Streven. Jaargang 12
(1958-1959)– [tijdschrift] Streven [1947-1978]– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 40]
| |
De juridische neutraliteit van LibanonSINDS enige maanden begint de idee van de neutraliteit van Libanon meer en meer veld te winnen. De geweldige schok, welke Libanon heeft doorstaan en de vrees voor een nieuwe aanval op zijn onafhankelijkheid, wanneer de Amerikaanse troepen vertrekken, doen Libanon uitzien naar een blijvende neutraliteit, welke te verkiezen is boven de aanwezigheid der Uno-troepen op zijn grondgebied. De grote promotor in Libanon van deze richting is Charles Hélou, vertegenwoordiger van ‘de derde macht’, doch tegelijkertijd werd dit plan eind juli naar voren gebracht door Frankrijk, Engeland, Canada en Amerika om het ook op de algemene Assemblée te verdedigen. De neutraliteit immers wordt niet alleen beschouwd als een waarborg voor de toekomst van Libanon, maar ook wellicht als de enige gezonde oplossing voor de crisis, daar hier, meer dan in een ander land, de evenwichtige binnenlandse politiek de stabiliteit van de buitenlandse politiek bepaalt. | |
NeutraliteitDe blijvende of juridische neutraliteit is een overeenkomst tussen verschillende staten waardoor de een verschillende voorwaarden aanneemt op militair gebied, en de anderen beloven zijn onafhankelijkheid niet aan te vallen of zelfs met hun legers te beschermen. De neutraliteit legt natuurlijk beperkingen op wat de internationale betrekkingen betreft b.v. geen oorlogsverklaring, geen tussenkomst tussen oorlogvoerenden, geen militaire verdragen of het afstaan van militaire bases, enz.: van de andere kant onttrekt zij het land aan de willekeur en schommelingen van een regering, terwijl zij het volkomen vrij laat in zijn binnenlandse en buitenlandse politiek, in zijn staatsopvatting en ideologie, alsook in zijn medewerking met andere regionale en internationale organisaties op politiek, economisch en sociaal gebied. Daarom verklaarde Leopold Figl deze maand bij gelegenheid van een politiek-seminarie te Salzburg, dat de neutraliteitspolitiek van Oostenrijk geenszins de toepassing is van een kleurloze politiek (neutralisme). ‘Wij hebben nooit twijfel laten bestaan omtrent onze keuze voor de vrije wereld wat betreft de ideologie’. Ongeveer terzelfder tijd verwierp Zwitserland krachtig de Russische beschuldiging, welke beweerde dat Zwitserland zijn neutraliteit geschonden had omdat het van plan was atoomwapens aan te schaffen. De neutraliteit wordt soms uitgelokt of opgelegd wegens de belangen der anderen b.v. in België; soms alleen aangenomen daar het voordelig is voor de anderen of wegens het welzijn der inwoners zelf; zo werd de neutraliteit van Zwitserland door de Volkerenbond in 1920 aangenomen om een einde te maken aan de nationalistische strekkingen van het land. De geschiedenis leert echter dat de neutraliteit duurt, zolang de grootmogendheden er voordeel bij hebben. Het statuut van de juridische neutraliteit verschilt voor elk land in het bijzonder. De neutraliteit van België vóór 1914 was verschillend van die van Zwitser- | |
[pagina 41]
| |
land, welke helemaal niet lijkt op de neutraliteit van Oostenrijk. Zij ontwikkelt zich dus altijd in een bepaald kader, niet als een gelegenheidsoplossing maar als een behoefte, welke voortkomt uit de natuur zelf van een land, dat willekeurig is samengesteld, doch bewezen heeft te kunnen bestaan. Libanon moet dus een neutraliteit scheppen in zijn eigen kader. | |
De neutraliteit van LibanonNa eerst onder Frans mandaat (1918-1941) te hebben gestaan, werd het willekeurig samengesteld Libanon op 8 juni 1941 een onafhankelijke staat. Zonder grote schokken, behalve de laatste crisis, heeft Libanon niet alleen stand gehouden, maar zelfs een belangrijke politieke rol gespeeld. Libanon vormt een sterk contrast met de rest van het Midden-Oosten: het lijkt niet op de staten welke het omringen, het reageert steeds anders dan zij. De Libanezen noemen zich Arabieren, spreken Arabisch, maken deel uit van de Arabische Liga, doch hebben nog geen 5% Arabisch bloed in hun aderen. De geografische ligging van Libanon, de verscheidenheid van zijn bevolking, zijn synthetisch karakter op cultureel en godsdienstig gebied, zijn uitgebreide transito-handel op economisch terrein, dit alles eist een strikte neutraliteit, welke vrede en welvaart kan verzekeren. Het probleem der neutraliteit stelt zich daarom heel anders voor Jordanië en Israël; deze landen vragen een neutraliteit of garanties