘met’.. en niet ‘door’.. Het laatste voelen we als een gallicisme. Nu we het toch over vertalen hebben: beter is ‘een vertaling uit het Duits’ en niet ‘van’. □ En tenslotte hoorden wij over de ‘geleibiljetten’ nog het volgende: ‘Men zou misschien de gevolgtrekking kunnen maken, dat het woord een verdachte nieuwvorming uit onze tijd zou zijn. Deel IV van het W.N.T. (1889) geeft een voorbeeld uit 1822. Alle moderne woordenboeken vermelden het.’