Biblia, dat is: De gantsche H. Schrifture, vervattende alle de canonijcke Boecken des Ouden en des Nieuwen Testaments
(1657)–Anoniem Statenbijbel– AuteursrechtvrijDavid betuyght sijne ootmoedigheyt, vermanende de Kercke Godes tot vertrouwen op Godt. | |
1Ga naar margenoot1 EEn Liedt Hammaaloth, van David. O HEERE, Ga naar margenoota mijn herte en is niet Ga naar margenoot2 verheven, noch Ga naar margenootb mijne oogen en zijn niet hooge: oock en hebbe ick niet gewandelt in [dingen] my te groot, ende Ga naar margenoot3 te wonderlick. | |
2Ga naar margenoot4 Soo ick mijne ziele niet en hebben gesett ende stille gehouden, gelijck een gespeent kint by sijne moeder! mijne ziele is Ga naar margenoot5 als een gespeent kint in my. | |
|