U vraagt en wij...
beginnen maar weer eens aan een nieuwe lijst van antwoorden, want de korte vragen, die in deze kolommen afgedaan kunnen worden, hopen zich op. In gemoede... men vraagt ook wel eens te veel!
Zo ‘hoe is het woord advocaten-borrel te verklaren?’ De etymologische woordenboeken, zegt onze vragensteller, verklaren eendrachtig, dat het een nuttige drank is voor de rechtsgeleerde, ‘om bij het spreken de keel te smeren’. Ja, ja, maar volgens het supplement van het W.N.T. is het waarschijnlijker, dat het woord van ‘advocatenwijn’ afkomstig is. Reeds in 1655 komen we ‘vinum advocatum’ tegen, ‘'t welck brandewijn was met suycker en muskaat’. Nu dan, zullen we dat jaar als het geboortejaar van ‘het advocaatje’ afkondigen en over zes jaar het derde eeuwfeest vieren? Dan behoeven de dames niet achter te blijven! □ ‘Liggingstoestand’ voor ‘situatie’? Neen, dat ligt ons niet. Afgekeurd. Broedt u nog maar wat door. □ ‘Kostbaar’ voor ‘waardevol’, ‘vol liefde’ voor ‘liefdevol’, uitstekend! □ Waar ‘gnuiven’ en ‘gniffelen’ vandaan komen? O, lala! Daar moeten we enige uren voor duiken in enige woordenboeken, waarvoor de tijd (nog) ontbreekt. 't Frekskuus aanvaard! □ Doopformulier of doopsformulier? Van Dale geeft doopformulier aan, doch wij geven de voorkeur aan doopsformulier, naar huwelijks- en avondmaalsformulier. □ En dan is er weer... doopvont! □ Nog eens: wegen worden aangelegd, niet gebouwd. En: kanalen worden ook niet gebouwd, maar wel gegraven. □ Ter sprake gebracht of behandeld voor het vreemde, maar graag gebruikte ‘geëntameerd’. En een hachelijk onderwerp voor een ‘precair’. Hachelijk, wat een mooi, goed en degelijk, Nederlands woord, niet waar? Maar wij doen graag deftig (nog). Kent u het (historisch) grapje van een jeugdvriend van de grote Louis Couperus, die jaren in Indië geweest was en tijdens een verlof in Nederland de grote man op straat ontmoette? Hij sloeg hem op de
schouder en zei: hoe maak je het, kerel? De schrijver zei: ‘Zeg Louis of zeg Coupèrus, zeg in godsnaam geen kèrel!’ □ ‘Ik voel mij gehandicapt’. Waarom niet ‘in verlegenheid gebracht’. □ Een lezer stoot zich aan het gebruik van ‘uitsmeren’ en ‘spreiding’ en het ‘aantrekken’ van arbeidskrachten. Hij stoot zich terecht, dus hoe minder hoe beter. □ Zij staan niet hen doch hun terzijde. □ De luistervergunningen moeten niet omgewisseld, maar ingewisseld worden. □ Chef staf is een verkorting van de chef van de (generale) staf. ‘Ga maar naar de chef staf’ zeggen we dan. Beter volledig te zijn. □ Ziet ge, wij zouden nu ook (hebben) moeten schrijven: het is beter volledig te zijn. Het bloed kruipt... □ Ja, die ‘belevenissen’! De Dinsdagavondtrein maakt het wel weer te bont! □ Tegen verkleinwoorden kan, mits zij te pas gebruikt worden, geen bezwaar bestaan. Een ‘niemendalletje’ is ingeburgerd niet alleen, maar goed, ‘een gramofoonplatenprogrammaatje’ daarentegen belachelijk. □ Ja, die ‘omroepers’, sprekers voor de radio, die belasten hun geweten wel zwaar, want zij brengen hun fouten zo gemakkelijk in het gehoor van honderdduizenden. De Nederlandse Radio-Unie moet maar eens een deskundig toezicht instellen, of een toehoor. Er is werk aan de winkel. □ Een verslaggever van de grote Nieuwe Rotterdamse Courant beschrijft een ‘experiment’ van Heinekens Bierbrouwerij, die het bloeiproces van een prunus verlangzaamde door de plant nagenoeg op vriestemperatuur te houden ‘zelfs nadat het uitbottelingsproces al was begonnen’.. Ja, ja, het bier was maar weer best! □ En een verslaggever van Trouw, ook niet mis, beschrijft een promotie-dispuut, aan hetwelk een einde gemaakt werd doordat de
assistent-pedel binnentrad en ‘Hoera!’ riep. Hij vertolkte waarschijnlijk de blijdschap van de promovendus over het einde van het benauwde uurtje. □ In een circulaire (rondschrijven) werd aan het slot de volgende zin gebruikt: ‘Gaarne laten wij binnen enige dagen bij u aan huis vernemen dat en met welke bijdrage u wilt steunen’. Ja zeker, dat dat is goed, heel goed zelfs. U wilt ermede uitdrukken, dat u niet twijfelt, dat de ontvanger zal steunen met een bijdrage. □ ‘Een lift-truck is een electrisch gedreven wagentje, door één man bediend, waarmede goederen (in opslagplaatsen en op kades) kunnen worden opgestapeld op verschillende hoogten’. En of de Taalcommissie voor de Techniek al een Nederlands woord ervoor weet? Wij geloven het niet, maar ‘vracht-stapelaar’ of ‘vrachthefwagen’ of ‘opslagwagen’ kunnen zeer goed in overweging gegeven worden. □ Parmantig komt waarschijnlijk van parement = tooi (Frans), pardoes van perdoes (tussenwerpsel). □ Perdoes komt ook voor in het Antwerpse dialect. □ ‘Het wordt tijd de zaak uit de doeken te doen’ wordt inderdaad hoe langer hoe meer gebruikt. Hoe de uitdrukking te verklaren is? Zij heeft een beeldend vermogen. De volksmond houdt daarvan. Het volk drukt zich graag duidelijk uit, onverbloemd. ‘Uit de doeken doen’ = uitleggen, bloot leggen. Dat hier aan kinderdoeken gedacht is, is wel waarschijnlijk, want daarin ligt voor het volk de kleur van de beeldspraak.