| |
| |
| |
No. 10. Resolutie van 13 Aug. 1856, no. 993,
houdende afkondiging van 's Konings besluit van 13 Junij 1856, no. 73, waarbij worden vastgesteld algemeene bepalingen, betreffende het verleenen van buitenlandsche verloven aan ambtenaren en officieren van de landmagt in de Nederlandsche West-Indische Bezittingen en ter kuste van Guinea.
De Generaal-Majoor titulair, Gouverneur, der Kolonie Suriname,
Bij missive van Zijne Excellentie den Minister van Kolonien, van 26 Junij d.j., lett. B, no. 5/162, ter uitvoering ontvangen hebbende een afschrift van 's Konings besluit van 13 Junij jl., no. 73, houdende vaststelling van algemeene bepalingen, betreffende het verleenen van buitenlandsche verloven aan ambtenaren en officieren van de landmagt in de Nederlandsche West-Indische Bezittingen en ter kuste van Guinea;
Heeft goedgevonden en verstaan, te bepalen, dat deze resolutie, en als bijlage daarvan, het vermeld Koninklijk besluit, in het Gouvernementsblad zullen worden geïnsereerd.
Paramaribo, den 13den Augustus 1856.
C.P. SCHIMPF.
Ter ordonnantie van den Gouverneur,
De waarn. Gouvernements-Secretaris.
E.A. van EMDEN.
| |
| |
| |
Bijlage, behoorendo tot de Gouvernements-resolutie van 18 Augustus 1856, no. 993.
13 Junij 1856, no. 73.
Wij WILLEM III, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, Groot-Hertog van Luxemburg, enz., enz., enz.
Op het voorstel van Onzen Minister van Kolonien van 5 April 1856, lett. B, no. 7, strekkende om algemeene regels vast te stellen, voor aan ambtenaren en officieren van de landmagt in de Nederlandsche West-Indische Bezittingen en ter kuste van Guinea te verleenen buitenlandsche verloven;
Den Raad van State gehoord, advies van 20 Mei 1856, no. 25;
Gelet op het rapport van Onzen voornoemden Minister van 10 dezer, no. 3 B;
Hebben besloten en besluiten als volgt:
| |
Art. 1.
Geene andere personen in Onze voormelde bezittingen hebben aanspraak op verlof, voor langer dan zes maanden, met behoud van een gedeelte hunner bezoldiging, dan dezulke, aan welke eene acte van aanstelling is uitgereikt, of die in den rang van officier bij de landmagt aldaar dienende zijn.
| |
Art. 2.
Degenen, welke vermeenen op verlof aanspraak te hebben, wenden zich daartoe, bij een met redenen gestaafd verzoek- | |
| |
schrift, tot den Gouverneur der Kolonie, in den loop der maand October van elk jaar. Tusschentijds worden geene verloven aangevraagd dan bij onverwachte en dringende ongesteldheid.
| |
Art. 3.
De verzoeken om verlof worden gerangschikt in drie klassen.
In de eerste klasse worden begrepen de verzoeken van hen, voor wie eene afwezigheid tot herstel van gezondheid dringend noodzakelijk is, - in de tweede klasse zij, die het langst en minstens vijftien jaren, - ter kuste van Guinea acht jaren, - onafgebroken in die gewesten hebben gediend, - en in de derde klasse degenen, die ten minste twaalf jaren, - ter kuste van Guinea vijf jaren, - aldaar hebben doorgebragt, en die kunnen aantoonen dat een verlof om dringende familie-belangen voor hen wenschelijk is.
De ongesteldheid van vrouw en kinderen kan alleen worden aangevoerd door de personen in de tweede en derde klasse begrepen.
| |
Art. 4.
Aan ambtenaren en officieren, aan wie, ter zake van ziekte, het verlof wordt toegestaan, en die mitsdien tot de eerste klasse behooren, worden de verlof-traktementen verleend, aangewezen op de bij dit besluit behoorende tarieven.
Aan de personen, in de tweede klasse gerangschikt, wordt tien ten honderd, en aan die van de derde klasse vijf en twintig ten honderd minder toegelegd.
| |
| |
Voor zoo ver de met verlof gaande ongehuwd is, ondergaan deze traktementen eene verdere vermindering van tien ten honderd.
| |
Art. 5.
De verloven worden voor niet langer dan één jaar, de uiten tehuisreize daaronder begrepen, verleend.
Aan personen, tot de eerste klasse behoorende, wordt door Onzen Minister van Kolonien, daartoe termen zijnde, eene verlenging toegestaan, met behoud van het hun toegelegde verlof-traktement. Aan die in de tweede en derde klasse gerangschikt wordt geene verlenging van verlof verleend, anders dan met stilstand van het verlof-traktement.
| |
Art. 6.
Behoudens het bepaalde bij art. 7 komen de in deze bedoelde verloven niet ten laste van 's lands kas, en worden de betrekkingen der verlofgangers door ter plaatse aanwezige ambtenaren, op den voet door den betrokken gezagvoerenden landvoogd te bepalen, tijdelijk waargenomen.
De bedoelde landvoogden zijn bevoegd de aanvragen om verlof van personen, in de tweede en derde klasse gerangschikt, af te wijzen, wanneer de inwilliging van dezelve zoude strekken ten nadeele van 's lands dienst.
| |
Art. 7.
Voor de personen, die met verlof gaan, op den voet van Ons tegenwoordig besluit bepaald, wordt, des verkiezende, de overtogt bedongen op eenen particulieren bodem, voor
| |
| |
rekening van den lande, zoowel voor hen zelve, als voor hunne vrouwen en kinderen; - zij zijn gehouden zelve in hunne voeding te voorzien, en om de terugreis naar hunne standplaats te doen op eigene kosten, met uitzondering van de officieren beneden den rang van Majoor, en van de burgerlijke ambtenaren, wier laatste activiteits-traktement minder dan f 3000 's jaars bedroeg, welke, van verlof terugkeerende, dezelfde tegemoetkoming zullen genieten als op de reis naar Europa.
Onze Minister van Kolonien is met de uitvoering dezes belast, waarvan afschrift zal worden gezonden aan den Raad van State.
's Gravenhage, den 13den Junij 1856.
(get.) WILLEM.
De Minister van Kolonien,
(get.) P. MIJER.
Accordeert met deszelfs origineel,
De fd. Secretaris-Generaal bij het Ministerie van Kolonien,
(get.) G.S. de VEER, L.S G.
Voor eensluidend afschrift,
De fd. Secretaris-Generaal,
(get.) G.S. de VEER, L.S.G.
| |
| |
Schaal van verlof-traktementen voor civiele ambtenaren en officieren van de landmagt in de Nederlandsche West-Indische bezittingen, aan welke verlof wordt verleend tot herstel van gezondheid.
|
Traktement 's jaars. |
Verlof-traktement 's jaars. |
Traktement 's jaars. |
Verlof-traktement 's jaars. |
f 500 |
f 400 |
f 2500 |
f 1600 |
f 1000 |
f 800 |
f 3000 |
f 1800 |
f 1500 |
f 1200 |
f 3500 |
f 1900 |
f 2000 |
f 1400 |
f 4000 en daarboven. |
de helft. |
Voor eensluidend afschrift,
De waarn. Gouvernements-Secretaris,
E.A. van EMDEN.
|
|