Kunstenaar.
Dat Prikker van nature nog dichter bij het realisme staat of bij het impressionisme, dan hemzelf misschien bekend is, bevestigt, dat het symbolisme door echte kunstenaars-naturen, van wie alleen het ware symbolisme te verwachten is, alleen is te bereiken langs den weg der realistiesch-impressionistische gevoeligheid.
Tot het symbolisme komt men niet door theorie en ingespannen arbeid; maar tot het symbolisme komt men door exces van impressionistische gevoeligheid.
Zoo als hij spreekt van het glimmen dcr blaadjes in de Scheveningsche boschjes op een regendag, - zoo zoû een Fransche primitieve-realist ook daarover kunnen spreken.
Zoo als hij in den verrukkelijken brief uit Visé, van zijn wandelen tusschen de mooye kleuren vertelt, zoo zoû misschien een uitmuntend neo-impressionist ook kunnen verhalen.
Waar echter, ook te Visé, de rotsen figuren worden, groote menschen die elkaâr vasthouden om samen de zware blokken te dragen die boven hen zijn, - daar begint iets symbolistiesch te schemeren.
Terwijl de bewering in het laatste gedeelte der verzameling over de heiligheid van alles en ieder-een even als die over het groote geluk dat mag omgaan in kringetjes spuwende baliekluivers, ons in de nabijheid van Emerson- en Millet-sentimenten brengt.
Een der zijden van de diepe beminnelijkheid van de Brieven is dat men de groote aanschouwings-wijzen en sentimenten van onzen tijd er argeloos in ziet ondervonden en als bij verrassing geüit door de heldere instuïtie eener ongeleerde, ongeschoolde, onwetende, maar alles voelende en begrijpende jeugd.
En in mij hebben zij de overtuiging bevestigd, dat er, waar het kunst geldt, nu evenals voorheen, slechts twee elementen bestaan: de bizonder onbevangen en gevoelige mensch en de groote natuur om hem heen.
De groote natuur om hem heen, waarvan hij plotseling merkt, dat hij haar gaat weêrgeven, zonder te weten hoe. Terwijl hem later dan al weder ont-dekt kan worden, in welken stijl het dier groote natuur behaagd heeft zich door hem heen te styleeren.
L. van Deyssel, Over Thorn Prikker,
Twee-maandelijksch Tijdschrift, Maart '98. -