| |
| |
| |
Uit de tijdschriften
De Boekenwereld 9 (1993), nr.4
Je bent eigenlijk een soort detective voert Lisa Kuitert een gesprek met G.W. Gijsbers over boeken op postzegels.
In de rubriek Boekbesprekingen wordt aandacht besteed aan de volgende werken: ‘Stols blijft Stols, denk daarom.’ Briefwisseling J. Greshoff-A.A.M. Stols. Deel 2, 1945-1951 (door G.J. van Bork), en Gerard Groeneveld, Nieuwe boeken voor den nieuwen tijd: uitgeverij De Amsterdamsche Keurkamer 1932-1944 (door Willem Hubers).
| |
nr.5
Dit nummer bevat onder meer een bijdrage van Rob van de Schoor, getiteld ‘Niet in den handel’. Voorbehouden negentiende-eeuwse letterkunde, waarin hij ingaat op het soort negentiende-eeuwse literatuur die in antiquariaatscatalogie vergezeld gaan van de mededeling ‘niet in den handel’.
In de rubriek Boekbesprekingen worden de volgende werken gerecenseerd: Adriaan Venema, Schrijvers, uitgevers en hun collaboratie. Deel 4: Uitgevers en boekhandelaren (door Gerard Groeneveld), en Dorothée Buur, Indische jeugdliteratuur. Geannoteerde bibliografie van jeugdboeken over Nederlands-Indië en Indonesië, 1825-1991 (door P.J. Verkruijsse).
| |
Bzzlletin 22 (1993), nr.206/207
Dit dubbelnummer is gewijd aan het thema ‘seriemoordenaars’.
| |
Dietsche Warande & Belfort 138 (1993), nr.3
Dit nummer bevat een aantal gedichten en prozabijdragen, die integraal in het Duits vertaald zullen worden ten behoeve van de Frankfurter Buchmesse van dit jaar. Verder gaat Hugo Brems in op het werk van Hubert van Herreweghen en Christine D'haen. Hugo Bousset bespreekt werk van J. Bernlef.
| |
Documentatieblad werkgroep achttiende eeuw 24 (1992), nr.1
Het eerste nummer van deze jaargang heeft als thema ‘Het zelfbeeld van de Nederlander in de achttiende eeuw’ en bevat onder meer de volgende bijdragen: P.J. Buijnsters, ‘De kleine Republiek’: het gezin in de Nederlandse literatuur van de achttiende eeuw, en Jacqueline de Man, Zinnelijkheid en beschaving, over achttiende-eeuwse opvattingen over het Nederlands als literaire taal.
| |
nr.2
Dit nummer begint met een artikel van M.R. Wielema, getiteld Christina Leonora de Neufville. Wijsgerige poëzie onder invloed van Christian Wolff. In ‘Iets des nazaats waardig’ verdiept Catharina H. Schoneveld zich in de vertaalarbeid van Pieter le Clercq.
| |
Dokumentaal 22 (1993), nr.2
J.A. Gruys en C. de Wolf 111 geven addenda en corrigenda in hun bijdrage Thesaurus 1473-1800.
In de rubriek Recensie is er aandacht voor de volgende werken: LiteROM (door P.J. Verkruijsse), en Nederlandse literatuur, een recensie (door Berry Dongelmans).
| |
Forum der Letteren 34 (1993), nr.2
Dit nummer wordt geopend door José Sanders en Gisela Redeker met een artikel over Perspectief in narratieve teksten. Tannelie Blom en Ton Nijhuis zetten uiteen Wat Luhmann beter niet had kunnen zeggenproblemen rond de kunst- en literatuurtheoretische verwerking van de moderne systeemtheorie-. Vervolgens reageert Henk de Berg op deze bijdrage in Tekst en tegentekst: een reactie op Blom en Nijhuis. Peter Bakema, Patricia Defour en Dirk Geeraerts gaan in op De semantische structuur van het diminutief.
