De Nieuwe Taalgids. Jaargang 41
(1948)– [tijdschrift] Nieuwe Taalgids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdDe Nieuwe Taalgids. Jaargang 41. J.B. Wolters, Groningen / Batavia 1948
-
gebruikt exemplaar
eigen exemplaar dbnl
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van jaargang 41 van De Nieuwe Taalgids uit 1948.
De Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren beijvert zich voor het verkrijgen van toestemming van alle rechthebbenden; eenieder die meent enig recht te kunnen doen gelden op in dit tijdschrift opgenomen bijdragen, wordt verzocht dit onverwijld aan ons te melden (dbnl.auteursrecht@kb.nl).
redactionele ingrepen
Op verschillende plaatsen in het origineel zijn naast sommige versregels tekstregels geplaatst die het aantal eenheden aangeven. In deze digitale versie zijn deze tekstregels onderaan het vers geplaatst.
p. 16: het nootteken bij noot 2 ontbrak in de lopende tekst, wij hebben deze alsnog geplaatst.
p. 96: in de Corrigenda van p. 215 is het Griekse woord tussen de aanhalingstekens in het origineel weggelaten.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten.
[pagina *1]
EERSTE AFLEVERING ◦ EEN-EN-VEERTIGSTE JAARGANG
DE NIEUWE TAALGIDS
onder redaktie van
Prof. Dr C.G.N. DE VOOYS,
Prof. Dr C.B. VAN HAERINGEN en Prof. Dr W.A.P. SMIT
INHOUD
Blz. | |
---|---|
B. van den Berg: De structuur van het Nederlandse vers | 1 |
A. van Mourik: Het Nederlands in Indië | 9 |
J.F. Buisman: De aanduiding der kamers in de zinnespelen | 15 |
Marie Ramondt: Arthur van Schendel als sprookjesverteller | 20 |
C.G.N. de Vooys: H.J. Schimmel over Nederlandse dramatische kunst | 25 |
P. Gerlach Royen O.F.M.: Typistes en typisten | 30 |
Boekbeoordelingen | |
C.G.N. de Vooys: Hedendaagsche Dichters: Richard Minne door André Demedts. - Achilles Mussche door Jan Schepers. - Jacobus van Looy en zijn literair werk door M. Augusta Jacobs | 33 |
W. Kramer: Het schoone geheim der poëzie beluisterd en niet ontluisterd door Albert Westerlinck | 37 |
C.B. van Haeringen: Historische Grammatica van het Nederlands door M. Schönfeld | 39 |
Aankondigingen en Mededelingen | |
Nederlandse Spraakkunst. - Verzamelde Taalkundige Opstellen. - Liederen van P.C. Hooft. - Een Nederlandse litteratuurgeschiedenis in het Zweeds. - Nederlands en Duits. - Multatuli's tekort. - 75 jaar Middelbaar Onderwijs 1863-1938. - Grammaire néerlandais à l'usage des Wallons. - Afrikaanse Literatuurgeskiedenis. - Beknopt Afrikaans-Nederlands Woordenboek. - Jantje Kaas en zijn jongens. - Brugman's Leven van Jesus uit het Middelnederlands overgezet. - Jaarboek der Kon. Nederlandsche Academie. - Inaugurele rede van Anton Reichling. - Verzamelde gedichten van Anthonie Donker | 41 |
Bladvullingen | |
Een sonnet van Hooft in Knuttels Bredero-uitgave (W.A.P. Smit) | 8 |
Litteraire grapjes? (G. Stuiveling) | 29 |
Uit de tijdschriften door C.d.V. | 45 |
(Nadruk der artikelen in deze aflevering is verboden) |
BIJ J.B. WOLTERS - GRONINGEN, BATAVIA. 1948
[pagina *5]
TWEEDE AFLEVERING ◦ EEN-EN-VEERTIGSTE JAARGANG
DE NIEUWE TAALGIDS
onder redaktie van
Prof. Dr C.G.N. DE VOOYS,
Prof. Dr C.B. VAN HAERINGEN en Prof. Dr W.A.P. SMIT
INHOUD
Blz. | |
---|---|
Gerard Brom: Vondel en de Barok | 49 |
B. van den Berg: De verwerkelijking van de versmaat | 53 |
