Ons Eigen Blad. Junie-Aug. In dit blad verscheen een leerzame reeks artikels van P. Gerlach Royen over De groepering der naamwoorden. Waarschijnlik zal daarvan een vermeerderde herdruk verschijnen.
15 Julie. P. Gerlach Royen publiceert een lezing over Esperanto en Katholicisme, met een warm pleidooi voor deze kunsttaal, die de moedertaal nooit zal kunnen vervangen, maar die als universeel verkeersmiddel als ‘een eis van onze tijd’ te beschouwen is.
Ons Geestelijk Erf. Julie. De Middelnederlandse legenden en exempelen van C.G.N. de Vooys worden besproken door pater D.A. Stracke, die er op wijst hoeveel er op dit gebied nog te doen valt, en door pater J. van Mierlo, die ‘onjuiste opvattingen aangaande de Katholieke leer’ aanwijst.
De Vlaamsche Gids. Okt. Onder de rubriek Boekbeschouwing bespreekt J. Vercoullie o.a. het boek van J. Jacobs: Het Westvlaamsch van de oudste tijden tot heden. Hij maakt bezwaar tegen de titel, die ‘meer belooft dan hij ons kon geven.’ ‘Bijna alles is in de boven de volkstaal staande schrijftaal gesteld, met min of meer gewestelijke eigenaardigheden, te wijten aan onkunde of willekeur. Ze zijn dus niet systematisch, maar toevallig en herhaaldelijk dezelfde. Ze kunnen dus wel dienen om een tekst te localiseeren en om te constateeren wanneer een zekere dialecteigenaardigheid reeds voorkomt, maar ze geven niet voldoende stof om de geschiedenis van een dialect op te maken, zelfs niet als men overvloedig van “inlegkunde” gebruik maakt.’
Dietsche Warande en Belfort. Sept. In deze aflevering, aan P.P. Rubens gewijd, geeft Maurits Sabbe een artikel over Verchristelijkt Humanisme te Antwerpen in Rubens' tijd, om aan te tonen dat Rubens in zijn moederstad niet was ‘een schitterende maar eenzame meteoor’, doch dat hij ‘omringd was van een heir starren.’ Ondanks het oeconomies verval handhaafde ‘een sfeer van wetenschap en literatuur den roem der oude wereldstad.’
Okt. H. Logeman schrijft een uitvoerig artikel, met muzieknotatie, over Oude en Nieuwe Straatroepen.
Vlaamsche Arbeid, afl. 5-6. O. van der Hallen begint een studie over het leven en de betekenis van Tony Bergmann. Dit