De Nieuwe Taalgids. Jaargang 72
(1979)– [tijdschrift] Nieuwe Taalgids, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 474]
| |
Bulletin 7 (1979), nr. 66Een nummer gewijd aan Paul van Ostaijen, waarin maar liefst 27 bijdragen van en over deze dichter. Een kleine greep: Paul de Vree schrijft over Van Ostaijens ars poëtica. - J.J. Klant belicht De poëzie van Van Ostaijen en de muziek van het woord. - G. Kazemier ziet hem als Expressionistisch dichter. - J.J. Oversteegen noemde zijn bijdrage Konsekwente kritiek. - En natuurlijk ontbreekt Gerrit Borgers niet, die voor de inleiding zorgde. | |
nr. 67G.J. Bork herdenkt Louis Paul Boon. - Tom van Deel schrijft Over de poëzie van Rutger Kopland onder de titel Ik ga het slaan dat het voelt. | |
Dokumentaal 8 (1979), nr. 1Eerst vijf bladzijden informatie in Vakgenootschap. - B. van Selm plaatst Een voetnoot bij systematisch-bibliografisch onderzoek. - Inventarisatie van Moderne Letterkunde in Utrecht door W. Hendriks en Stichting Neerlandistische Literatuurwetenschap in oprichting en Spiegel der Historici beide door B. van Selm. - Gepromoveerd: W. Zonneveld op A formal theory of exceptions in generative phonology, W. Verbeke op Het leven van Sint-Amand door Gilles de Wevel, Etty Mulder op Guillaume de Machaut, een grensbewoner, J. Koster op Locality Principles in Syntax en R.T. Segers op De evaluatie van literatuur. - Pas verschenen signaleert de volgende boeken: Proeven van Neerlandistiek (bundel voor A. Sassen), Vrouwentaai en mannenpraat, Gespreksanalyse; enkele problemen en een parafrase, Publicaties van de uitgeverij ‘Het huis aan de drie grachten’, Antwerp papers in linguistics, Catalogus ‘Diversia sed una’, Tijdschrift voor taalbeheersing en tenslotte nog een recensie van Levend Nederlands. Een audio-visuele cursus voor Buitenlanders door Luc Baten. | |
Driemaandelijkse bladen 30 (1978), nr. 4Philomène de Bruijn geeft een overzicht van De toponymie van Nijeholtpade, een register van veldnamen completeert deze studie. - W. van de Westeringh bespreekt De familienaam van de Westeringh en H. Doedens schrijft over De clapper der Calkoens als mystificatie. | |
Etudes Germaniques 33 (1979), nr. 1C. Lecouteux bespreekt de uitgave van Das Utrechter Arzneibuch, editie verzorgd door Agi Lindgren. | |
De gids 142 (1979), nr.2Pim Lukkenaar bekijkt Nescio, de maatschappij en de literatuurwetenschap. | |
nr. 3Het bloedbad van Dind Ríg is een bijdrage van Maartje Draak. - Paul van Ostaijen en Theo van Doesburg, twee verwante theoretici die niet nader tot elkaar wensten te komen. Zo luidt de titel van een artikel van José Boyens. ‘Het uitgangspunt voor de hier | |
[pagina 475]
| |
volgende beschouwing vormt een aantal kunsttheoretische, kunstkritische en literatuurtheoretische publikaties waarmee de schilder Theo van Doesburg en de dichter Paul van Ostaijen in de jaren 1918 en 1928 een nieuwe richting gaven aan de nederlandstalige kunst- en literatuurbeschouwing.’ | |
nr. 4In dit nummer het tweede en laatste deel van het artikel over Van Ostaijen en Van Doesburg. - H.T. Boonstra komt Van waardeoordeel tot literatuuropvatting. Uit de conclusie: ‘Op grond van mijn onderzoek, waarvan ik hier ter illustratie alleen heel globaal wat heb laten zien, meen ik dat, wanneer men zou beschikken over voldoende in termen van het model geformuleerde literatuuropvattingen uit een bepaald tijdvak, het inderdaad mogelijk is systematisch algemene conclusies te trekken ten aanzien van de kritische normen van dat tijdvak.’ | |