W.A.P. Smit: Het derde deel der ‘Geschiedenis van de Letterkunde der Nederlanden’ | 59 |
D.Th. Enklaar: Drie dagen voor 't geluk geboren | 67 |
W.H. Staverman: De bevoegdheid der Nederlandse kritiek | 69 |
J. Naarding: Afwijkende constructies | 74 |
L.C. Michels: ‘Mijn wespen’ | 77 |
F. Jansonius: Een praedicatieve bepaling bij een Datief? | 80 |
Boekbeoordelingen | |
P. Minderaa: P.N. van Eyck door Cl Bittremieux | 81 |
G. Kloeke: Inleidende gedagtes oor Dialektstudie door S.A. Louw | 83 |
C.G.N. de Vooys: Grammaire neérlandaise à l'usage des Wallons door M. van Mulders-Chrispeels en J. van Mulders | 83 |
C.C. de Bruin: Jan van Leeuwen en zijn tractaat: Van vijf manieren broederliker minnen door J.W.N. Delteijk | 84 |
C.G.N. de Vooys: Klank en teken bij Erasmus en onze oudste grammatici door W.J.H. Caron | 87 |
Aankondigingen en Mededelingen | |
Pen en penseel. - Een belangrijke handschriften-catalogus. - Uit de voorgeschiedenis van het beleefde pronomen u. - Ruusbroec's ‘Geestelijke Bruiloft’ in modern Nederlands. - Die Groot Afrikaanse Woordeboek. - De taal der Limburgers. - Verzamelde Opstellen, geschreven door oud-leerlingen van Prof. Dr J.H. Scholte. - Handelingen van de Kon. Commissie voor Toponymie en Dialectologie XXI. - Beatrijs. - Albert Verwey's Jacoba van Beieren. - Apologische Spreekwoorden. - Hij zeit wat! (C.d.V.) | 88 |
Uit de tijdschriften door C.d.V. | 93 |
Corrigenda | 96 |
(Nadruk der artikelen in deze aflevering is verboden) |
BIJ J.B. WOLTERS - GRONINGEN, BATAVIA, 1948
[pagina *9]
DERDE AFLEVERING ◦ EEN-EN-VEERTIGSTE JAARGANG
DE NIEUWE TAALGIDS
onder redaktie van
Prof. Dr C.G.N. DE VOOYS.
Prof. Dr C.B. VAN HAERINGEN en Prof. Dr W.A.P. SMIT
INHOUD
Blz. | |
---|---|
W.P.A. Smit: Judas en Ruben in Vondels ‘Joseph in Dothan’ | 97 |
P.v.d. Meulen: Vondels Varianten in het Proza van de Palamedes | 107 |
P. Gerlach Royen O.F.M.: Ter nader onderzoek | 111 |
C.G.N. de Vooys: Elckerlijc en Everyman | 115 |
C.A. Zaalberg: Verwey en het Kluizenaarschap | 119 |
Jc. Smit: Q. en Z. in ‘de Familie Kegge’ | 121 |
Judi I.H. Mendels: Leeuwenhoek's taal | 123 |
Chr. Stapelkamp: Opmerkingen bij P.C. Hooft, Geeraerdt van Velsen | 130 |
Boekbeoordelingen | |
C.B. van Haeringen: Terreinverkenningen inzake de dialectgeografie van Drente door J. Naarding | 132 |
C.G.N. de Vooys: Dr J.J. Mak, Middeleeuwse Kerstliederen. Melodieën verzorgd door Dr E. Bruning | 134 |
C.G.N. de Vooys: Isaäc da Costa's weg naar het Christendom door Dr Jaap Meijer | 135 |
C.G.N. de Vooys: Magister Nivardus' Isengrimus door Prof. Dr J. van Mierlo S.J. | 136 |
Aankondigingen en Mededelingen | |
Buigingsverschijnselen in het Nederlands. - Verzamelde Opstellen over Taalen Letterkunde. - Taal en Volk van Twente. - Die Vrijstaatse Taalbeweging. - Afrikaanse Skrywers aan die woord. - Jacob van Maerlant: Keurgedichten uit zijn godsdienstige lyriek. - August Vermeylen door Paul de Smaele, Collection nationale. - Bilderdijk, Napoleon en diens dichters. - Ontvangen boeken | 137 |
Uit de Tijdschriften | 140 |
(Nadruk der artikelen in deze aflevering is verboden) |
BIJ J.B. WOLTERS - GRONINGEN, BATAVIA, 1948
[pagina *13]
VIERDE AFLEVERING ◦ EEN-EN-VEERTIGSTE JAARGANG
DE NIEUWE TAALGIDS
onder redaktie van
Prof. Dr C.G.N. DE VOOYS.
