onderwerpen van algemeen belang, moeten door ieder van wien zij gevraagd worden, behoorlijk onderteekend ingediend worden, binnen den tijd en ter plaatse bij de aanvragen te bepalen.
Nalatigheid in de onderteekening wordt gestraft met eene geldboete van tien gulden.
Nalatigheid in de indiening wordt gestraft met eene geldboete van tien gulden, voor elke week verzuim, gedurende de eerste drie weken, met twintig gulden voor de volgende drie weken, en met dertig gulden voor elke week langer verzuim.
Genees- en heelkundigen, vroedmeesters, apothekers, vroedvrouwen en hospitaalhouders, welke langer dan zes weken nalatig blijven, kunnen bovendien gestraft worden met de intrekking van hunne admissie.
De belanghebbenden zijn geregtigd voor de indiening hunner opgaven bewijs te vergen.
En zal deze op de gebruikelijke wijze worden afgekondigd en in het Gouvernementsblad geïnsereerd.
Paramaribo, den 9den December 1856.
C.P. SCHIMPF.
Ter ordonnantie van den Gouverneur,
De Gouvernements-Secretaris,
E.A. van EMDEN.
Gepubliceerd den 10den December 1856.
De Gouvernements-Secretaris,
E.A. van EMDEN.