Taal en Letteren. Jaargang 9
(1899)– [tijdschrift] Taal en Letteren– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 267]
| |
Uit de praktijk.IV.
| |
[pagina 268]
| |
Maar waarin schuilt dit eigenlijk? Met ‘weven’, ‘spinnen’, enz. duidt men een onderdeel van de bewerking van 't geheel aan; en wel een onderdeel van belang. Maar daarom is de andere uitdrukking noch niet ‘hol’; is ‘de kennis en ontwikkeling in die zoo spreekt en schrijft’ nog niet ‘gering’. 't Geheel mag toch wel aangeduid met ‘maken’? - dat woord is hier juist goed! De andere term geeft het ‘pars pro toto’ aan. Daarom is het een onwaarheid, - jammer genoeg nog veel geloofd, en veel te veel verbreid door slechte boekjes, - dat: ‘wie zegt en schrijft: Het treurspel werd opgevoerd of gespeeld, de diefstal werd gepleegd, de veldslag werd geleverd, de nederlaag werd geleden, de overwinning werd behaald, toont, dat hij gezond verstand en kennis van het taalgebruik heeft, dat hij 't ééne woord van 't andere in 't gebruik weet te onderscheiden, en goed thuis is in zijn moedertaal, beter dan hij, die een treurspel, een diefstal, een nederlaag maar eenvoudig laat plaats hebben, plaats vinden, of plaats grijpen.’Ga naar voetnoot1) Lang niet overal kan dit ‘pars pro toto’ nu gebruikt. Gelukkig daarom: ‘vrij zinledige, voor 't minst onbeduidende woorden en uitdrukkingen van dat slag, hebben van lieverlede in de taal van velen een breede rij van woorden vervangen, welke om afleiding of vorming krachtig zijn van beteekenis en teekenachtig mede, en waarvan ieder Nederlander, wiens taalgevoel eenigszins ontwikkeld is; den zin vat, omdat zij een klaar en helder begripsbeeld voor den geest brengen.’Ga naar voetnoot1) Terecht zegt daarom de bewerker van het taalboek: ‘Het gebruik van holle woorden en uitdrukkingen als de bovengenoemde verdient ten zeerste te worden afgekeurd. Verraadt ten zeerste armoede van taalkennis en van gezond verstand tevens.’ Alleen mag zoo'n plasties ‘pars pro toto gebruikt, als het juist op dàt moment door den schrijver gevoeld, gedacht wordt; als hij 't daar niet ‘missen’ kan; - nooit om z'n idee te ‘kleeden’ of te omhangen met het kleed der nieuwheid.’Ga naar voetnoot1) |
|