April. In de rubriek Bibliographie schrijft F. Bordewijk uitvoerig over S. Vestdijk's roman Rumeiland; M. Nijhoff beoordeelt de opstellen In het midden van Verwey's dichterschap van I.P. de Vooys.
De Nieuwe Gids. April. Lod. van Deyssel vervolgt zijn Gedenkschriften (1893-1901). - M. Beversluis schrijft in zijn ‘Chroniek der Poëzie’ over Volksche poëzie, naar aanleiding van Jelte Dijkstra's Groningse gedichten.
Groot-Nederland. Maart. S.M. Noach stelde een artikel samen Uit de brieven van Frank van der Goes aan Frederik van Eeden. - In de Poëziekroniek bespreekt D.A.M. Binnendijk de XXVIII Sonnetten van N.E.M. Pareau. - Johan van der Woude geeft enige Kritische aantekeningen over proza.
April-Mei. F.W. van Heerikhuizen doet Een poging tot eerherstel van E.J. Potgieter. In de rubriek Nederlandsch Proza bespreekt G. van Eckeren de roman De zevende dag van Leonard Huizinga. - A. Marja geeft Aantekeningen over Poëzie ten opzichte van een vijftal bundels.
Stemmen des Tijds. April-Mei. A. Hallema publiceert Uitgegeven en onuitgegeven brieven van beroemde personen, en een bijdrage met de ondertitel ‘een rondgang door den tuin der historie aan de hand van enkele brieven, die toch wel eens gelezen mogen worden’. Vooraf gaat een beschouwing over ‘het type brief en historische brievenboeken’.
Criterium. April-Mei. In een artikel Het uur der vervulling ovérziet Cola Debrot ‘psychologisch het werk van M. Nijhoff’.
Roeping. Maart. Ferdinand M. de Louvick bespreekt in een artikel Zonder reisgenoot naar het derde land de ontwikkeling van de dichter M. Nijhoff in zijn bundels Vormen en Nieuwe gedichten.
April. In de Kroniek van het Proza beoordeelt Wouter Paap twee romans, beide eerstelingen, nl. De vriendschap van mijn vrienden door J.W. Hofstra, en Vrouw en Vriend van Anna Blaman. - Karel Meeuwesse bespreekt Vijf portretten van Nederlanders van C. Busken Huet, opnieuw uitgegeven door Dr. Staverman. - Dr. L.G.J.V. bespreekt de tweede uitgave van F. de Pillecyn's Hugo Verriest.
Taal en Leven. Maart. Ph. J. Simons publiceert een artikel, getiteld Oude heren over nieuwe Jeugd. Begrijpen en voelen inzake naamval. - G. Royen schrijft, naar aanleiding van zijn publicatie Ongaaf Nederlands, over Recensenten en recensies. - E. Kruisinga