1o. chronologies gerangschikte archivalia, die voor de kennis van het leven gegevens verschaffen; 2o. alle stukken die betrekking hebben op het proces van 1567 en 1568, door verschillende onderzoekers gebruikt, maar nooit volledig gepubliceerd; 3o. een verzameling van nog ongepubliceerde brieven. Deze laatste afdeling is wel de belangrijkste. In het bekende Brievenboek zijn honderd brieven opgenomen. Men wist dat er meer bestaan hebben, maar waande ze verloren, totdat er een afschrift ontdekt werd, dat 57 brieven méér bevatte. Deze, helaas vaak bedorven afschriften vindt men in dit deel met grote zorg afgedrukt. Er zijn o.a. interessante brieven bij, aan H.L. Spieghel (No. 25-29), op grond van een nauwkeurig onderzoek, in hoofdzaak door Bruno Becker gedateerd (zie Bijlage II).
Toegerust met deze kennis omtrent Coornhert en zijn tijd, is deze Russiese geleerde, die zich het Nederlands voortreffelik eigen gemaakt heeft, de aangewezen man om ons een Coornhert-monografie te schenken, zoals deze merkwaardige zestiende-eeuwer ten volle verdient. De voorproefjes die reeds als tijdschriftartikels verschenen, doen ons het beste verwachten.
C.d.V.