Op grote schaal heeft Boutens gewerkt met neologistische adjectieven op -en, geformeerd naar het model der stoffelijke bijv. naamwoorden, bijv. ‘een vogel zong in zijn bladeren huis; wazen verte; vuren regen; de vuren bal der zon; schaduwen schablonen; de luchten zuilen; zijn sneeuwen oorsprong.’ (Vgl. G. Gossaert: het melken licht der maan). In het onderhavige gedicht van Boutens: De vonken sikkel snerpt door 't droge graan.
Veel voorbeelden hiervan heb ik wel niet aangetroffen in Mei, maar ze bestaan in ieder geval:... en op veeren wiek Vervoerde waterbellen vol muziek Geladen, lichter wind. (Mei 7); glaze' en ijzen koepels (Mei 112).
Stellig zal aan invloed van Gorter moeten worden gedacht bij een procédé, dat de stilisticus W. Kramer als een vondst van Boutens beschouwde en waarvan zijn poëzie bepaald wemelt: de epenthesis van een toonloze e in woorden als: luchtezee, windevloot, wolketent enz. Deze formatie is echter verre van zeldzaam in Mei: manestralen, geuredamp, windeloeien, orkanestem, runderebulken, droomeschaar, lelieëbladen, wolkekring, bloemegeuren, kleurezweven, wolkezoom, kustestrand enz.
Heeft Boutens de volgende impressionistische kras-heterogene verbinding ook bij Gorter leren kennen?:
Straalt Venus' gouden aster open
Het prototype daarvan vinden we bijv. op pag. 6 en 23 van Mei:
Blauw dreef de zee, het water van de zon
Vloot pas en frisscher uit de gouden bron...
Lag droomend naast haar, klein en blank en loom
Maar dit type was algemeen impressionistisch-symbolistisch. Zo vindt men bij Mallarmé:
Un rossignol aux bosquets miens
Jette sa folle et même perle.
Alle strofen van Liefdes uur worden besloten met 't Is liefdes uur. Ik vraag mij af of hier en sourdine soms de regel van Verlaine doorheenzingt: ‘C'est l'heure exquise.’ Er is een treffende overeenkomst tussen beide versregels, ze zouden elkaars vertaling kunnen zijn: de zinsbetekenis is vrijwel gelijk evenals de zinsbouw; er is verder een grote woordelijke overeenkomst. Tenslotte is er een grote mate van klankovereenkomst door de sprekende assonantie van de hoge i-klank in ‘liefdes’ en ‘exquise’ en de alleen in vocaal niet geheel overeenstemmende woorden ‘heure’ en ‘uur’. Boutens' vertaling van Ecoutez la chanson bien douce in zijn eerste bundel bewijst ten overvloede, dat Verlaine veel voor hem betekende.
Op pag. 181 van zijn autobiografie Tims herinneringen (Amsterdam, 1938) noemt Dr. Aeg.W. Timmerman Boutens ‘de decadent van Gorter’ en het zou wel zeer toevallig zijn als deze intimus van verscheidene Tachtigers zijn groteske veroordeling juist op het hier aan de orde gestelde gedicht zou hebben gebaseerd. Dit moge een