‘Verjaardag’
‘Verjaardag, -feest, -geschenk zijn wellicht niet *eens zoo heel jong.’ Wellicht niet eens zoo heel jong? Heeft U gronden? of is het misschien de aanwijzing van een bloote gissing? In de 16de eeuw schijnt ‘verjaardag’ nog niet bestaan te hebben. Wel ‘verjaren’ in den zin van: een jaar geleden zijn. Zie Kiliaen, en Plantijn (de bekende Woordenboeken uit laatste gedeelte 16de E.). En Huygens spreekt van ‘geboortedagh’, niet van jaar- of verjaardag, zoover ik weet. Wel gebruikt hij al verjaren = zijn geboortedag herdenken; en verjaring: Op de 60e verjaringh van den Heer Van Beuningen.
Inderdaad, wij gingen, toen wij schreven dat verjaardag enz. wellicht niet eens zoo heel jong waren, met ons geheugen te werk. Wij dachten honderd jaar, of daaromtrent.
Thans vonden wij het in het woordenboek van Weiland (1810), van Marin (1768), van Halma (2de druk 1729; 1ste druk 1710), van Sewel (3de druk 1727; 1ste druk 1691). Bij Mellema (1630), De la Porte (1659), Hexham (1678), V. d. Ende (1697) en Giron (1710) is de samenstelling niet te vinden; men treft daar alleen de afleiding ‘verjaring’ aan.