Gramma 3 (1979), nr. 2M. Klein opent met Paardekoopers notie ‘aanloop’ en het bestaansrecht van subjectzinnen. - Carlos Gussenhoven doet Onderzoek ten behoeve van het uitspraakonderwijs en geeft daarvoor enige mogelijkheden. - Jan van Bakel houdt zich bezig met De transformationele buitenruimte en met Stellingen over semantiek. - Kennis van een dialekt: norm en regel is een artikel van Roeland van Hout. - Tenslotte schrijven Jan Hardeveld en Dick Springorum over Conversatie-analyse in Nederland. | |
Maatstaf 27 (1979), nr. 4Hans Ester schrijft over De poëtische neerslag van de Anglo-Boerenoorlog 1899-1902. | |
nr. 5/6F.L. Bastet schrijft in zijn conclusie van Bourget, Couperus en Parijs: ‘Couperus was een voortreffelijk leerling van de grote Franse schrijver, wiens Un coeur de femme in Nederland blijkbaar alleen door hem ooit goed gelezen is’. - Harry G.M. Prick bekijkt de relatie tussen Stèphane Mallarmé en Tachtig. | |
Moer (1979), nr. 3Dit themanummer handelt over interactie in de klas. Ton van der Geest opent met een artikel over de samenhang tussen de communicatieve ontwikkeling van kinderen en het leren op school. - Theo Jansen schrijft over de impliciete waarden en normen, die mee overgedragen worden in het praten van de leerkracht. - Het themagedeelte van dit nummer wordt afgesloten met de rubriek Leesvoer, waarin een alfabetisch geordende en geannoteerde bibliografie van literatuur over (klas)-interactie. | |
Ons erfdeel 22 (1979), nr. 1H. Bonger schreef het artikel Afscheid van een generatie, n.a.v. de dood van Annie Romein-Verschoor. - Jozina van het Reve-Israël publiceerde over Russische literatuur in Nederlandse vertaling. - Wim Rutgers hield zich bezig met Cola Debrot en Luc. Tournier: grondleggers van de Nederlandstalige literatuur op de Nederlandse Antillen. - Hugo Brems bespreekt in Schrijven is wegnemen de gedichten van Roland Jooris. - Marcel Janssens ziet Het werk van Maria Rosseels in de kontekst van het religieuze leven in Vlaanderen. - De Bibliografie van het Nederlandse boek in vertaling. - Recen- | |
[pagina 476]
| |
sies: Hugo Bousset over Jaak Fontier In de zon van zen, Ruud A.J. Kraayeveld bespreekt De schrijver tussen de coulissen van A.G.H. Anbeek van der Meijden, Rudolf van der Perre doet dat met Ontwerp van een landschap van Willy Spillebeen. - Wim Hazeu bespreekt uitvoerig Mijn Vlaamse jaren van Jeroen Brouwers, Frans Deschoemaeker onder de titel Tasten naar het handvest poëzie van Gust. Vermeille en Jan van der Vegt Volledig volmaakte oneetbare perzik van Gerrit Kouwenaar. | |
Onze taal 48 (1979), nr. 5Joop van der Horst bespreekt het boek Vrouwentaal & mannenpraat. - Verder Lariekoek over kletskoppen, Das ewig-weibliche zieht uns hinan, (Ge)her(ge)interpreteerd, Ook geen boetekleed voor Kousbroek?, Variëteit en variété, De been, Onlogische negaties en Van woord tot woord. | |
De revisor 6 (1979), nr. 2Onder de titel Orpheus in de lift is Tom van Deel in gesprek met Jeroen Brouwers. - Carel Peeters poneert 6 stellingen over de taak van de schrijver. Dirk Ayelt Kooiman, J.F. Vogelaar, Jacob Groot en Willem Jan Otten reageren daarop. - Nog meer pennetwist: Karel van het Reve geeft een Antwoord aan de literatuurwetenschappers, waarin hij voornamelijk reageert op een eerder artikel van Van der Paardt. | |
