| |
| |
| |
Uit de tijdschriften
Bzzlletin 9 (1981), nr. 85
Dit themanummer is vrijwel geheel gewijd aan het leven en werk van P.C. Hooftprijswinnaar Willem Brakman. Nol Gregoor opent met een artikel over zijn Haagse Tijd. Na een bibliografie en een interview schrijft Jos Verstraten over Kind in de buurt en -evenals J.A.G. Tans- over de roman Het zwart uit de mond van Madame Bovary. Wim Brinkman besteedt twee opstellen aan Brakmans vroege(re) werk en doet verslag van een gesprek met de schrijver hierover. B.M. Salman en Tom van Deel wijden beiden een artikel aan de roman De gehoorzame dode, Daan Cartens bespreekt De blauwzilveren koning en Bernadien Leichsenring verdiept zich in de verhalenbundel Vijf manieren om een oude dame te wekken. Het Brakman-nummer wordt besloten door G.J. Kleinrensink, die nader op diens romanstructuur ingaat.
nr. 86
Het mei-nummer opent met een artikel van André van Oudvorst over Ruimte, schilderkunst en filosofie in ‘Opwaaiende zomerjurken’. - Onder de titel Wie niet durft moet geen schrijver worden geeft Frank van Dijl een portret van Sal Santen in brieven en gesprekken. - Het proza van Ger Verrips wordt besproken door Jacques Kruithof, en Wim Sanders had een gesprek met deze schrijver. - Verder bijdragen van Jaap van der Bent, Barber van de Pol en Amy van Marken over resp. Bukowski, De Quevedo en Strindberg.
nr. 87
Jaap T. Harskamp geeft zijn interpretatie van Het fin de siècle. - Tussen decadentisme en dilettantisme is volgens Alfred Kerckhoffs de karakteristiek voor het werk van F.B. Hotz. - Karin Hoekendijk wijst ons op Doeschka Meysing's spiegelingen in ‘Tijger, Tijger!’. - Johan Diepstraten heeft een gesprek met Leon de Winter. - Vermomd als zichzelf is de titel die Daan Cartens gaf aan zijn opstel over de romans en verhalen van Cees Nooteboom, waarna Aldert Walrecht nader ingaat op Rituelen (1980). - Charles Vergeer bespreekt Van Schendels Fratilamur I. - Verder o.a. een artikel van Henriëtte de Horst over Het feminisme in de romans van Simone de Beauvoir.
| |
Dietsche warande & Belfort 126 (1981), nr. 3
In dit nummer o.a. een bijdrage van Paul Claes over Claus en de klassieken. - In de rubriek ‘Kronieken’ bespreekt Koen Vermeiren Bedriegers en bedrogenen, de tweede bundel opstellen van Frans A. Janssen over thema's en verteltechnieken in het werk van W.F. Hermans.
nr. 4
‘...wie er uitsluitend geleid door literaire normen vandaag de dag over vonnist zal zeggen dat het in de sfeer van deze tijd beschouwd een ouderwets verhaal is over irreële mensen in een onbeholpen taal’, aldus concludeert André Demedts bij hertoetsing van Conscience's De leeuw van Vlaaderen. - Dat Nieuw Vlaams proza: alsmaar taliger is, demonstreert Marcel Janssens aan de hand van werk van Clem Schouwenaars, Gust Gils en Mark Insingel. - De ‘Kroniek’-rubriek bevat een bijdrage van Willy Spillebeen over Twee Vijftigers': Ed Leeflang en J. Eijkelboom en besprekingen van Brakmans Come-back, Nolthenius' roman Als de wolf de wolf vreet... en Bob den Uyls verhalenbundel De bloedende trein, alle door Fons Vandergraesen.
| |
| |
nr. 5
Hierin Mijn moederspraak, mij lief als geen, een pleidooi van Gerard Walschap ook het Vlaams als -volwaardig- Nederlands te beschouwen. - André Demedts bespreekt verhalenbundels van Clarissa Jacobi, Willem van Toorn en. Tom Pauka. - Ward Ruyslincks jongste roman Wurgtechnieken wordt geanalyseerd door Marcel Janssens. - Willy Spillebeen tenslotte schrijft over De ‘uitzichtloze tevredenheid’ van Herman de Coninck m.b.t. diens derde bundel Met een klank van hobo.
