De Nieuwe Taalgids. Jaargang 54
(1961)– [tijdschrift] Nieuwe Taalgids, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 198]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Nog eens -ette.Naar aanleiding van het artikel ‘Modinette’ (N.Tg. 53, blz. 159 e.v.) heeft de heer J.J.M. Bakker enkele belangrijke opmerkingen gemaaktGa naar voetnoot1), die een nuttige aanvulling vormen op het verschijnsel dat in bovengenoemd artikel is uiteengezet: de laatste jaren zijn een aantal neologismen en ontleningen, uitgaande op een beklemtoonde klankgroep -ette, in het Nederlands opgenomen. Dat artikel eindigde ik met: ‘Naast de factor der welluidendheid treedt bij een aantal woorden mede door de vorm, de factor op die uitdrukking geeft aan 't gevoel voor het kleine, het knusse. Veelal gaan beide factoren samen. Welke men primair acht, is sterk afhankelijk van het persoonlijk gevoelen.’ De heer J.J.M. Bakker spreekt zijn twijfel uit over de overheersende betekenis van die factor welluidendheid. In het artikel ‘Modinette’ is tussen de regels door de twijfel ook te lezen, al moet ik toegeven niet evident. Ik citeer: ‘De formaties danken hun vorm vaak juist dááraan doordat het gevoel voor welluidendheid eraan ten grondslag ligt. Dat dit gevoel niet bij elke spreker en/of hoorder even groot, ja zelfs misschien in het geheel niet aanwezig is, en wellicht ook wordt ontkend, achten we minder bezwaarlijk.’ - blz. 159 (het nú gecursiveerde wijst op twijfel) en verder: ‘In sommige gevallen is er een grote willekeur in het gebruik en de vorming van de -ette-woorden. Wat het gebruik betreft wekken pirouette en roulette wel enige verwondering.’ (162) De heer J.J.M. Bakker wijst vervolgens op andere factoren, die niet onderschat mogen worden:
Bij de beantwoording moet dan tevens de factor der welluidendheid in aanmerking worden genomen. ‘Die welluidendheid - zo schrijft mij de heer P.A. Eggermont te Breda - zal dan nog gepreciseerd moeten worden: accentuatie-sonoriteit-de verhouding tot de omringende klanken - de tijdelijke smaak - de schriftvorm die altijd aanwezig is e.d. zullen onderzocht moeten worden. Een zekere subjectiviteit zal bij het oordeel over de welluidendheid niet te vermijden zijn.’ Nemen we de factor der welluidendheid bij de beschouwing op, dan moeten we hetgeen Kloeke hierover heeft gezegd, zeker in aanmerking nemen: ‘Welluidendheid is geen wetenschappelijk begrip; een definitie is niet te geven. We kunnen echter zonder gevaar met het begrip welluidendheid resp. onwelluidendheid rekening houden, wanneer we er slechts van doordrongen zijn dat we hier niet te doen hebben met een wetenschappelijk-linguistisch begrip | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 199]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
maar met een gevoelen van de taalgebruiker, dat echter in zijn gevolgen wel degelijk van invloed kan zijn op de taal en haar ontwikkeling.’Ga naar voetnoot1) Die gevolgen en die ontwikkeling zijn voor de -ette-formaties te vinden in de onderstaande tweede aanvulling:
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 200]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Alle -ette-formaties zijn herleidbaar tot één of meer van de genoemde factoren: zo zijn clownette en starlette illustratief voor het moderne vrouwelijke suffix (zie ook art. J.J.M. Bakker). Franse ‘bemiddeling’ (luxe, verfijning, raffinement e.d.) vindt men in verschillende woorden bv. baronette - jeanette - nénette - spinnerette-de-luxe e.a. Een eufemistische imitatie kan men wellicht herkennen in bungolette - jamborette - sandalette. De groep waarin -ette de waarde heeft van een diminutiefsuffix, is uitgebreid: dustette - gironette - jamborette - norette - starlette - superette - vibrafonette - voilette. Reclameraffinement schuilt achter jeantilette - ondergoed van Jansen & Tilanus: een Nederlandse formatie aldus d.m.v. het gebruik van de naam van de fabrikant. Het is duidelijk dat jantilette het heeft moeten afleggen tegen jeantilette: het laatste is uitheemser en daardoor acceptabeler. Superette is als