In de rubriek Boekbesprekingen worden de volgende werken gerecenseerd: Odile
| |
| |
Heijnders, De verbeelding van betekenis: vooronderstellingen en praktijk van deconstructieve lezingen: teksten van Paul Celan en Gerrit Achterberg (door Jan van Luxemburg), M.M.H. Bax en W. Vuijk (red.), Thema's in de taalbeheersing (door Arie Verhagen), Gary Soul Morson & Caryl Emerson, Mikhail Bakhtin: Creations of a Prosaics (door Ruud Teeuwen), T. Hak en N. Helsloot (red.), De taal kan barsten. Spanning tussen taalkunde en maatschappijwetenschap (door Stef Slembrouck), A.J. Hanou en G.J. Vis (red.), Johannes Kinker (1764-1845), Briefwisseling (door Marijke van der Wal), Marijke van der Wal en Cor van Bree, Geschiedenis van het Nederlands (door A. Agnes Sneller), en Sandra Nadaff, Arabesque. Narrative Structure and the Aesthetics of Repetition in 1001 Nights (door Arie Schippers).
| |
De Gids 156 (1993), nr.4/5
Dit dubbelnummer bevat een aantal bijdragen met als thema ‘typografie’.
| |
nr.6
Dit nummer begint met een bijdrage van Siem Bakker over de dichter Bert Voeten: ‘Een geluk dat de tijd niet stilstaat’. Het artikel Vrijplaats of isoleercel van Gitte Postel gaat over literatuuropvattingen in Nederland en Zuid-Afrika. Verder bevat dit nummer enkele proza- en poëziebijdragen.
| |
nr.7
In dit nummer, dat als thema ‘vertalen’ heeft, geven verschillende vertalers hun mening over de auteurs van wie zij werk vertaald hebben. Ook zijn er enkele bijdragen gewijd aan het onderwerp vertaalgeschiedenis. Verder staat Wiel Kusters in Mijn schaduw en een wingerdrank stil bij de dood van Bertus Aafjes en gaat Piet Calis in ‘Alles klopt altijd’ in op De ontdekking van de hemel van Mulisch.
| |
Hollands Maandblad 35 (1993), nr.6/7
Dit dubbelnummer wordt geopend door Joris Denoo met Taal is een aardig ding, ook voor de Vlaming. Verder biedt het onder meer een aantal proza- en poëziebijdragen.
| |
nr.8/9
Dit dubbelnummer bevat behalve poëzie- en prozabijdragen een artikel van Vittorio V. Busato over De lezer tussen woord en beeld: de filmlezer.
| |
Kritisch Lexicon van de Nederlandstalige Literatuur na 1945, 50e aanvulling (augustus 1993)
Deze aanvulling bevat besprekingen van de volgende auteurs: Huub Beurskens (door Hans Groenewegen), Alfred Kossmann (door Bert Peene), Richard Minne (door Yves T'Sjoen), Margriet de Moor (door Bert Peene), Charlotte Mutsaers (door Ad Zuiderent), Nelleke Noordervliet (door Jos Paardekooper), Wanda Reisel (door Josje Kraamer), en Peter Verhelst (door Patrick Peeters).
| |
Leuvense Bijdragen 82 (1993), nr.2
Dit nummer begint met een bijdrage van P.C. Paardekooper over de verbale hendiadys: Een Waterlantsche Trijn zat eens ajuin en schelde. P. Swiggers reageert in Over (Sapir) vertalen, verstaan, en recenseren op een recensie van W. Zonneveld in De Nieuwe Taalgids 84 (1991). Dirk Geeraerts en Peter Bakema verdiepen zich in De prismatische semantiek van idiomen en composita. Alan R. Deighton sluit dit nummer af met zijn bijdrage The Sins of Saint John of Beverley: Tje Case of the Dutch ‘volksboek’ Jan van Beverley.