| |
Driemaandelijkse bladen 33 (1981), nr. 1:
In dit nummer o.a. een artikel van J. Bouwhuis, Van Maagden en Moordenaars (I), een variantenonderzoek in de orale literatuur.
| |
De gids 144 (1981), nr. 4
In dit nummer geeft Klaas Ruitenbeek de achtergronden Bij een vertaling van De kleine Johannes door de Chinese schrijver Lu Xun (pseudoniem voor Zhou Shuren, 1881-1936).
| |
Leuvense bijdragen 70 (1981), nr. 2:
In deze aflevering o.a. een bijdrage van G. Zandt, Zur Rekonstruktion des Originals von ‘Karel ende Elegast’ mit Hilfe der Mittelfränkischen Version K. Boekbesprekingen. A.G.H. Schaars, Agrarische terminologie in Oost-Gelderland en haar geografische aspecten (door J.B. Berns); P.J.G. Schelberg, Woordenboek van het Sittards dialect met folkloristische aantekeningen (door Herman Crompvoets); Woordenboek van de Brabantse dialecten. Dl. ll, Afl.l, door Drs. P.H. Vos, Drs. W.A.M.M. Janssen Steenberg en Dr. A. Weynen (door H. Ryckeboer); G. Geerts en A. Hagen, Sociolinguïstische studies l. Bijdragen uit het Nederlandse taalgebied (door Jo Daan); A. Feitsma, Tussen volkstaal en schrijftaal. Meningen van filologen over het Fries (door B. Sjölin); H.E.M. Melotte en J. Molemans, Noordbrabantse plaatsnamen. Monografie l: Valkenswaard (door C. Marynissen); R.A. Ebeling, Over de namen van de Middeleeuwse streekdorpen in Oostfriesland (door C. Marynissen); De visioenen van Hadewych. Middelnederlandse tekst, vertaling en kommentaar verzorgd door R. Mommaers (door F. Willaert); Het visioenenboek van Hadewych, uitgegeven naar handschrift 941 van de Bibliotheek der Rijksuniversiteit te Gent, met een hertaling en commentaar door H.W.J. Vekeman (door F. Willaert); A.M. Duinhoven, Esmoreit (door F. Willaert); G.C. Zieleman, Middelnederlandse epistel- en evangeliepreken (door G. de Baere); K. Porteman, De mystieke lyriek van Lucas van Mechelen 1595/96 - 1652 (door Lieven Rens); en Den Heer is betoovert, en de Juffer is behext - De schone Dwaalstar, of de vereenigde gelieven - De vruchtbaare Juffer, door Jakob Campo Weyerman. Naar het handschrift uitgegeven door A.J. Hanou.
| |
Levende Talen nr. 361:
Dit nummer bevat o.a. vier artikelen over diskussiëren in de klas: L. de Groot, F. Zwitserlood en J. Smits, Discussiëren in het onderwijs. - L. de Groot, J. Smits en F. Zwitserlood, Discussies als onderdeel van het vak Nederlnds. - L. de Groot, Een leraar moet wel streng zijn: 20% mee eens, 40% geen mening, 40% niet mee eens. - en Renée
| |
| |
van Bezooijen, Verslag van een onderzoek naar de intersubjectieve overeenstemming bij de beoordeling van discussies. Verder een boekbespreking van: Ans Brekelmans, Bart van der Leeuw, Marij Smits en Eric de Vries, Taalonderwijs en Vorming, door Jef Jacobs.
nr. 362:
Hans van Tuijl en Jan de Zanger vragen aandacht voor De fictie van het algemeen geldend analytisch beoordelingsmodel voor gericht schrijven vwo/havo. - Kees Honselaar en Johan Lourens schrijven in Vragen naar vragen over differentiatiemogelijkheden bij vragen gericht op tekstbegrip. - W.I.M. van Calcar neemt het Grammatica-onderwijs, een middel tot disciplinering onder de loupe. Als boekbespreking: Antoine Braet, Taaldaden. Een leergang schriftelijke taalbeheersing voor de bovenbouw havo/vwo, door Joop Jaspers.
| |
Maatstaf 29 (1981), nr. 4
Deze aflevering bevat o.a. de tekst van een afscheidscollege van Prof. Asselbergs over de rol van de muziek in het werk van Thomas Mann. - Rody Chamuleau richt zijn aandacht op Het verborgen leven van Mr. Jacob van Lennep.