Prof. Dr C.B. VAN HAERINGEN en Prof. Dr W.A.P. SMIT
INHOUD
Blz. | |
---|---|
Gilbert Degroote: Erasmiana | 145 |
P. Gerlach Royen O.F.M.: Trapsgewijze overgang | 156 |
Ph. J. Simons: Is er een nominale klassificatie? | 161 |
Dr W.H. Staverman: Het Vlaamse vraagstuk | 171 |
C.G.N. de Vooys: Engelse invloed op het Nederlands | 175 |
Chr. Stapelkamp: Opmerkingen bij P.C. Hooft, Geeraerdt van Velsen | 177 |
Boekbeoordelingen | |
W.P.A. Smit: A.S.C. Wallis door S.J.R. Rameckers | 180 |
M. Schönfeld: Zeeuwse Famillenamen door Dr P.J. Meertens | 182 |
C.G.N. de Vooys: Middeleeuwse Kerstvoorstellingen door Dr J.J. Mak | 183 |
C.G.N. de Vooys: Woordsoorte, Werkwoorde en Tye door Dr Meyer de Villiers | 184 |
P.J. Meertens: Esbatementen van de Rode Lelije te Brouwershaven door H. Meijling | 185 |
Aankondigingen en Mededelingen | |
Bijdragen en Mededelingen der Dialecten-commissie van de Kon. Ned. Akademie. - Kernproblemen van de Nederlandse klassificatie: divergentie van der en haar. - Vondelteksten. - Klassiek Letterkundig Pantheon. - Lezende onder de lamp. - Zon over het leven. - Multatuli-literatuur | 187 |
Bladvullingen | |
Notities bij Bredero's ‘Stommen Ridder’ (W.A.P. Smit) | 170 |
Bomschuit - bodemschuit (Judi I.H. Mendels) | 189 |
Bloeibaarheid (G. Stuiveling) | 192 |
Uit de Tijdschriften | 190 |
(Nadruk der artikelen in deze aflevering is verboden) |
BIJ J.B. WOLTERS - GRONINGEN, BATAVIA, 1948
[pagina *17]
VIJFDE AFLEVERING ◦ EEN-EN-VEERTIGSTE JAARGANG
DE NIEUWE TAALGIDS
onder redaktie van
Prof. Dr C.G.N. DE VOOYS,
Prof. Dr C.B. VAN HAERINGEN en Prof. Dr W.A.P. SMIT
INHOUD
Blz. | |
---|---|
F. Jansonius: Impressionistische Taal- en Stijlvormen, I. | 193 |
P.C. Paardekoper: U en UE | 199 |
P. Gerlach Royen O.F.M.: De komma-bacil | 206 |
S.J. Lensblink: Invloed van Luther's liederen op het Wilhelmus? | 211 |
H.W. van Tricht: Over de Chronologie van Hooft's oudste verzen | 213 |
Hon. Sengers. O. Carm.: De herhaling bij Henr. Roland Holst | 216 |
C.B. van Haeringen: Ingekorte samenstellingen | 220 |
G. Brom: Multatuli tegenover Wolff en Deken | 222 |
Kroniek en Kritiek | |
Synoniemenbeschouwing, C.d.V. | 223 |
Boekbeoordelingen | |
W.A.P. Smit: Afrikaanse Literatuurgeskiedenis door Dr G. Dekker - Schets van den ontwikkelingsgang der Zuid-afrikaansche letterkunde door Dr Rob. Antonissen | 224 |
C.G.N. de Vooys: Hadewijch: Brieven. Dl. I: Tekst en Commentaar. Dl II: Inleiding door Dr J. van Mierlo S.J. | 227 |
C.G.N. de Vooys: Joost van den Vondel: Leeuwendalers door Anton van Duinkerken | 229 |
Aankondigingen en Mededelingen | |
