| |
| |
| |
Uit de tijdschriften
Bzzlletin 9 (1980), nr. 80
Dit novembernummer is vrijwel geheel gewijd aan Louis Ferron. Johan Diepstraten opent met een interview over zijn autobiografie. Hierna volgen zijn bibliografie en I Mongoli, het vierde hoofdstuk van de ongepubliceerde roman Buiten schot; na nòg een interview schrijft Leon de Winter over De mythe bij Louis Ferron, Daan Cartens over zijn ‘Duitse’ romans en Wim Vogel over De ballade van de beul. Karel Soudijn en Arend Slagman besluiten het nummer met hun bijdragen over Ferron-als-dichter en Ferron's poëzie.
| |
Chrysallis 1980, nr. 6
‘We zijn echt gaan zoeken naar vergeten vrouwen - en we vonden ze: vrouwen die prachtige dingen schreven die nooit goed werden uitgegeven (...) en/of die nooit of nauwelijks aandacht kregen in de Geschiedenis(sen) van de Nederlands(ch)e Letterkunde (...).’ Aldus luidt een fragment uit het voorwoord van dit themanummer over Vergeten vrouwen uit de Nederlandse literatuur tot 1900, opgespoord door Hanneke van Buuren en Hannemieke Stamperius.
| |
Driemaandelijkse Bladen 32 (1980), nr. 2:
Dit themanummer, getiteld: Drents anno 1838, bevat een drietal bijdragen: een van P.Th.F.M. Boekholt over Een Drentse dialectenquête uit 1838 - een van G.H. Kocks over De Drentse enquête van 1838 dialectgeografisch - en een lijst van Drentse woorden en zegswijzen uit 1838.
nr. 3:
H. Entjes vraagt aandacht voor Dialekt als poging en mogelijkheid. - Naar regionale kultuurtalen is een artikel van Henk Bloemhoff. - In het artikel van Jurjen van der Kooi, Van mondelinge naar schriftelijke overlevering wordt een terreinverkenning gedaan naar volksverhaal en dialectliteratuur in vier 19de-eeuwse Oostnederlandse volksalmanakken.
| |
Dutch crossing 1980, nr. 11
Dit nummer bevat o.a. een bijdrage van G. van Hoeydonck over The Dutch rural novel in Flanders (1900-1945). - In De wilde haren van de pruikentijd probeert Ton Broos ‘een bijdrage te leveren aan een andere, zo men wil, genuanceerdere, kijk op de literatuur van een periode in de Nederlandse literatuurgeschiedenis die tot voor kort werd afgedaan als tweederangs gefemel van bepruikte en gehoepelrokte bezadigde burgers’. - R. Brockschmidt wil met zijn artikel Hendrik Conscience: literatuur en geschiedenis ‘de historische romans van Hendrik Conscience in een bredere (kultuur)historische kontext (...) plaatsen’. - Verder bijdragen van William Woods over The wall als
| |
| |
symbol en Peter King over Vondel: a prophet in his own country.
nr. 12
In P.C. Hooft: the sonnets and the tragedy schrijft Theo Hermans over ‘the role of genre in the strategy of translation and adaption adopted by Renaissance writers’, in het bijzonder P.C. Hooft. - Ria Vanderauwera bespreekt in Max Havelaar in English de implicaties van een vertaling. - Tenslotte vergelijkt Tanis Guest de twee edities van de visioenen van Hadewich en concludeert: ‘(...) they complement rather than implicate each other’.
| |
De gids 143 (1980), nr. 8
Hierin een bijdrage van Willem Brakman over het thema van de eigen jeugd bij Vestdijk, getiteld: Jeugd als bouwstof.
| |
Leuvense Bijdragen 69 (1980), nr. 4:
In deze aflevering o.a. een bijdrage van William H. Fletcher, ‘Blood-hot’, ‘Stone-good’: a preliminary report on adjective-specific intensifiers in Dutch.
| |
Levende Talen nr. 356 (1980):
Peter van Lint plaatst in: Een praatje maken of de moeilijke kunst van de conversatie opmerkingen over dialoogvormen. - Iets dergelijks doet Ron Plattel m.b.t. Het tweegesprek in het voortgezet moedertaalonderwijs. - Over teksten, toetsen en andere dingen gaat het artikel van Karl F. Flippo. - Kees de Bot en Guus Extra schrijven over het Colloquium ‘Taalproblemen van Gastarbeiderskinderen’, 3-5 september 1980, Université de Mons (België).
Boekbesprekingen door Koos Hawinkels o.a. van de volgende werken:
J. Kamerbeek jr., De poëzie van J.C. Bloem in Europees perspectief (heruitgave); H. van Gorp e.a., Lexicon van literaire termen; W.A.M. de Moor, Wilt u mij maar volgen? (gebundelde literaire kritieken en profielen).
Verder nog boekbesprekingen van: H.A.J.M. Lamers, Hoe schrijf ik een wetenschappelijke tekst? Een handleiding om scripties, verslagen, dissertaties, rapporten en beleidsnota's te schrijven, door J. Vos, en: Henk Oosting en Frank Nijhuis, Nederlands voor gastarbeiders. Deel I, door Carolien Franken.
nr. 357:
Onder de titel: Moedertaaldidactiek geeft Jacques Vos een bespreking van Moedertaaldidactiek, een handleiding voor het voortgezet onderwijs door de Leidse werkgroep moedertaaldidactiek.