In de rubriek Boekbesprekingen worden onder meer de volgende werken besproken: J.P. Heersche, Syntactische verschijnselen in het Vroegmiddelnederlands (door A. Berteloot), J.L.M. Hulsker, Petrus Montanus' Spreeckonst (1635) nader besproken (door H.M. Hermkens), en J. de Lange (red.), P.C. Hoofts Reis-heuchenis (door H.M. Hermkens).
| |
Levende Talen nr.481
In dit nummer vinden we onder meer een artikel van Bert Bossers, getiteld Nogmaals: leesstrategieën en vt-kennis, waarin hij reageert op eerder geuite kritiek. Hetzelfde doet C.M. Struik in zijn bijdrage Literatuur moet zijn plaats behouden.
| |
| |
| |
Literatuur 10 (1993), nr.4
Dit nummer wordt geopend met een artikel van Marianne Peereboom getiteld Potgieter en Pater over Nederland in de zeventiende eeuw: De burgerman en de estheet. Wouter Abrahamse gaat in op Schaken en liefdesverdriet in Keyser Otto den derden van Theodore Rodenburgh. Orlanda S.H. Lie verdiept zich in De wereld van middeleeuwse magische recepten. Het artikel van Jaap Goedegebuure gaat over Breyten Breytenbach in de spiegel van de Nederlandse kritiek. Annette Portegies interviewt Michel van der Plas.
In de rubriek Literatuur-recensies worden de volgende boeken besproken: Hans Werkman, De Mérode en de jongens. Bibliografische fragmenten (door Nop Maas), Douwe Fokkema en Elrud Ibsch, Literatuurwetenschap & cultuuroverdracht (door G.F.H. Raat), Gerard Groeneveld, Nieuwe boeken voor den nieuwen tijd. Uitgeverij De Amsterdamsche Keurkamer 1932-1944 (door Lisa Kuitert). Verder bespreekt Korrie Korevaart twee boeken van Kaashoek en Schouw: Levende letteren. Middeleeuwen. 17de-18de eeuw. 19de eeuw. 20ste eeuw en Nederlandse literatuur van A tot Z.K.D. Beekman bespreekt een aantal boeken over het postmodernisme.
| |
Maatstaf 41 (1993), nr.5
In dit nummer gaat Anton Korteweg in zijn bijdrage Verheeld in afglans in op vier schilderijgedichten van P.C. Boutens. Verder biedt dit nummer een aantal proza- en poëziebijdragen.
| |
nr.6
Harry G.M. Prick gaat in op Charles Nypels' uitgave van Van Deyssels Schetsen: ‘Het resultaat van meten en passen’. Verder treffen we onder meer enkele gedichten en prozabijdragen aan.
| |
Madoc 7 (1993), nr.2
Dit nummer bevat onder meer een aantal bijdragen over Middeleeuwse muziek. Er is verder een column van Marco Mostert: De mediëvistiek bestaat niet en een bespreking van het boek Klein kapitaal uit het handschrift-Van Hulthem (door K.A.C. Depuydt).
| |
Mededelingen JCW 16 (1993), nr.1
Het eerste nummer wordt geopend door A.A. Manten met een bijdrage over de straat waar Jacob Campo Weyerman heeft gewoond: De Clapstraat te Breukelen. Verder zijn er de volgende artikelen: J.W. Gunning, Jacob Campo Weyerman en het huis van Jacob Lindenbergh, A.H. Hanou, Drie patriotten-auteurs in de loge, M.C. de Niet, De bewooners der twaalf Zodiakx Herbergen, en P. Altena, Campo Revolutionair?!
| |
Moer 1993, nr.3
Dit nummer begint met een artikel van Albert Boekhorst over Informatiekunde en Nederlands.
In de rubriek Recensie worden de volgende werken besproken: Escape, Tekstbegrip in Nederlands Onderbouw (door Ruud Wouters), Burghouts e.a., Pijler; taalvaardigheid Nederlands voor de bovenbouw van havo en vwo (door Robbert Roosenboom en Marianne Klip), en Mildred de Baas, Oma laat jou niet in de steek (door Rob Godfried).
