De tweede naamval
Sommigen keuren af ‘de terechtstelling der moordenaars’ en keuren goed ‘het vonnis der rechters’. Hun bewijsvoering is aldus: in het eerste voorbeeld heeft ‘moordenaars’ een taak als lijd. voorw., en in het tweede ‘rechters’ een taak als onderwerp. De tweede naamval kan nooit een lijd. voorw. betekenen. Maar dan wel een onderwerp? En is ‘van de moordenaars’ nu beter door de omschrijving, die we ook kunnen gebruiken in ‘van de rechters’? Men denkt dan: de rechters zijn zoveel als de bezitters van het vonnis en de moordenaars niet de eigenaars van de terechtstelling. Dit zou juist zijn, als de tweede naamval inderdaad slechts een bezitsverhouding zou weergeven. Maar deze vorm is in betekenis zeer ingewikkeld. Kenmerk, oorsprong, overtreffing, verdeling kan de vorm o.a. betekenen. U zult uiterst nauwgezet moeten zijn, wilt U daarin vaste regels voor deze uiteenlopende zaken ontdekken. Het argument, dat men zich zou vergissen, zodat de moordenaars hun rechters zouden terechtstellen, is onjuist. Daartegen is elke gesproken en geschreven taal bestand, door de situatie, waarover en waarin men vertelt. Men moet hiermee niet verwarren de fout, die dikwijls ontstaat, doordat voorzetselgroepen, als ‘in afwachting van’ e.d., met het volgende zelfst. naamw. een tweede naamvalsvorm voortbrengen. Dus niet: ‘In afwachting Uwer berichten - ten gevolge der stormen - in weerwil mijner waarschuwing’.