uit zuiver politieke belangen. Libanon door zijn bergen en door de woestijn afgescheiden van de Arabische volkeren, is steeds als een open haven naar het westen gekeerd. In zijn laatste redevoering van de Uno (19 augustus) heeft Charles Malek dit probleem zeer duidelijk gesteld. Libanon is in de loop der geschiedenis steeds een onderscheiden eenheid in het Midden-Oosten geweest. Libanon bevindt zich nu tegenover een Arabische beweging, welke deze eenheid zou kunnen bedreigen. Terecht of ten onrechte, deze vrees bestaat, het is een feit. Libanon, dat in de vóórlinie aan de Arabische beweging heeft meegewerkt en verlangt met zijn buren steeds samen te werken, wil de zekerheid hebben dat zijn onafhankelijkheid door de Arabieren zelf als een noodzakelijkheid wordt erkend, daar deze onafhankelijkheid de getuigenis is van de mogelijkheid van een symbiose der verschillende communiteiten. | |
VoordelenHiermee raken wij aan de eventuele voordelen van deze neutraliteit. Ofschoon Libanon steeds neutraal is geweest - het nam zelfs geen deel aan het pact van Bagdad of andere militaire verdragen - wordt de keuze tussen Oost en West, tussen onafhankelijkheid en Arabische eenheidsbeweging steeds moeilijker. Van de andere kant heeft Libanon buitenlandse hulp nodig, hetgeen gemakkelijk verplichtingen schept. De neutraliteit is een middel om een eind te maken aan allerlei buitenlandse invloeden, welke in Libanon nog zeer talrijk zijn: ik denk hier b.v. aan de verkiezing van Chamoun, aan de algemene verkiezingen, aan het feit dat in Beiroet alleen 40 dagbladen bestaan met de modernste machines, en waarvan sommige slechts een paar honderd abonnees hebben. In 1953 werd aan Joumblatt 1 miljoen L.L. door het buitenland aangeboden, wanneer hij zijn campagne tegen de militaire verdragen zou staken, enz. De neutraliteit, welke Libanon meer onafhankelijk zou maken, geeft niet alleen materiële voordelen in die zin dat men van alle landen hulp kan ontvangen zonder hun politieke strekking te moeten volgen, maar stelt Libanon in staat wederom zijn rol van bemid- | |
[pagina 42]
| |
delaar in het Midden-Oosten te vervullen, vooral daar geen enkel land deze rol nu vervult om de spanning te verminderen. De neutraliteit verzekert in hoge mate de rust van het land: een stevige binnenlandse en buitenlandse structuur is beter dan een herhaaldelijk beroep op de Uno. In betrekking tot de andere Arabische staten is de neutraliteit van Libanon een belangrijke bijdrage voor de politieke stabiliteit in het Midden-Oosten. Libanon verliest daardoor geenszins zijn Arabisch karakter. Het kan zijn betrekkingen handhaven met de Arabische Liga, alleen behoeft het niet deel te nemen aan de militaire sancties door de Liga opgelegd. Het moet alleen verzaken aan het interarabisch veiligheidspact, doch deze liga is meer een gedachtenis dan een toekomst. De huidige crisis heeft voldoende bewezen dat de gebeurtenissen in Libanon onmiddellijk een internationale weerslag hebben: Libanon is dus een grote factor voor de rust in het Midden-Oosten. De gebeurtenissen in Irak hebben een andere reactie gehad: daarom is het nodig dat Libanon bestendig in zijn voegen blijft. De neutraliteit van Libanon werd druk besproken in de Assemblée (augustus 1958). Couve de Murville sprak van een ‘consécration internationale du Liban’, d.i. de internationale erkenning van de onderscheiden eenheid van Libanon. In de Libanese pers werd de nadruk gelegd op het feit dat deze neutraliteit niet opgelegd moet worden: zij moet groeien en rijpen uit de structuur van Libanon om goed gekeurd te worden door een referendum in overleg met de Arabische buren. Doch reeds het perspectief van deze mogelijkheid en de gezamenlijke bezinning op deze wending in de geschiedenis van Libanon is een onmiddellijke bijdrage voor de oplossing van de crisis. De grondoorzaak dat er geen compromis gesloten kan worden tussen de partijen ligt hoofdzakelijk in het feit dat beide kampen onzeker zijn over de toekomstige richting van Libanon temidden van de huidige conflicten. De christenen zijn bang dat Libanon, het bolwerk der christenheid in het Midden-Oosten, meegesleurd wordt door het Arabisch-Mohammedaans nationalisme: de moslims vrezen dat Libanon zich te zeer aan het Westen hecht om het Arabisch nationalisme te onderdrukken. De neutraliteit als verbetering van het pact van 1943 kan deze vrees wegnemen: reeds nu kunnen alle communiteiten meewerken aan de uitwerking en verwezenlijking van dit statuut, dat een trefpunt van vrede en orde kan worden. | |
