Critiek.
Ons lid Dr. L.M. Metz te Vorden is een goed vriend van ons Genootschap en hij maakt nu gebruik van het recht, dat hem uit dien hoofde toekomt om ons eenige feilen te toonen.
In onze propagandacirculaire vindt hij het woord ‘verontreiniging’ (in de laatste jaren is in toenemende mate een verontreiniging van de taal te constateeren).
Verontreiniging is volgens ons lid in dit verband af te keuren.
Als verdere voorbeelden van een verkeerd gebruik van dit woord vermeldt de heer Metz:
‘Deze gerst is met tarwe verontreinigd (moet zijn: vermengd). De oplossing van keukenzout is met allerlei andere zouten verontreinigd (bevat sporen van andere zouten).
Rein water beteekent wat anders dan reines Wasser. Biologische reiniging moet zijn: zuivering, loutering, klaring. Reinigingseed moet zijn zuiveringseed.
Reinzilver is om tweeërlei reden Duitsch, - fijn zilver of zuiver zilver’.
Wij maken gaarne melding van deze critiek; wij kunnen daar slechts bij winnen. Maar een andere opmerking van ons lid moeten wij onverbiddelijk afwijzen, een namelijk die betrekking heeft op een woord, ten aanzien waarvan onze Raad zijn oordeel heeft uitgesproken. Daarop mogen wij geen critiek toelaten. Zelfs niet van ‘die fluwêldokter’!