U vraagt en wij......
Plaatselijke Telefoon Dienst, meneer Neher, met drie hoofdletters, is fout. Neemt u ons niet kwalijk, maar het is natuurlijk Plaatselijke Telefoondienst. Wij begrijpen, dat u verwarring wilde voorkomen, omdat uw algemeen bedrijf afgekort heet P.T.T. Maar waarom dan niet P.T.H. voor den Plaatselijken Telefoondienst 's-Gravenhage en P.T.A. voor den Plaatselijken Telefoondienst (in) Amsterdam, enzovoorts? Dit geven wij u, met oprechte hoogachting, in overweging. □ Minister Gielen heeft er (O.T. Juli 1948) al op gewezen, dat ‘drs’ en ‘dra’ niet - als titel - voor een naam geplaatst mogen worden, wel achter een naam onder vermelding van de faculteit of studierichting, waarin het doctoraal examen werd afgelegd. Wij willen het nog wel eens herhalen. □ In een gemeentelijke verordening staat: ‘De aanspraak van de gehuwde vrouw, wier echtgenoot kindertoelage geniet op grond van deze verordening, wordt beperkt tot het verschil tussen hetgeen hij in totaal aan kindertoelage zou......’, nu ja, de rest is niet belangrijk voor ons. Het gaat om het woordje ‘hij’. Dat moet zijn ‘haar echtgenoot’. Degene, die dit vroeg, heeft gelijk. □ Nogmaals: indien een handtekening onder een brief, op de schrijfmachine getikt, ook getikt wordt herhaald, is het gebruik, die herhaling tussen haakjes te tikken. Het gebruik, zeggen wij, want dit heeft niets met de taal te maken. Het gebruik is logisch, want de bedoeling is te zeggen: als u de handtekening niet kunt lezen (wat zo vaak het geval is), weet dan, dat hier staat (H. de Krabbelaar). □ Wij hebben ook wel eens een geschreven brief gehad met een onleesbare handtekening eronder, van een goeden vriend van Onze Taal, en toen schreef hij er, ook ter verduidelijking, onder: ‘dit is uw lid ir. J.A. Muller, in den tijd, dat hij meer werkte en het minder regende’. Dat is origineel en ook aardig. □ De Meergelijkmatige Onderlinge
Brandwaarborg Maatschappij - bericht ons een deskundige lezer - is een onderlinge verzekeringmaatschappij, die op meer gelijkmatige wijze (dan bij andere maatschappijen het geval zou zijn) de verdeling van de schade-uitkering ten laste van de deelnemers vaststelt. De naam Meergelijkmatige, welke een technische regeling aanduidt, zou dus verantwoord zijn. Technisch wel, blijkt nu, maar taalkundig? Meergelijkmatig, aaneengeschreven, is niet goed. Gelijkmatiger is de vergrotende trap, niet meergelijkmatig. Dus is meergelijkmatig een taalkundig wangedrocht. □ Wij blijven erbij, dat i.p.v. bliksemslag geschreven moet worden blikseminslag. Wij zeggen toch niet: de bliksem slaat, maar slaat in. Van Dale zegt: bliksemslag betekent de slag van den bliksem. Dat is, met permissie, nonsens. De bliksem slaat niet, maar veroorzaakt het rollen van den donder. Als we dit in het oor vatten, dan begrijpen we beter, dat het inslaan van den bliksem, die de electrische ontlading is, dat rollen van den donder inleidt. □ ‘Der staat’, ‘der inboedel’, kortom aan mannelijke woorden den vrouwelijken genitief geven, ja, dat is een vervlakking, die de nieuwe spelling heeft veroorzaakt. Men mag de geslachten der zelfstandige naamwoorden niet verwaarlozen. □ Een woord kan niet uitsterven, wel het gebruik van een woord. □ Is Zuidelijker collega's wel juist, vraagt een lezer. Moet het niet Zuidelijkere zijn? Neen. Om het nu maar eens geleerd te zeggen: veellettergrepige comparatieven blijven onverbogen. □ Het is wel het uitvoerende personeel, met e, maar ‘een talrijk personeel’ zonder e. Ja, de Nederlandse taal verbergt moeilijkheden. □ ‘De volmaking der bedrijfsapparaten’ is goed. Vervolmaking zou fout zijn. Wil men misverstand voorkomen (al is het duidelijk, dat de bedoeling niet is, te spreken van het vol maken van de
bedrijfsapparaten), dan kan men op de a van volmaken een ‘accent aigu’ zetten. □ Het rier, meervoud rieren, is een Friese benaming voor jonge koeien en vaarzen. □ ‘Van iets’ op de hoogte zijn, niet ‘met iets’. ‘Ik ben er mee op de hoogte’ is een vermenging van de vormen: ik ben er van op de hoogte en ik ben er mee bekend. □ Ja, die chefstaf hebben wij al eens behandeld. Het moet chef van den staf zijn. □ Een vrouwelijke commissaris blijft dien titel ongewijzigd behouden en wordt niet commissaresse genoemd. Het blijft ook notaris, gemeentearchivaris, als het een vrouwelijke functionaris (!) betreft.