nr. 3In dit nummer wordt een vroege versie van Nescio's Titaantjes gepubliceerd, met daarachter een essay van Lieneke Frerichs onder de titel Titaantjes in wording. - Mannen in de letteren, heet het ‘masculinistische’ artikel van Leo Ross. - Eveneens van Ross is de korte, maar felle bespreking van de laatste essaybundel van W.F. Hermans. | |
Septentrion 8 (1979), nr. 1Sadi de Gorter schrijft over Marsman à la recherche de la France; hij vertaalde ook Marsmans ‘Herinnering aan Holland’. - Paul Hadermann besteedt aandacht aan Van Ostaijen et Apollinaire. | |
Spektator 8 (1978-1979), nr. 6In Van Eeden in sociale zaken van Jos van Winden-De Ley zien we Van Eeden in de rol van stakingsleider en bedrijfsdirecteur. - Maarten van Buuren bekijkt het Funktioneren van vergelijkingen. - Verder in de rubriek,Aankondiging en bespreking aandacht voor maar liefst 32 nieuwe boeken en herdrukken. | |
nr. 7/8Jan Koster begint met een Inleiding over de EST (de Extended Standard Theory). - Ger J. de Haan houdt zich bezig met Onafhankelijke P.P.-komplementen van nomina; Henk van Riemsdijk met Extrapositie van vrije relatieve zinnen in het Duits; Arie Verhagen met Fokusbepalingen en grammatikale theorie en H.J. Verkuyl met Prominentie, functionele hiërarchie en de uniforme drie-niveauhypothese. - Over Whverplaatsing en Cl-verplaatsing in het Nederlands is een artikel van Johan Kerstens. - M K. van Dort-Slijper noemt Taalboek I, geschreven door H. Hulshof, J. van de Pol, P. van der Pol en P. Hulshof ‘een juweel van een schoolboek’. | |
[pagina 477]
| |
Spiegel Historiael 14 (1979), nr. 5J.P. Th. Deroy houdt zich in zijn artikel over François Villon bezig met eigennamen en schuilnamen in diens werk; hj geeft ook een overzicht van Villons cryptogrammen. | |
Standpunte 32 (1979), nr. 139D.F. Spangenberg analyseert het gedicht ‘Vakansiebrief’ van D.J. Opperman. - Francis Galloway bekijkt het Zen-Boeddhisme in het werk van Breyten Breytenbach. - Helize van Vuuren geeft een Kroniek van die Afrikaanse verhaalkuns 1977. | |
nr. 140‘Perhaps the most profound transition in British and American cultural attitudes during the past two decades is the extent to which the primacy of the word, of the printed text is being questioned’, schrijft S. Monick in The assault upon literacy. - Gerrit Olivier bekijkt het ‘Politieke’ prosa uit 1978. | |
Tijdschrift voor levende talen 44 (1978), nr. 3Luuk de Vos wijdt een artikel aan Lilith, mythologie en de vroege levensopvatting van Lucebert; op zijn bijdrage volgt een bibliografie van werken waarin de Lilith-figuur behandeld of genoemd wordt. | |
Tirade (1979), nr. 245/246Dit dubbelnummer opent met het Dankwoord bij de uitreiking van de Nijhoffprijs, december 1978 van Karel van het Reve. - Het sluit met een zeer uitgebreid artikel van P.F.H. Lauxtermann over Schopenhauer. | |
Tydskrif vir letterkunde 17 (1979), nr. 1Hein Viljoen somt Gesprekvoorwaardes vir die poësie op. - Die dimensies van die gesproke woord in 'n verhaal van Jacques Hamelink worden onderzocht door E.C. Britz. Het gaat hier om het verhaal ‘Het wenken van vogels’ uit de bundel De rudimentaire mens. | |
Werkgroep 18e eeuw. Documentatieblad (1979), nr. 43P.J. de Voogd publiceert een bijdrage over Pieter Le Clerq's Tom Jones-vertaling. - P.J. Buijnsters besteedt aandacht aan Een auto-bibliografie van Franciscus Lievens Kersteman. | |
Wetenschappelijke tijdingen 38 (1979), nr. 1E. Cramer-Peeters bespreekt in De verzonken stad Reimerswale de naam van deze stad. W. VAN DEN AKKER A.G.M. VERMEULEN |
|