nr. 5
Rudi van der Paardt leest in de Sporen van de gouden ezel in de Nederlandse letterkunde de invloed van de Latijnse schrijver Apuleius op de ezelroman. - Op zoek naar verlossing - Frederik van Eeden en de psychotherapie is een bijdrage van Christien Brinkgreve. - In zijn rubriek Ceterum Censeo bespreekt Rob Schouten o.a. het debuut van Martin Reints, waar ze komt daar is ze en Gertrude Starinks De weg naar Egypte.
| |
Moer 1981, nr. 2
Hans Straver schrijft dat de Freinet-techniek van de Vrije Tekst bijzondere waarde heeft voor het taalonderwijs van Molukse leerlingen. - Docenten van de P.A. te Hengelo presenteren hun eerstejaars-programma Nederlands en vragen om reacties. - Ronald Bos laat zien hoe de ideeën van Augusto Boal over het krantentheater in ons onderwijs toepasbaar zijn. - Sjon Ruiter en Wiel Veugelers beschrijven het project Arbeidservaringsleren zoals dat gerealiseerd wordt op een lbo-school. - Tenslotte krijgt Fie van Dijk ruimte voor een weerwoord op de reacties op haar artikel over dyslexie.
nr.3
Dit nummer is in zijn geheel gewijd aan het thema Volwasseneneducatie en bevat een achttal artikelen hierover.
| |
Neophilologus 65 (1981), nr. 3
Hierin o.a. een bijdrage van Thomas W. Best over Heralds of death in Dutch and German Everyman plays.
| |
Nieuw Vlaams tijdschrift 34 (1981), nr. 1
Deze aflevering opent met een uitvoerige reactie van Julien Weverbergh op een tiental uitspraken die door Angèle Manteau werden gedaan in een interview met Bibeb (VN 31.01.81). - In Het gedroomde boek pogen Jef Cornelis en Laurent Veydt aan de hand van een aantal verhalende fragmenten uit het werk van Maurice Gilliams diens ‘schrij-
| |
| |
versleven’ te construeren. - In de ‘Kronieken’-rubriek bespreekt Georges Wildemeersch De hazen en andere gedichten van Ed Leeflang en schrijft Hugo Bousset over Astère Michel Dhondt: ‘... in eindeloze reeksen brieven focaliseert (hij) de schoonheid, die hij echter zelf ook creëert.’
nr. 2
Naast proza van J.B. Charles en Paul de Wispelaere een Open brief aan de gevoelsafschaffers van Ward Ruyslinck. - De ‘Kronieken’ worden ditmaal in beslag genomen door een bespreking van Wolkers' Een perzik van onsterfelijkheid door Koen Vermeiren en een weerwoord van Georges Wildemeersch op Jan van de Weghes verdediging van José de Poorteres bundel De Sophar (NVT 33/4).
| |
Ons erfdeel 24 (1981), nr. 2:
Wim Rutgers belicht Frank Martinus Arion als Caraïbisch auteur. - Dr. F. de Tollenaere gaat de herkomst en oorspronkelijke betekenis na van de uitdrukking: ‘De Tael is gantsch het Volk’. - Prof. Dr. Paul Hadermann verdiept zich in het genre en de strukturen van Paul van Ostayens grotesken in Paul van Ostayens grotesk panopticum. -Bruce Donaldson vraagt aandacht voor De situatie van het Nederlands in Australië. - Over Emants levensbeschouwing als gepersonifieerd in Lilith gaat: Anneke Reitsma, De heilige courtisane van Marcellus Emants. - Onder redaktie van E. van Raan, Bibliografie van het Nederlandstalige boek in vertaling LXI. - Verder o.a. nog een bijdrage van Dirk de Geest, Veel hoger dan de leeuwerick... Roger van de Velde (1925 - 1970), over de gelijknamige Vlaamse verhalenschrijver.
| |
Ons geestelijk erf 55 (1981), nr. 1
Het nummer opent met een korte redactionele bijdrage, waarin gemeld wordt dat dit jaar in het teken van het zesde eeuwfeest van Jan van Ruusbroec (1981) zal staan. - H. van Oerle schrijft over Hugo van Rugge, Hugo Groenendaal en de Heilige Liedewy van Schiedam.