Album-Baur. - Geesteswetenschappelijk onderzoek in Nederland. - De Zaanstreek. - Adequatie, Ellips en Inwendige Taalvorm. Annale van die Universiteit van Stellenbosch. - De oorsprongen van de Renaissance der litteratuur in Nederland 1875-1900. - Everyman en Elckerlyc. - De Legende van Sint Servaas. - Afrikaans. Hoe om dit maklik te leer praat. - Beknopte Friese spraakkunst. - Vier Middeleeuwse spelen. - Lyriek der Nederlanden. - Geschiedenis van de Letterkunde der Nederlanden. Zevende deel. - Ingekomen boeken en herdrukken. - Het phonologisch quantiteitsbegrip; tijdaspecten van de taal. - Bloemlezing uit Marnix' Psalmen | 230 |
Bladvullingen | |
Dr Willem Doorenbos (C.G.L. Apeldoorn) | 198 |
Nog eens Bloeibaarheid (L.H.M. Muris) - Bloeibaarheid een goed woord (D. van Unnik) | 205 |
De berg van Gulpen (H.J.E. Endepols) | 215 |
Uit de Tijdschriften (C.d.V.) | 236 |
(Nadruk der artikelen in deze aflevering is verboden) |
[pagina *21]
ZESDE AFLEVERING ◦ EEN-EN-VEERTIGSTE JAARGANG
DE NIEUWE TAALGIDS
onder redaktie van
Prof. Dr C.G.N. DE VOOYS,
Prof. Dr C.B. VAN HAERINGEN en Prof. Dr W.A.P. SMIT
INHOUD
Blz. | |
---|---|
K. Heeroma: De Telwoorden | 241 |
P. Gerlach Royen O.F.M.: Kruisinga als troef | 251 |
C.F.P. Stutterheim: Het Nederlandse vers een tijdmaat-vers? | 254 |
W. Kramer: Syntactische verschijnselen in het lyrische vers | 261 |
C.G.N. de Vooys: De populariteit van Erasmus' Lof der Zotheid in onze zeventiende eeuw | 269 |
Boekbeoordelingen | |
W.A.P. Smit: De Nederlandse poëzie van haar oorsprong tot heden, Deel II, door C.J. Kelk | 276 |
C.G.N. de Vooys: Handboek tot de Geschiedenis der Nederlandse Letterkunde van de aanvang tot heden. Eerste deel, door Gerard Knuvelder | 278 |
Aankondigingen en Mededelingen | |
Handelingen van het Zeventiende Vlaamse Filologencongres. - Middelnederlandse Bloemlezing en Grammatica. - Den Spyeghel der Salicheyt van Elckerlijc. - Een abel spel van Gloriant. - Brabantse persoonsnamen in de dertiende en veertiende eeuw. - The idea of Holland in Dutch poetry. - Proverbia Communia. - Het volksboek van Ulenspieghel. - Maandblad Groningen. - Taalpanoptikum. - De theorie der literaire genres. - De waardering van het Fries - Driemaandelijkse Bladen. - Van Zwervers en Vagebonden (C.d.V.). -
Nomina Geographica Neerlandica (C.B.v.H.) - Vondels wereldbeeld (W.A.P.S.) |
280 |
Bladvullingen | |
De dubbele negatie in het Maastrichts (C.B.v.H.) | 250 |
‘Karel I’ (C.N. Dubelaar) | 253 |
Cats over de opvoeding van Huygens (W.A.P. Smit) | 275 |
Uit de Tijdschriften (C.d.V.) | 285 |
(Nadruk der artikelen in deze aflevering is verboden) |
BIJ J.B. WOLTERS - GRONINGEN, BATAVIA. 1948
[pagina I]
DE NIEUWE TAALGIDS
onder redaktie van
Prof. Dr C.G.N. DE VOOYS Prof. Dr C.B. VAN HAERINGEN
en
Prof. Dr W.A.P. SMIT te utrecht
EEN EN VEERTIGSTE JAARGANG
BIJ J.B. WOLTERS UITGEVERSMAATSCHAPPIJ n.v. GRONINGEN - BATAVIA - 1948
[pagina II]
boekdrukkerd j.b. wolters u.m.
[pagina III]
INHOUD.
