Stootkant of nieuwe-jaars-gift, aan de Amstelsche jonkheidt(1655)–Anoniem Stootkant of nieuwe-jaars-gift, aan de Amstelsche jonkheidt– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 210] [p. 210] Klink-dicht. HEt pijpjen in de mondt, dicht aan de schou gezeten, Met opgetrokke geest, vol minne-zucht, en spijt, Dus denk ik op de liefde en op den langen tijdt, Die ik versleten heb en die my heeft gesleten; Dan zoekt mijn nieusgier brein de redenen te weten, Waarom haar jeugdig hart, met schaamteloos verwijt, En opgeblazen door de trouwelooze nijdt, My nu veracht; en heeft, voor heen, haar lief geheten; Maar naauwelijkx is mijn Tobakje uitgesmookt, Of 'k voel dat ydelheidt mijn in de herszens rookt, En 'k ben gedwongen al mijn tochten in te binde; [pagina 211] [p. 211] Gewis de Laster-tong, Tobak, en Min zijn een, Zy dwijnen door haar zelf, gelijk dees rook verdween, Zoo is de Min vergaan, en 't last'ren van Florinde. J. Bara. Vorige Volgende