'de gemeentelijke en provinciale Financiën.'
Het Parlement neemt aldus de verantwoordelijkheid op van een wetgeving die doorgaans, in feite, door de administratie en de regering wordt vastgelegd. We kennen thans een regime van gecamoufleerde volmachten waarbij het Parlement elke dag iets van zijn gezag inboet.
Omwille van de sinds de bevrijding steeds toenemende onverdraagzaamheid, waarin een vrije discussie telkens tot spanning en breuk zou leiden, zijn Parlement en regering die weg opgegaan. Wegens de daling van het intellectueel peil en dienvolgens van de tamheid van de nationale vertegenwoordiging, gaan Parlement en regering ongehinderd op die weg voort.
Het is tegen de heersende onverdraagzaamheid, die voornamelijk in de onderwijskwestie tot uiting komt, dat Z. Em. Kardinaal Van Roey de katholieke bevolking heeft gewaarschuwd, in zijn toespraak van de 12e December tot het Mannenverbond voor Katholieke Actie (Franstalige vleugel). Hij wees erop, dat het departement voor Openbaar Onderwijs er sinds de bevrijding naar streeft, het bijzonder technisch en beroepsonderwijs, dat in de laatste jaren een hoge vlucht genomen heeft, te verstikken, alsook de bloeiende instellingen van het bijzonder Middelbaar Onderwijs te ontvolken. De thans gevoerde strijd op leven en dood schaadt het geheel onderwijs. Een gezonde mededinging zal evenwel pas mogelijk worden, wanneer de Staat aan de onverdraagzaamheid zal verzaken: dat hij het recht van alle ouders eerbiedige om in volle vrijheid een school uit te kiezen, en de uitoefening van dat recht waarborgen door de toekenning van dezelfde voordelen aan allen volgens een te vinden formule. 'Een dwingende plicht', zo ging de Kardinaal verder, 'vergt van alle Katholieken - en dit is ook een waarborg voor de overwinning - eenheid en verstandhouding in de geesten en tucht in de actie. Er zijn natuurlijk vele kwesties die tot meningsverschillen tussen geloofsgenoten aanleiding kunnen geven, maar thans is het uur gekomen dat boven al deze twistpunten uit, alle gelovigen en al degenen die de belangen van het christelijk geweten voorstaan, eng moeten samenwerken om de verstandhouding op de essentiële beginselen te versterken, derwijze dat zij zich op het ogenblik der verkiezingen als een gesloten en onsplitsbaar blok voor de publieke opinie voorstellen. Ik hoop dat alle katholieke dagbladen het zich tot een gewetensplicht zullen rekenen om aan dit onontbeerlijk streven naar eendracht hun volle steun te geven.'
Sinds een jaar is het reeds de derde keer dat de Kardinaal de Katholieke journalisten op hun plichten wijst. Indien zij zich alle naar behoren van hun taak hadden gekweten, zou de huidige machtsverhouding in de kamers bij de aanstaande verkiezingen zo zeer gewijzigd worden, dat de grote politieke problemen - w.o. dit van het onderwijs - een oplossing in de geest van de grondwet zouden vinden.
H.V.S.