ting van de verschenen lijsten van germanismen, met ruim 150 woorden, terwijl de Index, gevoegd bij het nummer van Februari 1934, een aantal van 130 onderwerpen vermeldde, die, een- of meermalen, in de jaargangen 1932-1933 van het orgaan waren behandeld.
Ook thans weder mag het Bestuur met erkentelijkheid melding maken van de steun die het Genootschap mocht ondervinden van zijn Raad van Deskundigen, welks leden met niet genoeg te waardeeren belangstelling hun aandacht hebben gewijd aan de beoordeeling van de hun voorgelegde vraagstukken.
Een groot verlies heeft het Genootschap geleden door het verscheiden van het lid van den Raad, Prof. Dr. J.H. Kern. In het Orgaan van het Genootschap heeft de Redactie met enkele woorden de nagedachtenis van dezen kundigen geleerde en beminnelijken mensch geëerd en ook hier moge getuigd worden van de dankbaarheid waarmede het Bestuur van ons Genootschap het vele goede herdenkt, dat het van dit lid van zijn Raad mocht ontvangen.
Met voldoening moge hier worden vermeld dat Prof. Dr. G.G. Kloeke zich heeft bereid verklaard de plaats in te nemen die door het overlijden van Prof. Kern was opengevallen.
Het Algemeen Nederlandsch Verbond heeft op de overeengekomen wijze gebruik gemaakt van onze voorlichting ten aanzien van vragen op taalgebied en de Redactie van Neerlandia heeft ons verlof gevraagd om artikelen uit ons orgaan over te nemen, welk verlof gaarne werd verleend.
De algemeene Ledenvergadering werd gehouden op 7 October 1933; het verslag daarvan is opgenomen in nummer 6 van het Orgaan van dat jaar.
Het denkbeeld geopperd door den Heer F. Lugt, hetwelk in de vergadering van 7 October 1933, ter kennis van de leden is gebracht, heeft sedert een begin van uitvoering gekregen. Bij den aanvang van het thans afgesloten vereenigingsjaar telde het Genootschap 191 leden en 1 donateur.
In den loop van het jaar traden als lid toe 22 personen terwijl door bedanken en overlijden 42 leden moesten worden afgevoerd, zoodat aan het einde van het vereenigingsjaar het Genootschap telde 171 leden en 1 donateur.
Wil ons Genootschap in staat blijven zijn taak naar behooren te vervullen, dan zal het noodig zijn dat ernstig gestreefd worde naar een vergrooting van het ledental; - het moge de Secretaresse vergund zijn hiervoor een krachtig beroep te doen op de medewerking van de leden.