| |
| |
| |
Korte Surinaamsche kronijk,
van het jaar 1773 tot 1790.
| |
| |
Korte Surinaamsche kronijk.
1773. Omtrent dien tijd werd het Korps Koloniale Guides, sterk 300 hoofden, uit de sterkste en jeugdige Plantaadje-Slaven zamengesteld.
1773. De Kolonel Fourgeoud komt in deze Kolonie met eene krijgsmagt van 500 manschappen uit het Vaderland aan, ten einde aan de gewelddadigste verwoestingen van de Boschnegers, door het afloopen en verbranden van vele Plantaadjes, paal en perk te stellen.
1773. De Plantaadjes De Zuinigheid, Pérou en De Hoop werden door de Boschnegers of Muitelingen afgeloopen en in brand gestoken.
1773. De Kolonel Fourgeoud maakt zich, bij zijne onafgebrokene boschtogten, meester van de dorpen der Muitelingen, van welke de Mulat Bonny het Opperhoofd was; de Muitelingen werden uit dit kamp verdreven, en al hunne woningen, met de uitgestrekte velden, rijpe en in bloei staande rijst, enz. verwoest.
1773. Van eene andere bende der Muitelin- | |
| |
gen, van welke de Neger Baron het Opperhoofd was, werden eenige gevangen genomen of doodgeschoten.
1774. Het steenen gebouw bij het Gouvernementsplein, thans dienende voor het Hof van Civile en Criminele Justitie, werd in dit jaar aangekocht, tot het houden der Zittingen van het toenmalige Hof van Civile Justitie, van het Kollegie van Kommissarissen van Kleine, vacerende over Groote Zaken, en andere Kollegiën. - Tot dezen tijd moest het laatstgemelde Hof in een der vertrekken van het Hof van Policie en Criminele Justitie, en, bij eene gelijktijdige Zitting van beide de Hoven, in de bovenzaal van dit steenen gebouw, op het Kerkplein, welke zaal voor de Gereformeerde kerk diende, deszelfs Vergaderingen houden.
1774. De Plantaadjes Kortenduur, Marseille, en verscheidene andere, in de Perica en Casiwinica gelegen, werden dit jaar door de Boschnegers of Muitelingen aangetast; de boschtogten werden door den Kolonel Fourgeoud onafgebroken voortgezet, bij welke de Muitelingen telkens uit hunne nieuwe kampen verjaagd, en eenige gevangen genomen of doodgeschoten werden.
1774. In dit jaar werd het plan gevormd, om een Kordon of eene linie van defensie te trekken, tot afwering van de Boschnegers of Muitelingen; welk plan door de Heeren Staten-Generaal werd goedgekeurd.
1774. Den 10den Augustus werd de eerste Suri- | |
| |
naamsche Courant uitgegeven door Mr. W.J. Beeldsnyder Matroos.
1774. Den 2den November is bij Braamspunt op de Modderbark blijven zitten een cachelot; deze visch was 48 voet lang, houdende van den neus tot de oogen 12 voet, en op de zijde liggende 7½ voet Rijnl. hoogte.
1775. Den 10den Januarij kwam een nieuw transport van 240 manschappen, onder bevel van den Kolonel Seybourg, ter versterking van de krijgsmagt van den Kolonel Fourgeoud, aan.
1775. Den 17den Februarij werd een tweede transport van 240, uit Holland aangekomene, militairen met de krijgsmagt van den Kolonel Fourgeoud vereenigd.
1775. De boschtogten werden dit jaar door den Kolonel Fourgeoud, na de bekomene versterking, voortgezet; onderscheidene nieuwe kampen of dorpen van de Muitelingen, als de kampen Gado Saby en Boussy Gray, van welke de Mulat Bonny het Opperhoofd was, werden bij die boschpatrouilles ontdekt en vernield, en de Muitelingen uit dezelve verdreven.
1775. Den 2den September werden de Plantaadjes Schoonauwen en Altona, in Perica, en
1775, den 5den December, de Plantaadje Killenstein-Nova, in de Casiwinica, afgeloopen en geplunderd.
1775. Gedurende dit jaar arriveerden op de reede van Paramaribo 54 schepen, waaronder 10 Slavenhalers, medebrengende 2356 Negerslaven, en zeilden van hier uit naar het Vaderland 63 schepen, bui- | |
| |
ten de Slavenhalers, welke schepen gezamenlijk, hebben ingeladen circum circa 18 millioen ponden koffij, 15 millioen 200,000 ponden suiker, 600 ponden cacao en 150,000 ponden katoen, zonder de mindere produkten, beloopende te zamen aan te huisvracht eene somme van f1,416,250.
1775. De eerste Hollandsche Schouwburg opgerigt.
1776. In het begin van dit jaar werden twee Kompagniën vrijwilligers uit Mulatten en vrije Negers aangeworven, aan welke door den Gouverneur een eigen vaandel werd uitgereikt.
1776. In dit jaar is het Genootschap der Nimrods gesticht. Hetzelve bestond, bij de oprigting, uit 14 Leden, en hield op den 27sten April deszelfs eerste Vergadering, wanneer tot Grootmeester en President werd benoemd de Nimrod Jan Nepveu, en tot Fiskaal, Secretaris en Thesaurier de Nimrod Mr. W.J. Beeldsnyder Matroos.