In de rubriek Verslag vertelt Gertrud Lemmens over de NT2-studiedag ‘Beleid vertaald’ over eerste opvang van nevenstromers in het Voortgezet Onderwijs. Josine van de Berg, Mirjam van Campen en Aleid van Wifferen gaan in op wat er is gepresenteerd op de open dag voor docenten in het Voortgezet Onderwijs.
| |
De Negentiende Eeuw 17 (1993), nr.2
Dit nummer bevat onder meer een artikel van L.G. Saalmink over Het vertonen en aankondigen van te vertalen boeken. Olf Praamstra bespreekt Nog een brief van De Schoolmeester.
| |
nr.3
Dit nummer is volledig gevuld met een artikel van M.G. Kemperink over Medische theorieën in de Nederlandse naturalistische roman.
| |
Preludium 10 (1993), nr.1
Dit eerste nummer bevat een aantal bijdragen over het werk van buitenlandse auteurs. Verder treffen we een prozafragment en verschillende poëziebijdragen aan.
| |
| |
Kees Simhoffer gaat in op het leven en werk van Lou Heynens. Marc Kregting bespreekt het werk van Gerard den Brabander in verband met het thema ‘bezetting’.
| |
De Revisor 20 (1993), nr.3
Dit nummer bevat een aantal bijdragen die gewijd zijn aan de auteur Gerrit Kouwenaar.
| |
Spektator 22 (1993), nr.2
Dit nummer wordt geopend met een artikel van Jan Joosten getiteld Jan Walravens en de Idee over Tijd en Mens en de opvattingen van de Vlaamse tijdgenoten van Vijftig. Marita Mathijsen behandelt in Autorisatie als twistappel de opvattingen die er in de editiewetenschap bestaan over het begrip autorisatie. Ben Hermans gaat in zijn bijdrage in op Het onderscheid tussen zware en lichte lettergrepen in het Nederlands. Guide Bleu of Guide Michelin is een besprekingsartikel door Piet Calis van Nederlandse literatuur, een geschiedenis.
In de rubriek Aankondiging en bespreking worden onder meer de volgende boeken besproken: Maria-Teresia Leuker, De last van 't huys, de wil des mans...' (door Lia van Gemert), C.B.F. Singeling, Gezellige schrijvers. Aspecten van letterkundige genootschappelijkheid in Nederlands 1750-1806 (door Rogier Schravendeel), Jan van Luxemburg, Rhetoric and pleasure (door M.G. Kemperink), Yans, Baudoin. De God Bedrogen Bedrogen de God. Een speurtocht door W.F. Hermans' filosofisch universum (door G.F.H. Raat), en Ernst van Alphen, Maaike Meijer (red.), De canon onder vuur (door G.F.H. Raat).
| |
Spiegel der Letteren 35 (1993), nr.2
In dit nummer vinden we de volgende twee artikelen: J.H. Winkelman, Gecontamineerde vertelstructuren in de Middelnederlandse ‘roman Walewein’ en C. Levecq, Meneer Visser's Hellevaart: Vestdijks superieure glimlach.
De rubriek In margine bevat de volgende bijdragen: J. Reynaert, Middelnederlandse literatuur in interdisciplinair perspectief, W. van Anrooij, Hennen van Merchtenen en de lof op Brabancia, K. Geldof, De mythologisering van de intellectueel, en A.F. van Oudvorst, Weerwoord van K. Geldof.
