| |
| |
| |
Publicatie.
Houdende Bepalingen omtrent het Regterlijk Domicilie der Ingezetenen van Suriname.
DE GOUVERNEUR-GENERAAL IN RADE.
Allen, die deze zullen zien, of hooren lezen, Salut! doet te weten:
Het in het belang der Justitie achtende, eenige Wettelijke Bepalingen daar te stellen omtrent het Regterlijk Domicilie der Ingezetenen van de Kolonie Suriname.
Zoo is het, dat Wij hebben goedgevonden en verstaan te arresteren, hetgene volgt:
| |
Art. 1.
De Ingezetenen van Paramaribo en de daartoe behoorende buurten zullen geacht worden, hun Regterlijk Domicilie te hebben te hunner persoonlijke bekende woonstede aldaar.
| |
Art. 2.
Ingevalle van onzekerheid, twijfel of verschil, welke de persoonlijke woonstede zij van eenig aan Para- | |
| |
maribo en de daartoe behoorende buurten woonachtig Ingezeten, zal daarvoor gehouden worden het huis of de woning, welke als zoodanig voorkomt in het Register der Wijkmeesters, die, op het verzoek der Ambtenaren, met het beteekenen van geregtelijke exploicten belast, daarvan een kosteloos Certificaat zullen afgeven.
| |
Art. 3.
Al degenen, die, buiten Paramaribo, in de buiten-Divisiën of Districten (de Districten Opper- en Neder-Nickerie daaronder begrepen) woonachtig zijn, zullen verpligt en gehouden zijn, om, op de wijze, voorgeschreven bij Art. 51 van de Publicatie, houdende Reglement op het uitoefenen van de Notariële Praktijk door Gezworen Klerken in de Kolonie Suriname (Gouvernements-Blad van 1828, No. 21), een Regterlijk Domicilie aan Paramaribo te kiezen, waarvan echter, zoomin, als van de veranderingen in hetzelve, geene afzonderlijke akten zullen behoeven te worden opgemaakt, maar waarvan door eene bloote aanteekening op het daarvan voorhanden zijnde Register, zoo door dengenen, die Domicilium kiest, als door den Gezworen Klerk te onderteekenen, slechts zal behoeven te blijken; voor hoedanige aanteekening men aan den Gezworen Klerk niet meer zal verschuldigd zijn dan de som van één' Gulden; terwijl degenen, die afzonderlijke akten daarvan wenschen te hebben opgemaakt, daarvoor zullen betalen, als bepaald is bij het bestaande Tarief van Leges voor de Gezworen Klerken.
| |
| |
| |
Art. 4.
Eene getrouwde vrouw zal geacht worden geen ander Regterlijk Domicilie te hebben dan dat van haren man.
| |
Art. 5.
Een minderjarige zal geacht worden hetzelfde Regterlijk Domicilie te hebben als zijn vader, moeder of voogd, of, bij afwezigheid derzelve uit de Kolonie, hetzelfde als dat van den gemagtigde, welke deszelfs vader, moeder of voogd in de Kolonie mogt representeren.
Deszelfs vader, moeder of voogd niet in de Kolonie Suriname woonachtig zijnde, noch in dezelve door iemand vertegenwoordigd wordende, zal voor deszelfs Regterlijk Domicilie worden gehouden dat van dengenen, te wiens woonstede hij actueel zijn verblijf houdt.
| |
Art. 6.
Een meerderjarige, die onder Kuratele is gesteld, zal geacht worden hetzelfde Regterlijk Domicilie te hebben als zijn Kurator.
| |
Art. 7.
Slaven worden geacht hetzelfde Regterlijk Domicilium te hebben als hun Meester of Eigenaar, of wel van dengenen, die hunnen Meester vertegenwoordigt.
| |
Art. 8.
De Ambtenaren, welke met het beteekenen van geregtelijke exploicten zijn belast, zullen van het ten Kantore der Gezworen Klerken te Paramaribo
| |
| |
bestaande Register van gekozen Domicilium Citandi et Executandi, gedurende de gewone kantoor-uren, visie mogen nemen, ten einde zich met het Regterlijk Domicilie der buiten Paramaribo en deszelfs omtrek woonachtige personen bekend te maken.
| |
Art. 9.
Wanneer, noch uit de Registers der Wijkmeesters, noch uit dat van de Gezworen Klerken, van het Domicilium der personen, aan wie eenig geregtelijk exploict zoude moeten worden beteekend, zoude mogen blijken, zullen de daarmede belaste Ambtenaren de beteekenis moeten verrigten aan het Parket van den Procureur-Generaal; hoedanige significatie dezelfde Regterlijke gevolgen zal hebben, alsof dezelve werkelijk aan het Regterlijk Domicilie van den persoon, tot wien het exploict gerigt was, ware beteekend geworden.
| |
Art. 10.
Voor Ingezetenen der Kolonie Suriname zullen, wat het onderhavige onderwerp aangaat, gehouden worden al degenen, die in dezelve geboren zijn, of aldaar later zijn aangekomen, en van wier overlijden of vertrek uit de Kolonie niet Wettelijk consteert; alsmede die, welke, ofschoon nimmer in de Kolonie geweest, of wel daaruit vertrokken zijnde, niettemin eenen gemagtigde bij Notariële akte benoemd hebben, ten einde hunne belangen in de Kolonie waar te nemen; het Regterlijk Domicilie van welke laatste hetzelfde zal zijn als dat van hunne gemagtigden.
| |
| |
| |
Art. 11.
De tegenwoordige Publicatie zal kracht van Wet sorteren met den eersten Julij des tegenwoordigen jaars 1831.
En opdat niemand hiervan eenige onwetendheid voorwende, zal deze op de gebruikelijke wijze worden gepubliceerd, en in het Gouvernements-Blad geïnsereerd.
Aldus gearresteerd in de Raadsvergadering, gehouden alhier aan Paramaribo, den 22sten Februarij, 1831, het achttiende jaar van Zijner Majesteits Regering.
CANTZ'LAAR.
Ter Ordonnantie van den Gouverneur-Generaal in Rade,
De Algemeene Secretaris,
G.A. van der MEE.
Gepubliceerd aan Paramaribo, den 26sten Februarij, daaraanvolgende.
De Algemeene Secretaris,
G.A. van der MEE. |
|