- Degene -schrijft hij- die op dit stuk gevoelig is, krijgt bijna geen krant in handen, waarin hij niet valt over slordigheden of onlogische zinconstructies; een enkele maal zóó ver gaand, dat ze, goed gelezen, zelfs het tegendeel uitdrukken van hetgeen de schrijver klaarblijkelijk bedoelt. Het snelle tempo, waarin journalistieke arbeid vaak moet worden verricht, biedt m.i. voor deze tekortkomingen geen voldoende verontschuldiging.
Over het verwaarloozen van naamvals-uitgangen zal ik hier niet schrijven; het behoort, zooals bekend, tot het domein der deskundigen, en er zijn reeds officiëel bepaalde regels voor, waarbij men zich, zeker als niet-deskundige, heeft neer te leggen. Maar het plaatsen van buigings-uitgangen, waar ze zeker niet hooren, n.l. in den eersten naamval, -zooals men vaak ontmoet- kan toch nimmer gerechtvaardigd worden. Dat het om phonetische reden noodig zou zijn, kan ook niet worden aangenomen. Bijgaande uitknipsels geven enkele voorbeelden.
Nu vrees ik, dat dien laatsten indruk niet zal gewekt worden. - De film, waarin den spot wordt gedreven. - Maar toch doet zich ongetwijfeld den indruk gevoelen. - Hem lacht den corporatieven staat toe.
Zoo is ook het verwarren van ‘dan’ en ‘als’ een veel voorkomend euvel.
Het is even gevaarlijk om zich schrap te zetten uit wantrouwen dan zich in een dom vertrouwen te laten gaan
Een voorbeeld van ‘terugkomen op’, waar blijkbaar ‘terugkomen van’ bedoeld wordt, vindt de inzender in een artikel, waarin wordt gezegd, dat ‘de vice-president van den Raad van Indië is teruggekomen op zijn voornemen, in September te repatrieeren’.
Ons lid zendt ons nog een aantal germanismen -die wij in ons archief opnemen- en een tweetal anglicismen, ook in dagbladartikelen gevonden, n.l.: ‘zeezijde’ voor ‘kust’
wegens de hitte zochten duizenden verkoeling aan de zeezijde
en ‘volgeboekt’ voor ‘geheel besproken’.
De ‘Dempo’, die volgeboekt was, zou hedenmorgen vertrekken
Een onzer leden vraagt op welken grond wij het woord ‘doorsnee’ niet als een germanisme beschouwen; hij vindt b.v. de uitdrukking ‘doorsnee-mensch’ afschuwelijk.
Ons antwoord op deze vraag luidt, dat de eenige grond waarop wij een woord al of niet als een germanisme aanmerken, is: het oordeel van onzen Raad van Deskundigen. Dit oordeel is voor ons (Onze Taal) beslissend.-
Wat natuurlijk niet zeggen wil, dat wij het gebruik van het woord ‘doorsnee’ zouden willen aanmoedigen; het tegendeel is eerder waar. Trouwens, een lid van den Raad zelf zegt: het geheel afkeuren, in alle gevallen, zou ik niet willen, maar beperking in het gebruik acht ik wenschelijk.
Voor het overige moge worden opgemerkt, dat het bovenstaande betrekking heeft op de uitdrukking ‘in doorsnee’. De opvatting van ons lid t.a.v. de woordverbinding ‘doorsnee-mensch’ wordt door onzen Raad gedeeld; een grof germanisme, zegt de Raad daarvan.
Een ander lid vestigt nog eens de aandacht op het woord ‘omrekenen’ (‘omrekeningskoers’) dat men telkens ontmoet, i.pl.v. het juiste woord ‘herleiden’.-
Onze Raad heeft reeds veroordeeld de woorden: omdoopen, omkleeden, omleggen, omvormen; en zonder aan de beslissingen van den Raad een ongeoorloofde uitbreiding te geven, gelooven wij wel te mogen aannemen, dat het vonnis van den Raad ook het thans gesignaleerde woord treft. (Maar ‘omruilen’ b.v. veroordeelt de Raad niet!)
Men vestigt onze aandacht op een belangwekkend artikel van de hand van David de Kok O.F.M. in het Rechtsgeleerd Magazijn (52e jaargang Afl. 5/6), getiteld: De Nederlandsche Taal in Wetgeving, Rechtspraak en Rechtsliteratuur. De schrijver geeft in dit artikel blijk van een warm meevoelen met de nooden van onze -ook op dit gebied wel zeer verdrukte- taal.
Ons lid, de Heer Henri Hegener, Hoofd-Redacteur van het tijdschrift ‘Het Vliegveld’ zond ons een artikel van zijn hand, voorkomende in het nummer van April 1930, waaruit blijkt dat bij de luchtvaart reeds toen de behoefte werd gevoeld aan taalzuivering. Het artikel draagt den titel ‘Een taalwacht voor de luchtvaart’; wij nemen daaruit het volgende over.
Het wordt tijd, hoog tijd, dat we een taalwacht plaatsen in de Nederlandsche luchtvaart. Vooral ook in de Nederlandsche luchtvaart! Want indien men ergens reeds heel lang doende is vreemde, uitheemsche woorden naar binnen te halen, foei-leelijke woorden, die natuurlijk al diep, heel diep vastgeworteld zitten in onze omgangs- en schrijftaal, dan is het zeker in onze luchtvaart-beweging.
Vooral het germanisme-dom tiert welig! Motoren geven ellende met de ‘vergasser’ en met de ‘anlass’, loopen op een ‘mischung’ of op ‘reinbenzine’ en ‘zetten uit’ als ze plotseling stoppen. Vliegtuigen worden ‘daargesteld’ uit hout of ‘hoogwaardig reinmetaal’ volgens een ‘grondleggende daarstelling’ of volgens bepaalde ‘richtlijnen’, om dan, na te zijn ‘uitgeprobeerd’ en ‘au point’ gebracht, ‘vaarplanmatig ingezet’ te worden op bepaalde ‘strecken’. Of om er de een of andere groote vlucht mee ‘te planten’. Valt de ‘nutlast’ of de ‘toelading’ mee, dan is het een ‘geëigend’ verkeersmiddel. Na een tijdje gaat het toestel weer ‘in revisie’. Tegenwoordig worden de toestellen voorzien van wielremmen, om den uitloop ‘af te bremsen’.
Wat het vliegen ‘aanbelangt’, soms heeft men verschrikkelijk veel last van ‘remous’ en ‘bumps’ en loopt het verkeerd, dan volgt een vette ‘crash’, sla je met je hoofd tegen het ‘dashbord’ en heb je aan je meegenomen ‘ersatz-deelen’ niets. Als de wind niet ‘afflauwt’, is ook je ‘top speed’ aan den lagen kant. En ben je ‘under-powered’ of vlieg je sterk ‘gedrosseld’, dan kom je er heelemaal niet. In de tegenwoordige sportvliegerij is het ‘kleinvliegtuig’ een populair bezit van den ‘private-owner’, maar ze zijn soms verre van ‘fool proof’, deze vliegbabies.
De ‘stuntvlieger’ is werkelijk een heele knaap. Hij draait