| |
Onze taal 50 (1981), nr. 4:
Naar aanleiding van het vijftigjarig bestaan van het tijdschrift maakt C.A. Zaalberg de vergelijking: 1931 en 1981. Herinneringen en indrukken. - In De Taalunie (een antwoord) komt J.M. van der Horst terug op enkele reakties n.a.v. een eerdere publikatie. - F. Jansen vermeit zich in Voorbeeldige sexismen in Van Dale.
nr. 5
Ons parlement en de taal is een voorwerp van aanhoudende zorg voor Tweede Kamervoorzitter D. Dolman. - W.J.J. Pijnenburg geeft een toelichting op Onze Thesaurus. - Onder de titel: Taalbeheersing als retorica bespreekt Tieme van Dijk: Peter van Lint, Vormen van Taalverkeer. Een elementaire inleiding in de leer van de verstandhoudingsmiddelen. De mondelinge vormen. - J. Stroop beziet het Nederlands in den vreemde. 2. Van Ceylon to Suriname.
nr. 6
Leer uw valse vrienden beter kennen, houdt H. Cohen zijn lezers voor, waarbij hij nader ingaat op de zgn. ‘faux amis’. - C.A. Zaalberg buigt zich over Namen voor rekentuig.
| |
| |
| |
Raster 1981, nr. 17
Dit ‘rijdschrift in boekvorm’ bevat naast een viertal -vertaalde- teksten van Roland Barthes een fragment uit Binnenwerk van Bert Schierbeek. - Verder poëzie van C. 't Hart, Wouten en Dixhoorn.
| |
De revisor 8 (1981), nr. 2
In dit nummer onder meer Droom in, droom uit, gedichten van Leo Vroman. - Maarten van Buuren wijdt een artikel aan Witold Gombrowicz en het Groteske.
nr.3
Hierin gedichten van Redbad Fokkema, Gerrit Krol en Piet Meeuse. - De laatste geeft tevens in Een systematische vergroting van het raadsel een bespreking van Mulisch' De compositie van de wereld. - In de rubriek ‘Gemengde gevoelens’ recensies van Georg Trakl, Het zwijgen in de steen, ed. Beurskens en Menno ter Braak, De artikelen over emigrantenliteratuur 1933-1940, ed. Bulhof, resp. door C.O. Jellema en Leo Ros.
| |
Septentrion 10 (1981), nr. 1
André van Seggelen beziet Les études neerlandaises en France. - Onder de titel: Quand l'inquiétude prend le pas sur la plaisanterie behandelt José Boyens strips van Peter van Straaten. - Pierre Brachin vraagt aandacht voor Le mouvement de ‘Quatre-Vingt’ aux Pays-Bas et la culture française. - Hugo Bousset geeft een inleiding op het werk van de in Nederland minder bekend, met Hamelink vergelijkbare Vlaamse schrijver Claude van de Berge, in: Claude van de Berge ou la fuite en avant.
| |
Spektator 10 (1981/'82), nr. 5:
M. Klein beschrijft De interne structuur van partitieve constructies. - Gerard Bol en Everdien van der Flier buigen zich over De ontwikkeling van intonatie in het Nederlands: de interpretatie van ambigue wie-vragen. - H. Duits geeft in ‘De Moordt schuilt onder bruiloftskleên’ achtergrondinformatie bij een tweetal spelen over de Parijse bloedbruiloft en de politieke aktualiteit in het midden van de zeventiende eeuw. Boekbesprekingen o.a.: Rien Segers, Het lezen van literatuur. Een inleiding tot een nieuwe literatuurbenadering (door G. de Vriend); Lodewijk van Deyssel, De scheldkritieken. Met een voorwoord en voorzien van aantekeningen bezorgd door Harry G.M. Prick (door B. Luger); Arij Prins, Een Koning. Met een nawoord van Harry G.M. Prick (door B. Luger); J.C. Bloem, Brieven aan P.N. van Eyck. Uitgegeven, ingeleid en van aantekeningen voorzien door G.J. Dorleyn, A.L. Sötemann e.a. (door B. Luger); P.J. Buijnsters, Bibliografie der geschriften van en over Betje Wolff en Aagje Deken (door A.N. Paasman); E. Bekker - Wed. Ds. Wolff en A. Deken, Historie van Mejuffrouw Sara Burgerhart. Naar de eerste druk van 1782 uitgegeven met inleiding en aantekeningen door P.J. Buijnsters (door Hans Groot); Joost van den Vondel, Poëtologisch Proza. Verz., ingel. en toegel. door Lieven Rens (door Marijke Spies); Jacob Smit, De grootmeester van woord- en snarenspel. Het leven van Constantijn Huygens (door Marijke Spies); Vondel bij gelegenheid 1679 -1979. Handelingen van het Vondelcolloquium, gehouden te Leuven op 2 maart 1979. Bezorgd door L. Roose en K. Porteman (door Mieke B. Smits-Veldt); Samuel Coster, Polyxena. Treurspel. Van inl. en aant. voorz. door G. van Eemeren (door Mieke B. Smits-Veldt); M.C. van den Toorn, Me-
| |
| |
thodologie en taalwetenschap (door Sies de Haan); M. Klein (red.), Taal kundig beschouwd. Taalkundige artikelen bijeengebracht, ingeleid en van vragen voorzien (door G.E. Booij); A. Braet (red.), Taalbeheersing als nieuwe retorica; een historisch, programmatisch en bibliografisch overzicht (door Gerard Verhoeven); M.F. Steehouder, C.J.M. Jansen, J.L.C. van der Staak en E.T. Woudstra, Leren Communiceren. Procedures voor mondelinge en schriftelijke communicatie (door W. Pijffers).
nr. 6:
Een speciale aflevering met 13 letterkundige Squibs, waaronder in dit verband verstaan moet worden: korte beschouwingen over literaire gegevens die een probleem vormen voor de bestaande literaire theorieën of die nog niet bestudeerd zijn. Van deze squibs hebben meer specifiek op het Nederlands betrekking: K. Beekman, Genreopvattingen van avantgardistische auteurs. - Hans van den Bergh, Originaliteit en lezersverwachting. - F.C. de Rover, Literatuurgeschiedschrijving: beeld of nevel? - A.M. Duinhoven, Van Moses tot Esmoreit.
| |
Spiegel der letteren 23 (1981), nr. 1
E. Rombauts vervolgt en besluit zijn artikel Naar een ‘vernieuwde’ Karel ende Elegast? (Vgl. SpL 21/2 en 22/3-4). - M. Dupuis schrijft over Een post-surrealistisch tweeluik van W.F. Hermans: De god Denkbaar Denkbaar de god (1956) en Het evangelie van O. Dapper Dapper (1973). - In de rubriek ‘Boekbeoordelingen’ bespreekt C.A. Zaalberg Genres in het ernstige Renaissancetoneel der Nederlanden tot 1625 van Lieven Rens, K. Porteman De hooggeleerde en zoetvloeiende dichter Jacob Cats van Domien ten Berge.
| |
Standpunte 34 (1981), nr. 2
Dit maart-nummer is vrijwel geheel gewijd aan het leven en werk van de dichter Ernst van Heerden.
nr. 3
J. du P. Scholtz vertelt de Voorgeskiedenis van die publikasie van ‘Enklaves van die lig’. - Irene Janssen, Truida Lijphart en Barbara van IJzeren gaan uitvoerig in op De vertelsituatie in ‘Die swerfjare van Poppie Nongena’. - L.S. Venter tenslotte bestudeerde J.C. Kannemeyers Voetpad van verkenning, een bundel opstellen over de dichteres Elisabeth Eybers.
| |
Taalkundig bulletin 11 (1981), nr. 3:
Marijke van der Meer beschrijft Tijdsdiagrammen en Nederlandse tempora. - Femmy van Bruggen schrijft over Schijnen, lijken, blijken.
| |
Tijdschrift voor Nederlandse taal- en letterkunde 77 (1981), nr. 2
Marlies Philippa beziet De meervoudsvorming op -s in het Nederlands vóór 1300. - F. de Tollenaere onderzoekt het Mnl. Vlint ‘Keisteen’. - G.R.W. Dibbets bespreekt de relatie tussen Kiliaan en Spiegels Trivium. - J.J. Kloek snijdt een receptie-esthetische problematiek avant la lettre aan in Rhijnvis Feith, het belang en de gevoelige lezer. - Nogmaals: Aveluinig, heet de aanvulling van G.J. Uitman op een artikel van F. de Tollenaere uit 1950. Van de hand van J.C. Brandt Corstius tenslotte een boekbeoordeling
| |
| |
van: E. Bekker - Wed. Ds. Wolff en A. Deken, Historie van Mejuffrouw Sara Burgerhart, naar de eerste druk van 1782 uitgegeven met inleiding en aantekeningen van P.J. Buijnsters.
