Biblia, dat is: De gantsche H. Schrifture, vervattende alle de canonijcke Boecken des Ouden en des Nieuwen Testaments
(1657)–Anoniem Statenbijbel– AuteursrechtvrijDe vastigheyt der gener die op den Heere vertrouwen: Een gebedt voor de Godtsalige, ende tegen de godtloose. | |
1EEn Ga naar margenoot1 Liedt Hammaaloth. Die op den HEERE vertrouwen, zijn als de bergh Zions, [die] niet en wankelt, [maer] blijft Ga naar margenoot2 in eeuwigheyt. | |
2Rontom Ierusalem zijn bergen: alsoo is de HEERE rontom sijn volck, van nu aen tot in der eeuwigheyt. | |
3Want Ga naar margenoot3 de scepter der godtloosheyt en sal niet rusten Ga naar margenoot4 op het lot der rechtveerdigen: op dat de rechtveerdige Ga naar margenoot5 hare handen niet uyt en strecken tot onrecht. | |
4HEERE, doet den goeden wel, ende den genen die oprecht zijn in hare herten. | |
5Maer Ga naar margenoot6 die haer neygen [tot] hare kromme wegen, die sal de HEERE Ga naar margenoot7 wech doen gaen Ga naar margenoot8 met de werckers der ongerechtigheyt: Ga naar margenoot9 Vrede sal Ga naar margenoot10 over Israël zijn. |
|