VoorwaardenWij komen nu aan een delicaat punt: de noodzakelijke voorwaarden voor de verwezenlijking van dit plan. Het plan draagt zeker de goedkeuring weg van de meeste landen: het past ook in het voorstel van Eisenhower en zelfs in dat van de zeven landen (het voorstel van Zweden): de oprichting van een machtig Uno-leger en een internationale organisatie voor economische hulp zijn twee voorname factoren. Doch het heil van Libanon komt niet van de Uno of van buiten. De onderscheiden eenheid van Libanon, zelfs juridisch erkend, heeft geen grondslag, wanneer zij niet steunt op de inwendige eenheid, op de confessionele samenwerking van alle Libanezen. Eerst moet men plechtig deze onderlinge eenheid hernieuwen. Vervolgens rusten de bevestiging en de verdediging van de onafhankelijkheid op het land zelf. De neutraliteit eist een sterk en goed georganiseerd land. Wij betwijfelen of Libanon rijp is de grote verantwoordelijkheid van de neutraliteit op zich te kunnen nemen: het zal de inwendige struc- | |
[pagina 43]
| |
tuur van de staatsinrichting sterk moeten veranderen, door een strengere tucht en meer rationeel beheer van zijn rijkdommen zich zelf meer moeten bedruipen, de algemene dienstplicht moeten invoeren, enz. Dit alles vraagt een betere organisatie en regering in Libanon. Vandaar wellicht het voorzichtig antwoord van president Chamoun in zijn persconferentie van 18 augustus: ‘De neutraliteit kan in overweging genomen worden’. De president ziet eerder het heil in een statuut, dat volledig de onafhankelijkheid van Libanon garandeert. | |
TegenstandersDe grote meerderheid van het Libanese volk, vooral de christenen, ondersteunt dit plan. Rusland is natuurlijk tegen een status quo in het Midden-Oosten, daar elke revolutie voor hen voordelig is geweest. De V.A.R. en de Libanese oppositie varen natuurlijk in het zelfde zog. De oppositie, welke een aansluiting zoekt met Nasser, is natuurlijk gekant tegen de neutraliteit: zij wil niet afgesloten worden van de Arabische beweging, er zijn verschillende Arabische landen, er is slechts één Arabische natie. Voor El Telegraphe betekent de neutraliteit de afsluiting van Libanon van de andere Arabische volkeren en vrede met Israël. Sommigen menen dat het pact van 1943 voldoende is, doch zij zien niet dat de oppositie juist dit pact ongedaan wil maken, trouwens het biedt ook geen internationale garanties. Raymond Edde is voor een niet-aanvalspact, doch dit is in de huidige crisis niet voldoende: hij beweert ook dat Libanon niet neutraal kan zijn wegens de pipe-lines, welke olie aan het Westen geven. De oppositie heeft willen verhinderen dat Charles Malek naar New York vertrok, zij heeft zelfs zijn afvaardiging ontkend. Zij heeft ook geprobeerd haar eigen afgevaardigden naar de Uno te sturen om Malek tegen te werken, maar de regering heeft hen de visa's geweigerd. Volgens de getuigenis van Pierre Gemayel is de patriarch der Maronieten voor de neutraliteit, daar alle Libanezen het eens zijn over het pact van 1943. Doch hij wil niet dat de neutraliteit wordt opgelegd. | |
Plotselinge wendingHet plan van de neutralisatie van Libanon schijnt voorlopig verdaagd te zijn door het voorstel van de Arabische landen op de Assemblée. Het voorstel is niets anders dan artikel 8 van de Arabische Liga, dat de Arabische landen verplicht zijn zich niet te mengen in de binnenlandse aangelegenheden van de andere en hun bestaande regeringsvorm en de onafhankelijkheid te eerbiedigen. Dit voorstel, dat unaniem door de Uno is aangenomen, was een gelukkige oplossing. Het feit dat de Arabische landen zelf een beslissing hadden genomen, is reeds van grote waarde. Vandaar dat 21 augustus een historische dag is voor de Arabische diplomatie. Een voorstel is natuurlijk nog geen oplossing, vooral daar de problemen hier gevaarlijk blijven, maar er is een uitzicht gekomen. Wanneer artikel 8 daadwerkelijk wordt toegepast met bijzondere waarborgen voor Libanon en Jordanië, in samenwerking met het voorstel van Eisenhower en dat van de zeven, dan heeft Libanon voldoende garanties voor zijn onafhankelijkheid. Deze garanties, wanneer zij oprecht gehouden worden, zijn voorlopig voor Libanon beter dan een juridische neutraliteit, waarop het nog niet is voorbereid. Alleen moet Libanon zelf nu zo spoedig mogelijk zijn inwendige eenheid herstellen om mee te kunnen werken aan het herstel van het Arabisch evenwicht in het kader van de Arabische Liga, welke plotseling herrezen is. |
|