(Me.) De aanhouder wint!
Het is te hopen!
Een woord dat tegenwoordig ook vaak misbruikt wordt is het woord zakelijk. Men vraagt iemand zakelijk te spreken, in plaats van voor zaken; een winkelier wenscht zijn klanten per advertentie een gelukkig nieuwjaar, persoonlijk en ook zakelijk.
En dan die contacten, die ‘alsmaar’ gelegd of opgenomen worden, in plaats van tot stand gebracht, of verkregen.
Banden worden in den regel aangehaald, in plaats van versterkt; zijn zij nog niet aanwezig, dan behoren zij aangeknoopt te worden.
Onlangs las ik in een kunstrubriek iets over een doordringend zelfportret; in een andere rubriek stond iets over een filmverbeelding. Wie kan mij vertellen wat met deze twee woorden (doordringend en verbeelding) in dit geval bedoeld werd? (Red. Wij niet!)
Wij leven in het seizoen der uitverkoopen; sommige winkels adverteeren: wij ruimen. Is dat Duitsch of Nederlandsch? (Red. Beide).
In het transportbedrijf sprak men vroeger van overladen, nu is het geworden omslaan.
Onjuist leek mij een opmerking van onlangs in Neerlandia. Men had gelezen dat de Nederlandsche en Indische Hooge Commissarissen formeel niet, maar materieel wèl ambassadeurs zullen zijn en vroeg nu of er materieele ambassadeurs kunnen zijn. Ik zou zeggen dat de aardigheid niet opgaat; de functionarissen in kwestie zullen ambassadeurs zijn in materieelen zin, dus wezenlijk, zij het ook niet formeel, dus naar den vorm.
Men moet niet door te groote ijver de menschen in de war brengen. (Red. Dat beamen wij van harte!).