In de rubriek Boekbesprekingen worden de volgende werken gerecenseerd: W.P. Gerritsen e.a. (red.), Een school spierinkjes (door F. Willaert), D. de Geest, M. van Vaeck (red.), Brekende spiegels (door A.J. Gelderblom), J.J. Kloek, W.W. Mijnhardt, De produktie, distributie en consumptie van cultuur (door P. Delsaerdt), K. van de Woestijne, Verzameld journalistiek werk, 10 (door J.J.M. Westenbroek), en D. Fokkema, E. Ibsch, Literatuurwetenschap en cultuuroverdracht (door H. van Gorp).
| |
Taalkundig Bulletin 23 (1993), nr.3
Het derde nummer van deze jaargang begint met een artikel van P.C. Paardekooper over de combinatie van de zogenaamde ‘omvormers’ van een voorafgaande zin in combinatie met een subjectpronomen: Jaak/neenik enz. Jack Hoeksema gaat in op Tegenwoordig-deelwoordgroepen I: een merkwaardig geval. Arnold Evers en Jacqueline van Kampen tenslotte buigen zich over Een taalverwervingsprocedure voor de Nederlandse I-projectie.
| |
Tirade 37 (1993), nr.346
In dit nummer vinden we onder meer gedichten en prozabijdragen alsmede twee stukken waarin achtereenvolgens Robert Anker en Tomas Lieske ingaan op werk van Hugo Claus.
| |
Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde 109 (1993), nr.2
Dit nummer begint met een artikel van Els Elffers over De taalkunde en haar geschiedschrijving. D. Kinable gaat in op Het tijdsbeeld in Boendales ‘Jans Teesteye’. In Beeldenstorm zonder brokken verdiept G.J. Vis zich in W.A. Paap als debuterend criticus. F. de Tollenaere sluit af met Etymologica: ‘angelier’.
In de rubriek Boekbeoordelingen vinden we de volgende besprekingen: P. Pikhaus, Het tafelspel bij de Rederijkers, deel II (door Marijke J. van der Wal), J. de Lange m.m.v.A.J. Huijskes, P.C. Hoofts Reis-Heuchenis (door C.A. Zaalberg), Fokko Veldman, De taal van Westerwolde (door J. Nijen Twilhaar), P.G.J. van Sterkenburg, Het Woordenboek der Nederlandsche Taal
| |
| |
(door G.R.W. Dibbets), Ewoud Sanders, De W lijkt ons niet zo'n heksentoer. De geschiedenis van de Prisma woordenboeken 1952-1993 (door M.C. van den Toorn), en H. van Dijk e.a., Klein kapitaal uit het handschrift-Van Hulthem (door G.C. Zieleman).
| |
Tijdschrift voor Taalbeheersing 15 (1993), nr.2
Dit nummer begint met een artikel van A. Joosten en A. Schotanus-Rozendal over Meta-uitingen en lange beurten in vergaderingen. H. Houtkoop-Steenstra gaat op zoek naar Voetangels en klemmen bij experimenteel onderzoek naar sturende vragen. T. Ensink tenslotte bespreekt Vormen van miscommunicatie.
In de rubriek Boekbeoordelingen bespreken R. Berkenbosch, I. van der Geest, S. Gerritsen en E. Viskil een aantal publikaties over schrijven. Verder worden de volgende boeken gerecenseerd: J. van de Gein, The sense of sentences. A study into the effects of grammar (door J.A. le Loux-Schuringa), D.H. Lammers, Taal in tweevoud. Communicatieve competentie, taalvaardigheid en het onderwijs in het Nederlands (door A. Braet), J. Sijtstra, Doel en inhoud van taalonderwijs. De ontwikkeling van een model voor domeinbeschrijving van taalonderwijs (door J.H. Boonman), en J.M. Gutteling, Contouren van risicovoorlichting (door M.G.M. Elling).
| |
IJsselakademie 16 (1993), nr.1
In de rubriek Warkschrift van dit eerste nummer zijn verschillende dialectbijdragen opgenomen.
| |
nr.2
In de rubriek Warkschrift vinden we een bijdrage van Ph. Bloemhoff-de Bruijn over het gebruik van de voorzetsels in, op en aan bij het aanduiden waar men loopt of woont.
Jan Nijen Tuilhaar
|
|