Sporttaal
Wij lezen in De Telegraaf:
‘Is de tijd langzamerhand rijp dat de Engelsche telling en wellicht ook de termen in lawntennis vervangen worden door Nederlandsche? Deze kwestie is al eerder aan de orde geweest en tot voor kort was het antwoord van dien aard dat niemand zich de moeite gaf om eenige verandering teweeg te brengen. Men bleek te zeer gehecht aan de Engelsche termen, men vond de geopperde en soms toegepaste Nederlandsche woorden onwennig en men veroordeelde ze daarom. Een onzer tennis-officials verklaarde zelfs, dat hij het idee “krankzinnig” vond.
Intusschen heeft zich in heel Europa voltrokken wat tennissend Nederland verwierp: men ging over tot de telling in de nationale taal, ja tot vervanging van vrijwel alle termen. Onlangs bleek uit een statistiekje, dat van alle landen in Europa Nederland en Zwitserland de eenige landen waren waarin het Engelsch gehandhaafd bleef.
De redactie van “Lawntennis” heeft hierin een beschaming voor de tennis-organisatie van ons land gezien. Zij verklaart zich tot een voorstandster van het bevorderen van het gebruik van de eigen taal en zij heeft onlangs een enquête gehouden om het oordeel van verschillende bestuurders, spelers e.a. wat betreft de telling in het Nederlandsch te vernemen.
Daarbij werden deze vragen gesteld: A. Acht u principieel de vervanging van de Engelsche tellingstermen door de Nederlandsche een bezwaar? B. Acht u het nationale taal-element niet van beteekenis en is het niet een bewijs van onmacht, dat in tennissend Nederland niet zou kunnen wat in andere landen wel kan?
Uit de antwoorden blijkt, dat de opinie zich de laatste jaren wel gewijzigd heeft en dat velen het idee niet meer zoo verwerpelijk achten. Van de twintig antwoorden zijn er vier vóór het behoud van de Engelsche taal, zestien achten de invoering van het Nederlandsch geen bezwaar en van die zestien zijn er zeven sterke voorstanders.’
Wij hebben in deze kolommen reeds herhaaldelijk de vervanging van Engelsche termen bij sport en spel door Nederlandsche woorden bepleit. Wijlen ons medelid Prof. Valckenier Suringar schreef (O.T., 1933, 15) dat hij bij het tennissen van het begin af Nederlandsche woorden had gebruikt, zonder opzien te baren, maar ook: zonder navolging te vinden. Zijn standpunt schijnt dus nu veld te winnen.
Beter laat dan nooit!