Blz. | |
---|---|
B. van den Berg: De structuur van het Nederlandse vers | 1 |
B. van den Berg: De verwerkelijking van de versmaat | 53 |
Gerard Brom: Vondel en de Barok | 49 |
Gerard Brom: Multatuli tegenover Wolff en Deken | 222 |
J.F. Buisman: De aanduiding der kamers in de zinnespelen | 15 |
Gilbert Degroote: Erasmiana | 145 |
D.Th. Enklaar: Drie dagen voor 't geluk geboren | 67 |
C.B. van Haeringen: Ingekorte samenstellingen | 220 |
K. Heeroma: De telwoorden | 242 |
F. Jansonius: Een praedicatieve bepaling bij een datief? | 80 |
F. Jansonius: Impressionistische taal- en stijlvormen | 193 |
W. Kramer: Syntactische verschijnselen in het lyrische vers | 261 |
S.J. Lenselink: Invloed van Luther's liederen op het Wilhelmus? | 211 |
Judi I.H. Mendels: Leeuwenhoek's taal | 123 |
L.C. Michels: ‘Mijn wespen’ | 77 |
P. van der Meulen: Vondels varianten in het proza van de Palamedes | 107. |
A. van Mourik: Het Nederlands in Indië | 9 |
J. Naarding: Afwijkende constructies | 74 |
P.C. Paardekoper: U en UE | 199 |
Marie Ramondt: Arthur van Schendel als sprookjesverteller | 20 |
Gerlach Royen O.F.M.: Typistes en typisten | 30 |
Gerlach Royen O.F.M.: Ter nader onderzoek | 111 |
Gerlach Royen O.F.M.: Trapsgewijze overgang | 156 |
Gerlach Royen O.F.M.: De comma-bacil | 206 |
Gerlach Royen O.F.M.: Kruisinga als troef | 251 |
Hon. Sengers O.Carm.: De herhaling bij H. Roland Holst | 216 |
Ph. J. Simoms: Is er een nominale klassifikatie? | 161 |
Jc. Smit: Q. en Z. in ‘De Familie Kegge’ | 121 |
W.A.P. Smit: Het derde deel der Geschiedenis van de Letterkunde der Nederlanden | 59 |
W.A.P. Smit: Judas en Ruben in Vondel's Joseph in Dothan | 97 |
Chr. Stapelkamp: Opmerkingen bij P.C. Hooft, Geeraerdt van Velsen | 177 |
W.H. Staverman: De bevoegdheid der Nederlandse kritiek | 69 |
W.H. Staverman: Het Vlaamse vraagstuk | 171 |
C.F.P. Stutterheim: Het Nederlandse vers een tijdmaat-vers? | 254 |
H.W. van Tricht: Over de chronologie van Hooft's oudste verzen | 213 |
C.G.N. de Vooys: H.J. Schimmel over Nederlandse dramatische kunst | 25 |
C.G.N. de Vooys: Elckerlyc en Everyman | 115 |
C.G.N. de Vooys: Engelse invloed op het Nederlands | 175 |
C.G.N. de Vooys: De populariteit van Erasmus' lof der zotheid in onze Zeventiende eeuw | 269 |
C.A. Zaalberg: Verwey en het Kluizenaarschap | 119 |
BOEKBEOORDELINGEN.
C.C. de Bruin: Jan van Leeuwen en zijn tractaat: Van vijf manieren broederliker minnen door J.W.N. Delteijk | 84 |
C.B. van Haeringen: Historische Grammatica van het Nederlands door M. Schönfeld | 39 |
C.B. van Haeringen: Terreinverkenningen inzake de dialectgeografie van Drente door J. Naarding | 132 |
G. Kloeke: Inleidende gedagtes oor Dialektstudie door S.A. Louw | 83 |
W. Kramer: Het schoone geheim der poëzie beluisterd en niet ontluisterd door Albert Westerlinck | 37 |
P.J. Meertens: Esbatementen van de Rode Lelije te Brouwershaven door H. Meijling | 185 |
P. Minderaa: P.N. van Eyck door Cl. Bittremieux | 81 |
M. Schönfeld: Zeeuwse Familienamen door Dr P.J. Meertens | 182 |
[pagina IV]
Blz. | |
---|---|
W.A.P. Smit: A.S.C. Wallis door S.J.R. Rameckers | 180 |
W.A.P. Smit: Afrikaanse Literatuurgeskiedenis door Dr G. Dekker - Schets van den ontwikkelingsgang der Zuid-afrikaansche letterkunde door Dr Rob. Antonissen | 224 |
W.A.P. Smit: De Nederlandse poëzie van haar oorsprong tot heden. Deel II: Sinds 1880 door C.J. Kelk | 276 |
C.G.N. de Vooys: Hedendaagsche Dichters: Richard Minne door André Demedts. - Achilles Mussche door Jan Schepers. - Jacobus van Looy en zijn literair werk door M. Augusta Jacobs | 33 |
C.G.N. de Vooys: Grammaire neérlandaise à l'usage des Wallons door M. van Mulders - Chrispeels en J. van Mulders | 83 |
C.G.N. de Vooys: Klank en teken bij Erasmus en ouze oudste grammatici door W.J.H. Caron | 87 |
C.G.N. de Vooys: Dr J.J. Mak, Middeleeuwse Kerstliederen. Melodieën verzorgd door Dr E. Bruning | 134 |