| |
Tirade 25 (1981), nr. 265-266
Herman Verhaar opent dit dubbelnummer met een serie Aantekeningen over literatuurkritiek. - Voor zijn Russische notities schrijft Charles B. Timmer ditmaal over Dostojevski en zijn romantechniek. - Herman de Coninck belicht Het niets en het alles van de dichter Roland Jooris. - Een bijdrage over Literatuur en zelfmoord van Jeroen Brouwers sluit het nummer af.
nr. 267
Isabelle de Charrière, Benjamin Constant en de roman is de titel van een lezing van Dennis Wood. - Jeroen Brouwers wijst ons op Vlaamse flaters in het taalgebruik. - Betreffende de suffixen voelt Charles B. Timmer Het onbehagen aan de vrouwelijke vorm. - In ‘Kroniek’ demonstreert Herman de Coninck a.h.v. Adriaan Morriëns laatste bundel Avond in een tuin ‘... hoe onopvallend een gedicht kan zijn, terwijl het tòch nog blijft opvallen’.
| |
Tydskrif vir letterkunde 19 (1981), nr. 1
Dit eerste nummer van de nieuwe jaargang bevat o.m. Een plattegrond van De Kapellekensbaan van Marcel Janssens. - H.C.T. Müller gaat nader in op Breytenbach se proza n.a.v. onlangse tekste en J. van der Elst bespreekt Enkele strominge rondom die Nederlandse Vijftigers. - D.J. Hugo tenslotte ziet in zijn bijdrage ‘Bontekoe’ en ‘Aanraaklied’ van D.J. Opperman as ‘Imitatio Christi’.
| |
Vestdijkkroniek 1981, nr. 31
Deze aflevering opent met een lezing van Jeanne van Schaik-Willing over De Vuuraanbidders. - Hierna volgt een bespreking van enige aspecten uit Een moderne Antonius door Th.Ph. Verstraten. - In De scheppende elite geeft Jane Fenoulhet ‘... een beschouwing van Vestdijks behandeling van de kunstenaar I als lid van de maatschappij (en) II als individu’. - Het nummer besluit met een ‘open brief’ van Martin Hartkamp aan Ingenieur, professor enz., waarin hij zegt: ‘Wie zoals ik al meer dan tien jaar over Vestdijk schrijft, (...) wordt verkeerd begrepen, slecht gelezen, doodgezwegen of bestolen (...)’
| |
Werkgroep 18e eeuw. Documentatieblad 1980, nr. 47-48
Dit dubbelnummer wordt vrijwel geheel gevuld door een bijdrage van Peter Altena, Hans Groot en Hanna Schouten over Nouvelles littéraires de la Hollande. Werk van auteurs uit de Republiek in het Journal encyclopédique (1756-1793). ‘Kern van het artikel vormt de inventaris van het werk van auteurs in de Republiek dat in het Journal is aangekondigd of besproken’, aldus vermeldt de inleiding. - In de rubriek ‘Nieuwe uitgaven’ bespreekt A.N. Paasman het Schrijvers prentenboek over Betje Wolff en Aagje Deken en zwaait P.J. Buijnsters de bezorgers van het boek Bezoek bij Betje. Een museum in de Beemster veel lof toe.
| |
| |
| |
Werkgroep 19e eeuw. Documentatieblad 5 (1981), nr. 1
In dit nummer doen T. Anbeek en J.J. Kloek uitvoerig verslag van een onderzoek naar de romankritiek tussen 1879 en 1887 en typeren de resultaten met de titel: Van idealisme naar naturalisme. - In de rubriek ‘Boekbesprekingen’ een recensie van Walden in droom en daad editie Ley-Luger door N(op) M(aas).
| |
Wetenschappelijke tijdingen 40 (1981), nr. 1:
Met de aanvang van de nieuwe jaargang is het tijdschrift officieel omgevormd tot een wetenschappelijk tijdschrift voor de studie van de geschiedenis van de Vlaamse beweging.
r.w.w.m.v.d. drift
w. merlijn
|
|