1776, den 21sten Mei. Op dezen dag heeft de vrije Neger Kwassie, die zich, door gedane diensten tegen de Boschnegers, had verdienstelijk gemaakt, in eene particuliere Audientie, zijne opwachting gemaakt bij Z.D.H. den Heere Prinse Erfstadhouder.
1776. Den 6den December kwam een transport van 350 krijgslieden uit Holland aan. Met deze nieuwe versterking werd door den Kolonel Fourgeoud een boschtogt naar de Rivier Marowijne, werwaarts de Muitelingen gevlugt waren, ondernomen, met het gevolg, dat hunne nieuwe dorpen werden ver- | |
| |
nield, en zij, door hunnen overtogt van deze Rivier, op het Fransche grondgebied van Cayenne verdere vervolgingen trachtten te ontkomen.
1777. Den 1sten April scheepte de Kolonel Fourgeoud zich met zijne overgeblevene krijgslieden naar Holland in. Veelvuldig zijn de twisten en onaangenaamheden, welke tusschen dien Opperbevelhebber en den Gouverneur-Generaal Jan Nepveu hebben plaats gevonden.
1779. Den 27sten Februarij overleed de Gouverneur- Generaal Jan Nepveu, welke van den jare 1734 in onderscheidene posten in deze Kolonie is geplaatst geweest. In Augustus, 1756, aanvaardde hij, bij het overlijden van den Gouverneur-Generaal Pieter Albregt van der Meer, provisioneel het Gouvernement, tot den 2den Maart, 1757, wanneer Mr. Wigbold Crommelin, tot effectiven Gouverneur aangesteld, en in deze Kolonie aangekomen zijnde, het Gouvernement van hem overnam; den 27sten October, 1769, volgde de Heer J. Nepveu den voornoemden Gouverneur-Generaal weder in deze hooge waardigheid op.
1779. Na het overlijden van den Gouverneur-Generaal Jan Nepveu, werd de Heer Bernard Texier eerst provisioneel, en daarna tot effectiven Gouverneur-Generaal aangesteld.
1780. Werd, door de zorg van den Gouverneur-Generaal B. Texier, en van den Raad-Fiskaal Mr. J.G. Wichers, een Kollegie voor de beoefening van de Natuurlijke Historie opgerigt.
| |
| |
1780. De Moravische Zendelingen stichten in deze Kolonie hunne Broedergemeente.
1782, ultimo December. Het Collegium Medicum opgerigt.
1783. Den 25sten September aanvaardde, bij het overlijden van den Gouverneur B. Texier, Mr. Wolfert Jacob Beeldsnyder Matroos, uit hoofde van het vertrek van den Eersten Fiskaal Mr. Jan Gerhard Wichers naar Holland, provisioneel het Gouvernement.
1784. Den 22sten December werden twee zware schokken van aardbeving gevoeld, welke echter geene schade in deze Volkplanting hebben veroorzaakt.
1784. Den 23sten December nam de laatstgemelde, met eene aanstelling van Gouverneur-Generaal uit Holland aangekomen zijnde, het Gouvernement van Mr. W.J. Beeldsnyder Matroos over.
1785. Het Letterkundig Genootschap, onder de zinspreuk: Docendo Docemur, werd in het begin van dit jaar opgerigt.
1785. Den 12den October werd het honderdjarig Jubelfeest der stichting van de Synagoge der Portugesche Joden, op de Joden-Savanah, met de meeste plegtigheid gevierd. De afbeelding van deze Synagoge komt voor op het plaatje van de Joden-Savanah, hetwelk dit Jaarboekje, door de welwillendheid van het geachte Lid dezes Departements, den Heer N. Box, versiert.
1785. Den 10den November kwam binnen de Rivier Suriname een éénmastvaartuig, bemand met slechts
| |
| |
éénen man, genaamd J. Schakfort, komende met eene lading krijt van Londen, laatstelijk van L'Orient, van waar hij den 6den Julij was vertrokken.
1786. Het Leesgenootschap: De Surinaamsche Lettervrienden, opgerigt.
1786. De Vrijmetselaars-Loge De Standvastigheid ingewijd.
1786. Sedert tien jaar, van het jaar 1776 af, heeft de Kolonie, het eene jaar door het andere gerekend, jaarlijks opgeleverd zestien duizend vaten suiker van duizend pond, twaalf millioen ponden koffij, zesmaal honderd duizend ponden cacao en zevenmaal honderd vijftig duizend ponden katoen.
1787. Werd de eerste openbare Misse en Inwijdingsrede, in de nieuwe Roomsch-Katholijke kerk, op eene plegtige wijze gehouden.
1788. Werd de Kuratele Kamer alhier aan Paramaribo opgerigt, ingevolge de Instructie en Ordonnantie van den 30sten Julij dezes jaars.
1790, den 15den Junij. De Gouverneur-Generaal Mr. J.G. Wichers met verlof naar het Vaderland vertrokken zijnde, is als Gouverneur-Generaal, a.i., opgetreden de Heer J.F. de Friderici.
|
|