C.G.N. de Vooys: Isaäc da Costa's weg naar het Christendom door Dr Jaap Meijer | 135 |
C.G.N. de Vooys: Magister Nivardus' Isengrimus door Prof. Dr J. van Mierlo S.J. | 136 |
C.G.N. de Vooys: Middeleeuwse Kerstvoorstellingen door Dr J.J. Mak | 183 |
C.G.N. de Vooys: Woordsoorte, Werkwoorde en Tye door Dr Meyer de Villiers | 184 |
C.G.N. de Vooys: Hadewijch: Brieven. Dl. I: Tekst en Commentaar. Dl II: Inleiding door Dr J. van Mierlo S.J. | 227 |
C.G.N. de Vooys: Joost van den Vondel: Leeuwendalers door Anton van Duinkerken | 229 |
C.G.N. de Vooys: Handboek tot de Geschiedenis der Nederlandse Letterkunde van de aanvang tot heden. Eerste deel door Gerard Knuvelde | 279 |
AANKONDIGINGEN EN MEDEDELINGEN.
Nederlandse Spraakkunst. - Verzamelde Taalkundige Opstellen. - Liederen van P.C. Hooft. - Een Nederlandse litteratuurgeschiedenis in het Zweeds. - Nederlands en Duits. - Multatuli's tekort. - 75 jaar Middelbaar Onderwijs 1863-1938. - Grammaire néerlandais à l'usage des Wallons. - Afrikaanse Literatuurgeskiedenis. - Beknopt Afrikaans-Nederlands Woordenboek. - Jantjè Kaas en zijn jongens. - Brugman's Leven van Jesus uit het Middelnederlands overgezet. - Jaarboek der Kon. Nederlandsche Academie. - Inaugurele rede van Anton Reichling. - Verzamelde gedichten van Anthonie Donker | 41 |
Pen en penseel. - Een belangrijke handschriften-catalogus. - Uit de voorgeschiedenis van het beleefde pronomen u. - Ruusbroec's ‘Geestelijke Bruiloft’ in modern Nederlands. - Die Groot Afrikaanse Woordeboek. - De taal der Limburgers. - Verzamelde Opstellen, geschreven door oudleerlingen van Prof. Dr. J.H. Scholte. - Handelingen van de Kon. Commissie voor Toponymie en Dialectologie XXI. - Beatrijs. - Albert Verwey's Jacoba van Beieren. - Apologische Spreekwoorden. - Hij zeit wat! (C.d.V.) | 88 |
Buigingsverschijnselen in het Nederlands. - Verzamelde Opstellen over Taalen Letterkunde. - Taal en Volk van Twente. - Die Vrijstaatse Taalbeweging. - Afrikaanse Skrywers aan die woord. - Jacob van Maerlant: Keurgedichten uit zijn godsdienstige lyriek. - August Vermeylen door Paul de Smaele, Collection nationale. - Bilderdijk, Napoleon en diens dichters. - Ontvangen boeken | 137 |
Bijdragen en Mededelingen der Dialecten-commissie van de Kon. Ned. Akademie. - Kernproblemen van de Nederlandse klassificatie: divergentie van der en haar. - Vondelteksten. - Klassiek Letterkundig Pantheon. - Lezende onder de lamp. - Zon over het leven. - Multatuli-literatuur | 187 |
Album-Baur. - Geesteswetenschappelijk onderzoek in Nederland. - De Zaanstreek. - Adequatie, Ellips en Inwendige Taalvorm. Annale van die Universiteit van Stellenbosch. - De oorsprongen van de Renaissance der litteratuur in Nederland 1875-1900. - Everyman en Elckerlyc. - De Legende van Sint Servaas. - Afrikaans: Hoe om dit maklik te leer praat. - |
[pagina V]
Blz. | |
---|---|
Beknopte Friese spraakkunst. - Vier Middeleeuwse spelen. - Lyriek der Nederlanden. - Geschiedenis van de Letterkunde der Nederlanden. Zevende deel. - Ingekomen boeken en herdrukken. - Het phonologisch quantiteitsbegrip; tijdaspecten van de taal. - Bloemlezing uit Marnix' Psalmen | 230 |
Handelingen van het Zeventiende Vlaamse Filologencongres (Leuven, Sept. 1947). - Middelnederlandse Bloemlezing en Grymmatica. - Den Spyeghel der Salicheyt van Elckerlijc. - Een abel spel ende een edel dinc vanden hertoghe van Bruyswijc Gloriant. - Brabantse persoonsnamen in de dertiende en de veertiende eeuw. - The idea of Holland in Dutch poetry. - Proverbia Communia. - Het volksboek van Ulenspieghel. - Maandblad Groningen. - Taalpanoptikum. - De theorie der literaire genres. - De waardering van het Fries. - Driemaandelijkse Bladen. - Zwervers en Vagebonden (C.d.V.) - Nomina Geographica Neerlandica. (C.B.v.H.) - Vondels wereldbeeld. (W.A.P.S.) | 280 |
BLADVULLINGEN.