Daarnaast o.a. een anonieme boekbespreking van: René Appel, Cees Cruson, Pieter Muysken en J.W. de Vries (red.), Taalproblemen van buitenlandse arbeiders en hun kinderen.
| |
Lingua 51 (1980), nr. 4:
Dit nummer bevat o.a. een Survey of Books. A selected and annotated bibliography of recent publications in linguistics, samengesteld onder redactie van Sjef Schoorl.
| |
Maatstaf 28 (1980), nr. 10
In dit nummer een bijdrage van Martien J.G. de Jong, getiteld Drie maal Elias, over
| |
| |
Maurice Gilliams' Elias of het gevecht met de nachtegalen. - Harry G.M. Prick geeft een analyse van P.C. Boutens' Inslapen in Weimar.
| |
Moer 1980, nr. 6
Hierin doet Fie van Dijk verslag van een literatuuronderzoek naar het verschijnsel woordblindheid. - In Dialektgebruik in de klas geeft Hans van Tuijl informatie over het Kerkrade-projekt. - Frits Litmaath geeft een aantal kritische kanttekeningen en suggesties bij een praktijk van het aanvankelijk leesonderwijs. - Tenslotte beschrijft Chris Rippen wat er zoal aan Jeugdboeken verschijnt en wat de waarde daarvan is.
| |
Ons Erfdeel 23 (1980), nr. 5:
Prof. Dr. Herman Vekeman overziet De actuele situatie van de neerlandistiek in de Duitse Bondsrepubliek. - Hugo Brems wijdt een artikel aan Neo-romantische poëzie in Nederland en Vlaanderen. - Omer Vandeputte gaat in op de vraag: Wat voor Nederlands in het voortgezet onderwijs in Vlaanderen? - Sjoerd van Faassen vraagt aandacht voor Brieven van Panaït Istrati aan A.M. de Jong (1926-1935). - Ronald Soetaert vergelijkt het werk van Godfried Bomans en Charles Dickens. - Jos Wilmots stelt Het Nederlandse taalgebied als uitgangspunt voor een buitenlands cultuurbeleid.
| |
Onze Taal 49 (1980), nr. 11:
Egbert Woudstra en Michaël Steehouder bespreken Enkele vaktaalverschijnselen in: Vaktalen II. - Onder de titel: De waarde van schrijfadviezen geeft J. Vos een boekbespreking van: C.B. Tilanus, Een scriptie/rapport/artikel schrijven. - A.J. Vervoorn gaat in op Buitenlandse aardrijkskundige namen. - Een uiteenzetting over De Taalunie geeft J.M. van der Horst. - Marlies Philippa tenslotte analyseert de herkomst van het woord Herfst.
| |
Over Multatuli 1980, nr. 6
Garmt Stuiveling opent deze aflevering met Multatuli als Mainzer Beobachter, een causerie over het belang van ‘Van den Rijn’ en de ‘Mainzer Beobachter’ voor Multatuli's biografie over de jaren 1866-1870. Hij concludeert: ‘Een ding is wel duidelijk: men zal dit hoofdstuk uit Multatuli's biografie geheel moeten herschrijven’. - Eep Francken bespreekt de relatie tussen Multatuli en Hendrik Huisman.
| |
Septentrion 9 (1980), nr. 3:
Pierre Brachin gaat terug Aux sources hollandaises de l'imitation de J.-C.: la ‘Devotio Moderna’. - Georges Adé stelt de schrijver Maurice Williams centraal. - Willy Spillebeen richt de schijnwerper op Jan Hendrik Leopold, poète de l'individualisme ‘monumental’. - José de Ceulaer beschrijft de verhouding tussen Felix Timmermans, Anton Bergmann et la ville de Lierre.
| |
Tabu 11 (1980/'81), nr. 1:
Paul Procee heeft een studie gemaakt van Morfologische grenzen en syllabificatie, Siemon Reeker van Fonologie en idiomatische rijmvormen.
| |
| |
| |
Tijdschrift voor Taalbeheersing 2 (1980), nr. 3:
E.J. van der Spek schrijft over Indirecte taalhandelingen. - E. Bol onderzoekt het verband tussen Leren lezen en cognitieve ontwikkeling. - M.L. Komter beziet De wederzijdse betrokkenheid van gespreksdeelnemers. - In zijn artikel: Een quasi-logische theorie over argumentatie bespreekt T. Kruiger het boek van Ch. Perelman, Retorica en argumentatie.
Korte referaten: J.B. Frank, Taalbeheersing en normen, en Gerard Verhoeven, Het gebruik van tegenstellingen in politieke leuzen.
Van de hand van W.K.B. Koning tenslotte een Bibliografie sociolinguistiek 1979.
nr. 4:
Argumenteren en overtuigen: een conventioneel paar, vinden F.H. van Eemeren en R. Grootendorst. - Mark Baeyens en Frank Jansen geven aan, hoe men kan komen Van interview tot tekst: een paar praktische tips. - Carel Jansen staat stil bij Oordelen over teksten. - Arrie van Berkel en Jos Stumpe postuleren Thematische relaties als rationale voor cohesie in geschreven teksten.
Een kort referaat: T. Kruiger, Een probleem bij de beoordeling van normatieve argumentatie.
| |
Tirade 24 (1980), nr. 260
Onder de titel Over de troost van pessimisme geeft Herman de Koninck zijn visie op het wezen en de functie van poëzie. - Charles B. Timmer doet in Russische notities verslag van de Russische boeken anno 1981.
r.w.w.m.v.d. drift
w. merlijn
|
|