Zesde hoofdstuk.
Zomenstelling van de Regtbank van kleine Zaken, in de onderscheidene Westindische Bezittingen.
Eerste afdeeling.
Te Suriname.
Art. 107.
De Regtbank van kleine Zaken aldaar zal bestaan uit een' President, twee Leden, die, zoo min als de President, te gelijk Leden van het Hof van Civiele en Crimineele Justitie zullen zijn, een' Griffier, vier Assessoren en twee Deurwaarders.
[pagina 195]
[p. 195]
Art. 108.
De President en de Leden maken alleen de Regtbank uit; de Assessoren zijn benoemd ter plaatsvervanging, ingeval van ziekte of wettige verhindering van den President of een der Leden, en ook, om aan de bepaling van Art. 8 te voldoen.
Indien de President niet tegenwoordig is, zal het oudste Lid voor hem optreden, en zoo vervolgens.
Art. 109.
Indien de Griffier afwezend is, of verhinderd wordt, om zijne ambtsverrigtingen waar te nemen, wordt hij voorloopig vervangen door zoodanig persoon, als de President daartoe benoemen zal.
Art. 110.
De President zal den ouderdom van 25 jaren moeten bereikt hebben, en meester in de regten zijn. - Hij zal met f 8000 's jaars gesalariëerd worden.
Art. 111.
De beide Leden zullen uit de meest geachte ingezetenen worden gekozen, en bij voorkeur uit meesters in de Regten; zij zullen een traktement van f 2,500 jaarlijks genieten.
Art. 112.
De Griffier zal een vast tractement van f 3,500 genieten, zonder leges of emolumenten.
Art. 113.
De Deurwaarders zullen door de leges, bij de wet bepaald, betaald worden.
[pagina 196]
[p. 196]
Tweede afdeeling.
Voor de eilanden.
Art. 114.
Er zal ééne Regtbank van kleine Zaken bestaan voor Curaçao en onderhoorigheden; ééne voor St. Eustatius en Saba, en ééne voor St. Martin.
Art. 115.
De Regtbanken van kleine Zaken in de bevorens genoemde Koloniën zullen zamengesteld worden op zoodanige wijze, als bij de Reglementen op het beleid der Regering, het Justitiewezen, enz. voor elk derzelve, in het bijzonder bepaald is.
Auteursrechtvrij