vorming om een ander feit interessant. De formatie is enigszins te vergelijken met de ‘geconcentreerde’ verkleinvormen, zoals C.B. van Haeringen er enige besproken heeft (grootje - broekje - muisjes e.d.) in de N.Tg. 1952, blz. 194 e.v. ‘Concentratie door diminuering’. Het diminutief superette heeft absoluut geen grotere diminutiefvorm supermarktje of supermarkette gekend. De concentrerende waarde van deze verkleinvorm (superette) is onmiskenbaar. Het is spontaan gevormd met op de achtergrond de samenstelling supermarkt. Als inkortsel zou super vanzelfsprekend niet hebben voldaan. Superette daarentegen voldoet volkomen. Dat in de betekenis van het woord, juist omdat het een diminutief is geworden, spanningen zijn ontstaan, is de maker van het woord (de winkelier L. Rijks te Zaandam) ontgaan. Een supermarkt immers betekent detailhandelszaak, waar alle voedingsmiddelen verkocht worden en daarnaast nog andere artikelen als drogerijen, cosmetische artikelen, wijn en andere dranken, schrijfbehoeften, tijdschriften en huishoudelijke artikelen. Het zelfbedieningssysteem geeft een groter rendement: de praktijk leert dat de klant, alleen gelaten, gemiddeld 2 tot 3 maal zoveel besteedt als normaal. Super geeft én de grootte van de zaak aan én de omzet (naar Amerikaanse maatstaven moet deze ten minste $ 250.000 zijn) én de kwaliteit van de artikelen (de kwaliteit moet juist in de zelfbedieningszaak de allerbeste zijn). Super in superette geeft dit alles ook aan, maar -ette wijst op het diminutieve ervan. Aldus is een superette een ‘kleine grote zaak’ met een ‘kleine grote omzet’ en een ‘kleine allerbeste kwaliteit’. Een ‘grote kleine zaak’ enz. is niet wel mogelijk, eventueel wel een ‘grote verzameling kleine zaakjes’. Bedoeld is een kleine grote zaak met afdelingen voor kruidenierswaren, zuivelproducten, brood, vlees, groenten en fruit enz. enz., waarbij men gelet heeft op de verkoopoppervlakte in m2, die te klein is voor supermarkt en groot genoeg voor superette.
Samenvattend kunnen we stellen dat een aantal -ette-formaties van betekenis is voor de taal en haar ontwikkeling: kitchenette - maisonnette - modinette (en samenstellingen ervan) - rollette - pianette - stenorette - bungolette - clownette - isolette - jamborette - ovalettes - sandalette - starlette - superette - travelette - vibrafonette - voilette - wasserette zijn als bruikbare substantieven in het Nederlands opgenomen, of bezig zich een plaats te verwerven. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 201]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
In de N.Tg. 53 (1960), blz. 254 merkt de heer W.J. Simons n.a.v. Pas-Tunette (merknaam beha en gaine - Modinette blz. 160) op, dat de vorming van deze -ette-formatie via ('t) past u net (te) gegaan is. Deze gedachte bereikte mij reeds eerder. De heer P.A. Eggermont schrijft: ‘Wanneer de fabrikant dit Past-U-Net genoemd had, d.w.z. geschreven had, was ál de aardigheid eraf. Aansluitend bij “Twilfit” ('t will fit) heeft hij zijn reclamezinnetje gehuld in het precieuze waas van het vreemde (étrange, in dit geval ook nog étranger) woordbeeld.’ Ik heb de vorming pas-tunette niet gerubriceerd. In mijn aantekeningen heb ik hem indertijd voorlopig ondergebracht bij groep 2: Ned. formatie d.m.v. een bestaand Nederlands woord, waarvan één of meer klanken zijn geëlimineerd. Dat grondwoord kan het moderne tuniek zijn: ‘deel van sommige japonnen, een overschoot dat aan het lijf vastzit en over de rok hangt.’ Zo'n tuniek ‘corrigeert’ bepaalde vormen, hetgeen een Pas-Tunette blijkens de advertentie (Santpoorts Weekblad ‘Huis aan Huis’ - 26-6-1959) ook doet: ‘Een Pas-Tunette, vondst voor U! De altijd passende gaine! Pas-Tunette past elke Nederlandse vrouw. Ook precies Uw maat is erbij. Corrigeert en steunt, zonder dwang.’ Via pasmodel - paskamer - pasvorm e.d. kan pas-tuniek ontstaan zijn en vervolgens pas-tunette, gezien het grote aantal -ette-vormingen juist bij dameskleding. Niettemin is er ook een vernuftige aliënisatie in te lezen van een Nederlandse slagzin. Zaandam. Th. Oudkerk Pool. |
|