Een sonnet van Hooft in Knuttels Bredero-uitgave (W.A.P. Smit) | 8 |
Litteraire grapjes? (G. Stuiveling) | 29 |
Uit de tijdschriften door C.d.V. | 45 |
Notities bij Bredero's ‘Stommen Ridder’ (W.A.P. Smit) | 170 |
Bomschuit - bodemschuit (Judi I.H. Mendels) | 189 |
Bloeibaarheid (G. Stuiveling) | 192 |
Dr Willem Doorenbos (C.G.L. Apeldoorn) | 198 |
Nog eens Bloeibaarheid (L.H.M. Muris) - Bloeibaarheid een goed woord (D. van Unnik) | 205 |
De berg van Gulpen (H.J.E. Endepols) | 215 |
De dubbele negatie in het Maastrichts (C.B.v.H.) | 250 |
‘Karel I’ (C.N. Dubelaar) | 253 |
Cats over de opvoeding van Huygens (W.A.P. Smit) | 275 |
KRONIEK EN KRITIEK.
Synoniemenbeschouwing (C.d.V.) | 223 |
UIT DE TIJDSCHRIFTFN.
Acta linguistica | 240 |
Ad interim | 95, 238 |
Apollo | 237 |
Bezinning | 95, 237 |
Criterium | 47, 94, 141, 238, 286. |
Critisch Bulletin | 45, 93, 140, 285 |
De Gids | 45, 93, 140, 190, 236, 285 |
De Gulden Passer | 47, 287 |
De Vlaamse Gids | 45, 94, 142, 238, 286 |
Dietsche Warande en Belfort | 46, 93, 141, 191, 239, 286 |
Handelingen van de Koninklijke Commissie voor Toponymie en Dialectologie | 48 |
Het Boek van Nu | 94, 141, 190, 237, 285 |
Het Woord | 95, 237 |
It Beaken | 237, 288 |
Katholiek Cultureel Tijdschrift Streven | 141, 190 |
Klaverdrie | 95 |
Kroniek van Kunst en Kultuur | 238 |
Levende Talen | 46, 96, 192, 240 |
Leuvense Bijdragen | 239 |
Lingua | 48 |
Museum | 47, 95, 143, 192, 240, 288 |
Nederlandsch Archief voor Kerkgeschiedenis | 47 |
Neerlandia | 144 |
[pagina VI]
Blz. | |
---|---|
Neophilologus | 143, 192 |
Niederdeutsche Mitteilungen | 144 |
Nieuw Vlaams Tijdschrift | 46, 94, 142, 191, 238, 286 |
Onomastica | 288 |
Ons eie boek | 287 |
Ons eigen Erf | 141, 192 |
Paedagogische Studiën | 144 |
Podium | 95 |
Roeping | 45, 93, 141, 237, 285 |
Standpunte | 47, 96, 143, 240, 287 |
Studia neophilologica | 144 |
Tijdschrift voor Levende Talen | 46, 143, 192, 240 |
Tijdschrift voor Muziekwetenschap | 237 |
Tijdschrift voor Ned. Taal- en Letterkunde | 95, 240, 287 |
Tydskrif vir Wetenskap en Kuns | 143 |
Verslagen en Mededelingen der Kon. Vlaamse Academie | 47, 191 |
Volkskunde | 143, 192, 288 |
Wending | 141 |
Zuid-Afrika | 144 |